Untitled - Acehbooks.org

- 86 -
en was vervolgens naar de Phillippijnsche eilanden gestevend.
Hoen deed een aanval op de Spaansche bezittingen op Batjan,
welke vermeesterd werden, belegerde vervolgens Tidore, doch
stierf in 1610 voor deze plaats. Na den dood van Hoen
brak er verdeeldheid onder de bevelhebbers uit; wel scheen
hieraan een einde te komen, toen Van Caerden, uit zijne
gevangenschap ontslagen, tot Algemeen Landvoogd der Molukken
benoemd werd, doch deze viel ten tweeden male in
handen der Spanjaarden, die hem nu als krijgsgevangene
naar Manila voerden.
Wittert was inmiddels in een gevecht tegen de Spanjaarden
voor Manila gesneuveld en zijne meeste schepen waren in
handen des vijands gevallen.
Op Banda bleef de toestand aanvankelijk rustig, toen bij
het verschijnen van een Engelsch schip, de Bandaneezen in
opstand kwamen en de Hollanders in hun fort belegerden.
Zoo was overal dringende hulp uit het moederland noodig,
wilde de Compagnie haar reeds verworven gebied niet weder
verloren zien gaan.
No°- een ander gevaar dreigde de Compagnie in haar
monopolie. Wij zagen boven reeds dat een Engelsch schip
in de Molukken was aangekomen, uitgerust door de Londensche
Maatschappij, welke in 1600 was opgericht. Ook
Frankrijk's koning, Hendrik IV, had een gewillig oor geleend
aan de voorstellen van De Moucheron en later aan die van
l.e Maire, den oprichter van de vroegere Brabantsche Compagnie.
De dood van Hendrik IV, in 1610, deed echter alle
plannen in duigen vallen.
De bewindhebbers zagen ter juister tijd in dat het noodig
was, zou de Compagnie zich in Indië handhaven, aldaar
een vertegenwoordiger te hebben, met eene uitgestrekte volmacht
bekleed, aan wien alle bevelhebbers en kooplieden
ondergeschikt zouden moeten zijn, om de zoo noodige een-