Untitled - Acehbooks.org

— 196' -
miari 1808 te Anjer voet aan wal. Veertien dagen later had
hij hel bestuur van Wiese overgenomen en Irad terstond als
hervormer op. De Raad van Indië bleef voorloopig op dezelfde
wijze samengesteld, maar zijn invloed werd gefnuikt,
daar de Gouv.-Gen. niel aan het advies der leden gebonden
was. Hei krijgswezen vond Daendels geheel verwaarloosd;
«Ie geheele troepenmacht bedroeg slechts 6000 man, waarvan
3600 man op Java, grootendeels te Batavia en de overigen
over de buitenbezittingen verspreid waren. De zeemacht was
geheel vernietigd; tot het scheppen eener koloniale marine
was de schout-bij-nacht Buijskes, kort na het vertrek van
Daendels, uit Holland vertrokken, die als Ll.-Gonv.-Gcn. hel
bewind op zich had moeten nemen, indien Daendels in zijne
reis niet geslaagd was. Het politie- en rechtswezen verkeerde
in een gebrekkigen toestand, de gezondheidstoestand
in Batavia was treurig, de verhouding tot de Javaansehe
\orsten was wel rustig gebleven, maar deze rust was het
gevolg van de geheele uitputting van Bantam en de inschikkelijkheid
der Regeering tegenover de Vorsten in Midden-Java.
De Residenten aan de hoven in de Vorstenlanden, die aan
eene slaafsche etiquette gewoon waren, werden al aanstonds
door Daendels teruggeroepen en hunnen opvolgers werd
eene meer waardige houding tegenover die Vorsten voorgeschreven,
terwijl zij grootendeels onafhankelijk gemaakt werden
van den Gouverneur van Java 's \. O. kust.
De Gouv.-Gen. wijdde zijne eerste zorg aan het herschep,
pen van land- en zeemacht. De sterkte der landmacht werd
op 19316 man bepaald, waaronder 4000 Europeanen zouden
zijn; daar deze echter niet aan te werven waren, werden
m hunne plaats inlandsche christenen uit \mboina genomen.
Om het leger tot de vastgestelde sterkte te complefceren, werden
Madoereezen. Balineezen, Boegineezen en zelfs Dajak's
aangeworven of met geweld geprest, zoodal hel gehalte der
soldalen veel te wenschen overliet; ook voor de keuze van