06.12.2012 Views

Rapport definitief herziene versie - Ivo Giesen

Rapport definitief herziene versie - Ivo Giesen

Rapport definitief herziene versie - Ivo Giesen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

informatie beschikt, brengt mee dat zij zich niet steeds op dezelfde manier in het<br />

maatschappelijk verkeer kan begeven als wanneer zij niet over die informatie zou<br />

beschikken. 83<br />

Privacy-inbreuken<br />

4.4.2 Het inbreuk maken op een recht op privacy kan samenhangen met het verzamelen en het<br />

verstrekken van informatie, terwijl een schending van een intellectueel eigendomsrecht<br />

vooral verband zal houden met het verstrekken van informatie. Verder lijkt van belang of<br />

informatie slechts voor intern gebruik wordt verstrekt of verzameld, dan wel ook voor<br />

externe doeleinden wordt gebruikt. Voor zover informatie niet aan derden wordt verstrekt,<br />

is immers niet snel denkbaar dat daardoor een intellectueel eigendomsrecht wordt<br />

geschonden. Wel zou daardoor inbreuk kunnen worden gemaakt op de privacy van<br />

bepaalde personen.<br />

4.4.3 Het verzamelen – daaronder begrepen het koppelen en bewerken van informatie – en het<br />

verstrekken van informatie door de overheid kan onrechtmatig zijn wanneer het een<br />

inbreuk vormt op de privacy van een burger. Het grondwettelijke recht op privacy is thans<br />

(in het algemeen) nader geregeld in de Wet Persoonsregistraties (WPR). De opvolger van<br />

de WPR is de Wet Bescherming Persoonsgegevens (Wbp). 84 Deze is nog niet in werking<br />

getreden. Nu dat evenwel op korte termijn lijkt te gaan gebeuren en dit onderzoek mede<br />

met het oog op toekomstige ontwikkelingen, zoals de authentieke registratie, is<br />

geschreven, wordt de Wbp als uitgangspunt genomen voor dit onderzoek.<br />

4.4.4 In verband met aansprakelijkheid voor privacyschendingen zijn van belang de art. 49 en<br />

50 Wbp. In art. 49 Wbp wordt een recht op schadevergoeding toegekend wanneer in strijd<br />

is gehandeld met de bepalingen van de Wbp. In art. 50 Wbp wordt de mogelijkheid<br />

gegeven tot het vorderen van een verbod om te voorkomen dat (nog verder) in strijd met<br />

deze wet wordt gehandeld. 85 De bepaling van art. 49 Wbp beoogt – behoudens met het<br />

83<br />

. Zie HR 27 februari 1970, NJ 1970, 239 m.nt. GJS (Staat/Hallie).<br />

84<br />

. Stb. 2000, 302.<br />

85<br />

. Art. 49 Wbp luidt: 1. Indien iemand schade lijdt doordat ten opzichte van hem in strijd wordt<br />

gehandeld met de bij of krachtens deze wet gegeven voorschriften zijn de volgende leden<br />

van toepassing, onverminderd de aanspraken op grond van andere wettelijke regels.<br />

2. Voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat, heeft de benadeelde recht op een naar<br />

billijkheid vast te stellen schadevergoeding.<br />

3. De verantwoordelijke is aansprakelijk voor de schade of het nadeel, voortvloeiende uit het<br />

niet-nakomen van de in het eerste lid bedoelde voorschriften. De bewerker is aansprakelijk<br />

voor die schade of dat nadeel, voor zover ontstaan door zijn werkzaamheid.<br />

4. De verantwoordelijke of de bewerker kan geheel of gedeeltelijk worden ontheven van deze<br />

aansprakelijkheid, indien hij bewijst dat de schade hem niet kan worden toegerekend.<br />

Art. 50 Wbp luidt: 1. Indien de verantwoordelijke of de bewerker handelt in strijd met het bij<br />

of krachtens deze wet bepaalde en een ander daardoor schade lijdt of dreigt te lijden, kan<br />

40

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!