Zelfredzaamheid bij brand.pdf - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...
Zelfredzaamheid bij brand.pdf - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...
Zelfredzaamheid bij brand.pdf - VU-DARE Home - Vrije Universiteit ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
De menselijke factor 165<br />
lum, Shields, Proulx en Sime, hebben bovendien aangetoond dat de training van<br />
bedrijfshulpverleners (in een winkel en in een kantoor) een positieve invloed heeft<br />
op de reactiesnelheid [Fahy & Proulx, 2001; Purser & Bensilum, 2001].<br />
Uit experimenten in kantoorgebouwen en winkels blijkt dat de opleiding en training<br />
van bedrijfshulpverleners een belangrijke invloed heeft op de reactietijd [Fahy<br />
en Proulx, 2001]. Zo is <strong>bij</strong> de kantoorgebouwen in geval van een goed functionerende<br />
bedrijfshulpverleningsorganisatie de reactietijd ongeveer tienmaal sneller.<br />
Bij onaangekondigde oefeningen in winkels met een goed getrainde organisatie<br />
blijkt de reactietijd vergelijkbaar met de reactietijd in kantoorgebouwen <strong>bij</strong> een<br />
goed functionerende bedrijfshulpverleningsorganisatie.<br />
Met behulp van ontvluchtingsstrategieën en procedures kan informatie aan<br />
aanwezigen worden gegeven over de noodsituatie. Deze aanvullende informatie<br />
blijkt in hoge mate relevant te zijn voor het vluchtgedrag van de aanwezigen<br />
in een gebouw [Proulx & Richardson, 2002; SFPE, 2002; O’Connor,<br />
2005].<br />
Alarmering met een gesproken bericht, ofwel via een communicatiesysteem<br />
ofwel via personeel, wordt door aanwezigen in een gebouw het meest serieus<br />
genomen [Proulx & Richardson, 2002; SFPE, 2002]. Om alarmering met een<br />
gesproken bericht mogelijk te maken moet het personeel dat de alarmering<br />
uitvoert goed getraind zijn. Bovendien moet het personeel weten welke informatie<br />
doorgegeven moet worden [Proulx & Richardson, 2002].<br />
Uit de analyse van de meest fatale <strong>brand</strong>en in Nederland 83 blijkt dat in veel<br />
gevallen geen of een slecht functionerende bedrijfshulpverleningsorganisatie<br />
aanwezig was. Zo bleek de opvolging van de <strong>brand</strong>melding door de bedrijfshulpverleningsorganisatie<br />
niet altijd succesvol te zijn.<br />
Bij de Café<strong>brand</strong> (2001) zijn de eerste bluspogingen mislukt, <strong>bij</strong> de <strong>brand</strong> in het cellencomplex<br />
op Schiphol (2005) bleef de deur van de <strong>brand</strong>ruimte openstaan, waardoor<br />
een snelle rook- en <strong>brand</strong>uitbreiding mogelijk werd, en in een psychiatrische<br />
inrichting (1982) werd de aanwezige hand<strong>brand</strong>melder pas zes minuten na het ontdekken<br />
van de <strong>brand</strong> ingedrukt, waardoor pas laat extra personeel ter plaatse was<br />
om te assisteren <strong>bij</strong> de ontvluchting door de verstandelijk gehandicapte kinderen.<br />
Verder blijkt uit de analyse van de meest fatale <strong>brand</strong>en in Nederland dat de<br />
ontvluchting door niet-mobiele mensen, met name in <strong>bij</strong>zondere woongebouwen,<br />
zo moeizaam verloopt dat veel personeel en hulp van omstanders nodig<br />
83. Zie hoofdstuk 7.1.1.