Untitled - Acehbooks.org

- 65 -
keizer van Kandij een zeer voordeelig verdrag, waarbij deze
vorsl op zich nam, de oorlogskosten te betalen en den Nederlanders
den alleenhandel, vrij van alle rechten, te gunnen,
mits zij hem hunne hulp verleenden tegen de Portugeezen.
Die hulp werd verleend, Negombo, Punt o Gale en
Trinkonomale veroverd, doch de Portugeezen, die het gewicht
van deze bezitting zeer goed inzagen , spanden al hunne
krachten in; na versterking uit Goa verkregen te hebben,
maakten zij zich weder meester van Negombo en sloegen hel
beleg voor Trinkonomale, toen het bericht uit het moederland
kwam, dat er tusschen Portugal en Nederland een vrede
voor den tijd van tien jaren tot stand was gekomen. Toen
de Onderkoning van Goa dit verdrag niet dan tegen den afstand
van Gaie wilde erkennen, werd Caron met versterking
naar Ceijlon gezonden, die Punto Gale ontzette en Negombo
heroverde. Gelijktijdig werd Joan Maetsuijker met eenc viool
van 12 schepen naar Goa gezonden, die den Onderkoning
in 1644 tot een verdrag dwong, waarbij de vestiging dei-
Nederlanders op Ceijlon door de Portugeezen als een voldongen
feit erkend werd.
Ook de Keizer van Kandij, die de Nederlanders slecht*
als middel had willen gebruiken, om de Portugeezen te verdrijven
en den bevelhebber Coster verraderlijk had laten
vermoorden, werd door Maetsuijker tot het naleven van
het verdrag gedwongen.
Behalve op het eiland Ceijlon, waren de Nederlanders ook
voor Malaka offensief tegen de Portugeezen opgetreden. Mala
ka was der Compagnie steeds een doorn in het oog gebleven,
daar deze stad den handel op Achter-Indië beheerschte.
De gom.-gen. Van Diemen besloot haar te vermeesteren en
zond in 1640 eene vloot van 18 schepen met 3000 man onder
Kooper derwaarts, om de stad van de zeezijde in te
sluiten, terwijl volgens verdragen met de vorsten van Djohor
en Atjeh gesloten, deze rijken hulptroepen zouden leveren;
5