Untitled - Acehbooks.org

— 219 —
geld besloten. Raffles kreeg hel loon voor zijn werkzaam
aandeel in de verovering der Fransche koloniën en werd door
Lord Minto tot Luitenant-Gouverneur benoemd. Hem werd
een zuiver adviseerende Raad ter zijde gesteld, waarvan de
kolonel Gillespie, de bevelhebber van het leger, vice-president
en Mr. Muntinghe en Cranssen, gewezen amblenaren onder
het Fransche bestuur, leden waren.
Volgens het bij de Engelschen gebruikelijke oorlogsreehl
werden alle buitgemaakte goederen, dus ook de producten in
de magazijnen, welke niet vernield waren geworden, voor
hel leger prijs verklaard. De Engelschen erkenden dus het
waarborgkapilaal der door Daendels geslotenc leeningen niet
en stelden het Fransche gouvernement voor die schulden
aansprakelijk. De districten Bezoekie, Panaroekan en Probo-
linggo, welke door Daendels uit geldgebrek verkocht waren
geworden aan Chineezen, wier knevelarijen de bevolking in
gisting brachten, werden onder het Engelsche bestuur terug-
gekocht; toch ging Raffles later zelf weder tot landverkoop
over in Rrawang en de Preanger. Had Daendels reeds de
macht der Inlandsche vorsten op Java gefnuikt, Raffles ging
hiermede op dezelfde wijze voort. De Sultan van Bantam,
reeds door Daendels tot een schijnvorst verlaagd, kon de
rust in zijn rijk niet bewaren, waar vooral een zekere pan-
geran \hmed de beweging gaande hield en den Sullan zelfs
gevangen nam. Mei behulp van Engelsche troepen werd
pangeran Ahmed gevangen genomen en verbannen en na
eenige onderhandelingen met den Sullan, deed deze in 1813,
tegen een jaargeld van 10,000 rijkst!., afstand van den troon,
waarop Bantam lol eene residentie verklaard werd, waartoe
ook de Lampongs gerekend werden te belmoren.
Dezelfde regeeringloosheid heerschte in hel Sultansgebied
van Tjeribon; de vorsten waren niet in staat hun gezag te
handhaven en hunne verplichtingen na te komen, waarop
ook Raffles hen in 1813 wist te bewegen, tegen een jaar.