06.12.2012 Views

Rapport definitief herziene versie - Ivo Giesen

Rapport definitief herziene versie - Ivo Giesen

Rapport definitief herziene versie - Ivo Giesen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

6.4.4 Voor zover sprake is van individuele inlichtingen, zal de aansprakelijkheidsvraag met<br />

name rijzen indien het gaat om onjuiste inlichtingen. Het doet daarbij in beginsel niet<br />

terzake of dit inlichtingen zijn die in verband met het nemen van een besluit worden<br />

gegeven of los daarvan. Op het geven van onjuiste of onvolledige gerichte informatie is al<br />

de nodige jurisprudentie en literatuur verschenen en is hiervoor in het algemeen al<br />

ingegaan. 258 Gebleken is dat de overheid daarvoor veelal aansprakelijk is. Van belang in<br />

deze gevallen lijkt te zijn dat het gevoel bij de burger dat hij schade geleden heeft, vrij<br />

snel aanwezig zou kunnen zijn, omdat de burgers in het algemeen vrije hoge<br />

verwachtingen koesteren dat zij snel en goed geholpen zullen worden als zij de overheid<br />

om informatie vragen. Daarbij is wel relevant dat het bij het geven van gerichte informatie<br />

in een individueel geval gaat om specifiek op een individu toegespitste informatie, waarbij<br />

deze veelal ook zelf (enige) inlichtingen heeft verstrekt waarop de overheid zich baseert.<br />

Daardoor lijkt bij het geven van verkeerde inlichtingen door een burger in verband met<br />

art. 6:101 BW (een gedeelte van) de schade voor zijn eigen rekening te moeten blijven,<br />

hetgeen bij ongerichte informatie niet snel het geval zal zijn. Er is derhalve met name<br />

naar algemene door de overheid gegeven voorlichting onderzoek gedaan, omdat die ook<br />

zonder een daartoe strekkend verzoek van een burger wordt gegeven.<br />

6.4.5 Hiervoor 259 is gebleken dat een burger in beginsel af lijkt te mogen gaan op door de<br />

overheid gegeven ondubbelzinnige ongerichte informatie over haar eigen beleid of door<br />

haar opgestelde regelgeving. In dat verband lijkt echter wel van belang te zijn het doel<br />

met het oog waarop de informatie wordt verstrekt. De juistheid en volledigheid van de<br />

informatie moet worden bezien in het licht van dit doel. Wanneer de informatie met het<br />

oog op een ander doel door een burger of (ander) overheidslichaam wordt gebruikt, kan<br />

de informatie voor dat doel niet meer geschikt zijn, bijvoorbeeld omdat het daarvoor te<br />

onnauwkeurig is of te weinig gegevens bevat. Wanneer door een gebruik buiten het<br />

eigenlijke doel schade wordt geleden, lijkt het overheidslichaam dat de informatie<br />

verstrekt – mede gezien art. 6:163 BW – niet aansprakelijk te zijn. Verder lijkt ook de<br />

deskundigheid van een burger van belang. Hoe meer deskundigheid de burger op een<br />

bepaald terrein heeft, hoe minder snel hij op door de overheid gegeven algemene<br />

informatie kan afgaan. 260<br />

6.4.6 In verband met de vraag of onjuiste informatie is verstrekt, is van belang dat de gegeven<br />

informatie in de loop der tijd kan wijzigen op grond van veranderde (medische) inzichten.<br />

Daarmee lijkt de eerder gegeven informatie op zichzelf genomen echter niet onjuist.<br />

Gewijzigde inzichten kunnen er immers toe leiden dat voorlichting in de loop der tijd<br />

258<br />

. Zie voor een overzicht Losbladige Onrechtmatige daad V.B (Scheltema), aant. 304. Zie<br />

verder hiervoor 4.3.2-4.3.5.<br />

259<br />

. Zie 4.3.6.<br />

260<br />

. Vergelijk CRvB 17 april 1979, AB 1980, 269; ABR RvS 2 september 1999, BR 2000, p. 321<br />

en 322. Vergelijk voorts Van Meegen 2001, p. 26.<br />

107

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!