Untitled - Acehbooks.org

— 311 —
de krljgstoerustingen op Sumatra, het lijdelijk versterken
van het Indische leger door openstelling der werving en
detacheering van officieren uit Nederland, alsmede het beier
bewapenen van het Indische leger.
Ook de Atjehneezen, vooral de Raad van achten te Penang,
waren werkzaam om onlusten te verwekken in den Archipel,
hetgeen hen echter mislukte.
Tot opperbevelhebber der tweede expeditie tevens Regeerings-
Commissaris werd benoemd de gepensionueerde luitenant-generaal
J. Van Swieten, tot tweeden bevelhebber de generaalmajoor
G. M. Verspijck en tot chef van den algemeenen stal
de kolonel G P. De Neve. Als Regeerings-Commissaris werd
de- opperbevelhebber bijgestaan door twee secretarissen en den
controleur, later assistent-resident R. C. Kroesen. De bevelhebber
der zeemacht was de kapitein-ter-zee Van Gogh. De troepenmacht
ter sterkte van ongeveer 6500 man met een half escadron
cavalerie, 3 batterijen artillerie en 2 compagnieën vestingartillerie
benevens een detachement voor de bediening vanhetachterlaadgeschut
was verdeeld in drie brigades onder de bevelen
van de kolonels De Roij van Zuijdewijn, Wiggers van Kerchem
en Schultze; elke brigade telde vier bataljons infanterie, eene
batterij artillerie, benevens detachementen cavalerie, mineurs
en sappeurs ; van deze brigades bleef de eerste als reserve te
Padang achter. Voor het transport der troepen, zoomede
voor ziekenschepen, werden 'particuliere schepen ingehuurd.
Bij het vertrek der expeditie heeischte de cholera op Java ,
welke gedurende den geheelen oorlog veel offers eischte.
Het doel waarom deze tocht werd uitgerust was met Atjeh
eene regeling te treffen op den voet van het tractaat in 1858
met Siak gesloten.
Bij aankomst te Atjeh vaardigde de opperbevelhebber
proclamation uit aan de hoofden, waarin hun bescherming
beloofd werd als zij de onzijdigheid bewaarden.
Het aanvalsplan was drieledig, de landing tusschen de Atjeh-