02.10.2016 Views

De Wens der Eeuwen door Ellen White

In het hart van de hele mensheid, ongeacht etniciteit, leeftijd, klasse, cultuur, religie of verblijfplaats, is er een brandend verlangen van enkele onuitsprekelijke ontastbaarheid - de ziel zo leeg en ellendig. Dit verlangen is inherent aan de aard van de mens door een barmhartige Schepper, die man is niet tevreden in zijn huidige toestand, wat het ook moge zijn. Maar de ervaring van spirituele heelheid in Christus mogelijk is. De profeet Haggai, genaamd Jezus Christus terecht de “Verlangen van de Naties”. Het is de bedoeling van dit boek om Jezus Christus te presenteren als de Ene in wie alle wensen kan worden voldaan - met een overvloed aan het onderwijs, ondoorgrondelijke macht, en veel glimp van het voorbeeldige leven van Jezus van Nazareth ....

In het hart van de hele mensheid, ongeacht etniciteit, leeftijd, klasse, cultuur, religie of verblijfplaats, is er een brandend verlangen van enkele onuitsprekelijke ontastbaarheid - de ziel zo leeg en ellendig. Dit verlangen is inherent aan de aard van de mens door een barmhartige Schepper, die man is niet tevreden in zijn huidige toestand, wat het ook moge zijn. Maar de ervaring van spirituele heelheid in Christus mogelijk is. De profeet Haggai, genaamd Jezus Christus terecht de “Verlangen van de Naties”. Het is de bedoeling van dit boek om Jezus Christus te presenteren als de Ene in wie alle wensen kan worden voldaan - met een overvloed aan het onderwijs, ondoorgrondelijke macht, en veel glimp van het voorbeeldige leven van Jezus van Nazareth ....

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Hoofdstuk 36—<strong>De</strong> aanraking van het geloof<br />

Toen Jezus terugkeerde uit Gergesa naar de westelijke oever, vond Hij een menigte die op Hem<br />

wachtte om Hem te ontvangen, en zij begroetten Hem met vreugde. Hij bleef een tijdlang aan de oever<br />

van het meer, lerende en genezende, en trok Zich toen terug naar het huis van Levi-Mattheüs, om de<br />

tollenaars te ontmoeten op een feest. Hier trof Jaïrus, de overste <strong>der</strong> synagoge, Hem.<br />

<strong>De</strong>ze oudste <strong>der</strong> Joden kwam in grote wanhoop tot Jezus en wierp zich aan Zijn voeten terwijl hij<br />

uitriep: “Mijn dochtertje ligt op haar uiterste; kom toch en leg haar de handen op, dan zal zij behoud en<br />

worden en in leven blijven”. Jezus ging terstond met de overste op weg naar diens huis. Hoewel de<br />

discipelen zovele genadewerken gezien hadden, waren ze verwon<strong>der</strong>d over Zijn toegeven aan de<br />

smeekbede van de hoogmoedige rabbi; toch vergezelden ze hun Meester, en de mensen volgden, vol<br />

verlangen en verwachting.<br />

Het huis van de overste was niet ver weg, maar Jezus en die met Hem waren kwamen slechts langzaam<br />

vooruit, want de menigte drong van alle zijden op Hem aan. <strong>De</strong> ongeruste va<strong>der</strong> was ongeduldig over<br />

het oponthoud; maar Jezus, Die medelijden had met dc mensen, hield zo nu en dan stil om een lijdende<br />

verlichting te schenken of een bezorgd hart te vertroosten.<br />

Terwijl ze nog on<strong>der</strong>weg waren, drong er een boodschapper <strong>door</strong> de menigte heen, die aan Jaïrus de<br />

boodschap bracht, dat zijn dochtertje gestorven was en het geen nut had, de Meester ver<strong>der</strong> lastig te<br />

vallen. Het bericht kwam Jezus ter ore. “Wees niet bevreesd”, zei Hij, “geloof alleen, en zij zal<br />

behouden worden”.<br />

Jaïrus drong dichter naar de Heiland toe en samen haastten zij zich naar het huis van de overste. Daar<br />

waren reeds de gehuurde weeklagers en fluitspelers, en zij vervulden de lucht met gejammer. <strong>De</strong><br />

aanwezigheid van de menigte en het rumoer trof de geest van Jezus pijnlijk. Hij trachtte hen tot twijgen<br />

te brengen met de woorden: “Waarom maakt gij misbaar en weent gij? Het kind is niet gestorven, maar<br />

het slaapt”. Zij waren verontwaardigd over de woorden van de Vreemdeling. Zij hadden het kind in de<br />

greep van de dood gezien, en zij lachten Hem spottend uit. Jezus verzocht hun allen het huis te verlaten<br />

en nam alleen de va<strong>der</strong> en de moe<strong>der</strong> van het meisje met Zich mee, en de drie discipelen Petrus,<br />

Jacobus en Johannes, en samen gingen zij de sterfkamer binnen.<br />

Jezus ging naar het bed, en terwijl Hij de hand van het kind in de Zijne nam, sprak Hij zachtjes, in de<br />

omgangstaal van haar land, de woorden: “Meisje, Ik zeg u, sta op!”<br />

Terstond ging er een trilling <strong>door</strong> de levenloze gestalte. <strong>De</strong> levensa<strong>der</strong>en klopten weer. <strong>De</strong> lippen<br />

ontsloten zich tot een glimlach. <strong>De</strong> ogen gingen wijd open als uit een slaap, en het meisje staarde met<br />

verbazing naar de groep mensen die om haar heen stond. Ze stond op, en haar ou<strong>der</strong>s sloten haar in<br />

hun armen en schreiden van vreugde.<br />

Op weg naar het huis van de overste had Jezus in de menigte een arme vrouw ontmoet, welke twaalf<br />

jaar aan een ziekte leed, die haar het leven tot een last maakte. Ze had al haar inkomsten uitgegeven<br />

aan geneèsheren en medicijnen, alleen om ongeneeslijk verklaard te worden. Maar haar hoop leefde<br />

217

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!