Untitled - Acehbooks.org

- 41 —
leggen, welke bedreigingen den Bantamschen Regent, uit
naijver op Jakatra, tot meerdere inschikkelijkheid noopten.
De gouv.-gen. Reijnst was naar de Molukken vertrokken
om zich, volgens uitdrukkelijken last van de Kamer van Zeventienen,
van de Banda-eilanden meester te maken. Hij deed
nu een aanslag op Poeloe-Aij, welke mislukte. De hoofden
der Bandaneezen , die van geene onderwerping aan het gezag
der Compagnie wilden weten, riepen nu de hulp der Engelschen
tegen de Hollanders in, zooals zij vroeger de hulp van
deze verzocht hadden, om van het Portugeesche juk bevrijd
te worden. Hierdoor werden de twisten tusschen de Engelsche
en Nederlandsche maatschappijen geboren, welke later
op Java beslecht zouden worden.
De gouv.-gen. Reijnst overleed den 7 de " December 1615
te Jakatra en werd opgevolgd door Dr. Laurens Reael,
die bij zijn optreden de bezittingen der Compagnie in den
Molukschen Archipel ernstig bedreigd zag door de pogingen
der Engelschen om zich van de Banda-eilanden meester te
maken. Was Reael de man niet om die stormen te bezweren
en de gestrenge bevelen der Kamer van Zeventienen ten
opzichte der Bandaneezen uit te voeren, gelukkig dat Coen
als Directeur-Generaal van den handel voortdurend een waakzaam
oog hield op de Engelschen te Bantam. Een groot
gevaar dreigde de Nederlanders in Indië toen Don Juan De
Silva eene groote vloot had uitgerust om hen uit den Archipel
te verdrijven; dit gevaar werd gelukkig afgewend door
de aankomst van eene vloot uit Nederland onder Joris Van
Spilbergen, waardoor De Silva voorloopig van zijn voornemen
afzag en toen hij kort daarna te Goa overleed, werden
zijne plannen niet verwezenlijkt.
Van Spilbergen, ter goeder ure in de Molukken aangekomen,
was in 1614 uit Texel gezeild met het doel een korteren
weg naar Indië te zoeken door straal Magelhaen.
Op zijne reis had hij verschillende streken van Zuid-Amerika