Untitled - Acehbooks.org

— 315 —
12 dcn Februari eene colonne onder den luitenant-kolonel Van
der Heijden tegen Bital op ; door de kampongs Setoe, Larnteboe
en Lamtermin tnarcheerende kwam zij in den rug
van de kampong Bital, welke bestormd, veroverd en aan
toekoe Nek ter bezetting werd overgegeven. Daar de vijand
zich vooral in Ketapang Doea verzamelde, werd tot een tocht
derwaarts besloten. Daartoe rukte den 15 den Februari eene
sterke colonne van 6 bataljons infanterie en 1^ batterij artillerie
onder bevel van den luitenant-kolonel Pel uit; de colonne
marcheerde tusschen de kampongs Lamtermin en Getjoeh
door, werd voor de kampong Getjil door den vijand beschoten,
die echter geen stand hield en rukte vervolgens op Ketapang
Doea aan, dat van drie zijden aangevallen, na een hevig
gevecht in onze handen viel.
Uit den kraton ' werden herhaaldelijk patrouilles gezonden
om het omliggende terrein van vijanden te zuiveren. Een
dier patrouilles stiet den 16 den April op eene vijandelijke versterking,
geraakte daar in een vuurgevecht met den vijand,
Avaaruit zich, toen uit den kraton versterking was gezonden,
een gevecht ontspon, dat ons groote verliezen berokkende.
Den 25 sten en 26 sten April vertrok de opperbevelhebber met
de hoofdmacht uit Atjeh, in Kotta Radja eene bezetting achterlatende
van 5 bataljons infanterie, eene batterij artillerie,
eene compagnie mineurs en sappeurs en eenig vestinggeschut,
onder bevel van den kolonel Pel ; die als civiel en militair
gezaghebber optrad. Bij het vertrek van de hoofdmacht
hadden reeds vele kustslaatjes de Nederlandsche souvereiniteit
erkend; Pedir en hel . gebied van toekoe Nanta waren
door de marine, getuchtigd geworden. Maatregelen waren
genomen om de vestiging van induslriëelen aan te moedigen
en in het belang der scheepvaart werd bepaald, dat er op
Poeloe Bras een vuurtoren, zou worden opgericht waarvan
de bouw in Juli 1875 voltooid werd.