Forum Hadriani De vergeten stad van Hadrianus - VU-DARE Home ...
Forum Hadriani De vergeten stad van Hadrianus - VU-DARE Home ...
Forum Hadriani De vergeten stad van Hadrianus - VU-DARE Home ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
de richting <strong>van</strong> de Vliet langzaam afloopt, maar niet sneller dan het algehele dalen <strong>van</strong> de strandwal in<br />
die richting. 719 Het verloop is vergelijkbaar met het beeld in het profiel <strong>van</strong> Bogaers circa dertig meter<br />
westelijker, inclusief een wat steiler stuk halverwege het profiel, door <strong>De</strong> Jager omschreven als een<br />
‘trede’ in de strandwal.<br />
Aan het eind <strong>van</strong> het profiel, vijftig meter dichter bij de Vliet, bevindt de top <strong>van</strong> de strandwal zich<br />
op ongeveer een halve meter beneden NAP. Hier kon ten zuiden <strong>van</strong> de aula een tweede dwarsprofiel<br />
over de geul worden gemaakt (dwarsprofiel 2). Opmerkelijk is dat ten opzichte <strong>van</strong> de gevel <strong>van</strong> de<br />
Aula, de oever hier bij boring 127 op ongeveer hetzelfde punt richting het oosten snel begint af te<br />
lopen naar een lager niveau <strong>van</strong> 1,5 meter beneden NAP (afb. 2.6). <strong>De</strong>ze boring 127 lag nagenoeg in<br />
lijn met de westelijke gevel <strong>van</strong> de Aula. Ongeveer achttien meter noordelijker was eerder naast de<br />
gevel een boring gezet waar het zand een vergelijkbare diepte had <strong>van</strong> 1,4 meter beneden NAP. 720<br />
Dat paste in het beeld <strong>van</strong> een oever ongeveer parallel aan de westelijke gevel <strong>van</strong> de Aula. Daarbij<br />
liep in de richting <strong>van</strong> de Vliet de top <strong>van</strong> het zand <strong>van</strong> de oever langzaam af.<br />
Het tweede dwarsprofiel ligt hier langs de zuidelijke korte gevel <strong>van</strong> de voormalige Aula (en de<br />
noordelijke korte gevel <strong>van</strong> de voormalige school). Het levert met twintig boringen een vijftig meter<br />
lang profiel op. 721 Terwijl in boring 126 het niveau <strong>van</strong> het zand nog 0,49 meter beneden NAP was,<br />
bevond vijf meter verderop in boring 127 het zand zich een meter lager op 1,5 meter beneden NAP.<br />
Dat past bij een oeverhelling <strong>van</strong> ongeveer 20 procent. In oostelijke richting liep het zand verder af om<br />
te stabiliseren op een niveau <strong>van</strong> ongeveer 1,8 meter beneden NAP: tot ruim zeventien meter <strong>van</strong><br />
boring 127 kon de bodem worden gevolgd en bevond in drie boringen het zand zich gemiddeld 177<br />
centimeter beneden NAP. 722 Daarna was het beeld verstoord door de oude grenssloot <strong>van</strong><br />
Arentsburg. Pas op 35 meter <strong>van</strong> boring 127 werd in boring 202 weer een bruikbare waarneming<br />
gedaan. Daar bleek dat de top <strong>van</strong> het zand slechts een decimeter hoger lag dan in de voorgaande<br />
bruikbare boring ruim zeventien meter daarvoor. 723 <strong>De</strong>ze boring 202 lag circa zeven meter voorbij het<br />
punt waar in het noordelijke dwarsprofiel 1 de oever al weer boven NAP lag. Kennelijk was de geul<br />
hier naar het oosten toe breder en liep de bodem langzaam op. Het bleek dat de bodem in de<br />
volgende boring begon op te lopen naar een niveau <strong>van</strong> 1,58 meter beneden NAP. <strong>De</strong> volgende tien<br />
meter liep de zandoever geleidelijk verder op tot 1,31 meter beneden NAP in het oostelijkste boorpunt<br />
(boring 206), een bescheiden helling <strong>van</strong> 3 procent. <strong>De</strong> geul was hier over de volle breedte volgens<br />
<strong>De</strong> Jager gevuld met schone klei. Op zes punten is de top <strong>van</strong> deze schone klei ingemeten en bevond<br />
zich gemiddeld op 103 centimeter beneden NAP. 724<br />
<strong>De</strong> Jager kon ook de oostelijke oever aan de andere zijde <strong>van</strong> de Aula volgen (oostprofiel 1). Hij<br />
begon hier op een punt waar de geul nog bijna de volle diepte had. 725 Naar het noorden borend zou<br />
<strong>van</strong>zelf zichtbaar moeten worden hoe de oostelijke oever hier naar het noorden schuin op de<br />
oostelijke gevel <strong>van</strong> de Aula afliep. Zodoende zou de smallere geulbreedte <strong>van</strong> twintig tot vijfentwintig<br />
meter worden bereikt, de geulbreedte die in het eerste noordelijke dwarsprofiel was waargenomen.<br />
Maar jammer genoeg leverde de eerste tien meter <strong>van</strong> deze boorraai geen bruikbare gegevens op,<br />
mogelijk door de hier gelegen oude sloot. 726 In de eerste bruikbare boring nummer 140 bleek de vaste<br />
grond <strong>van</strong> de oostelijke oever al bereikt. Het zand bevond zich hier een halve meter beneden NAP,<br />
vergelijkbaar met het niveau op de westelijke oever aan de andere kant <strong>van</strong> de geul. Vanaf dit punt<br />
kon <strong>De</strong> Jager over vijfendertig meter afstand in twaalf boringen volgen hoe het zand evenwijdig aan<br />
de oostelijke gevel <strong>van</strong> de aula heel langzaam opliep, passend bij het algehele beeld <strong>van</strong> de<br />
strandwal. <strong>De</strong> boorraai eindigde met boring 151, wat het beginpunt was <strong>van</strong> eerder genoemd<br />
dwarsprofiel 1 loodrecht op de geul ten noorden <strong>van</strong> de aula. 727 Interessant was nog dat hier in<br />
dwarsprofiel 1 tussen boring 151 en 154 misschien resten <strong>van</strong> een oeverconstructie zijn aangeboord.<br />
Terwijl boring 151 op de oever niets bijzonders liet zien, kwamen in de volgende twee boringen (boring<br />
152 en 153) dichter bij de geul diep in het strandwallenzand opvallend veel archeologische indicatoren<br />
tevoorschijn. <strong>De</strong>ze zaten vooral in boring 153 het diepst en kwamen tot circa anderhalve meter onder<br />
de top <strong>van</strong> het zand voor. 728 Omdat stenen gebouwen doorgaans op het zand werden gefundeerd, en<br />
houten gebouwen meestal niet zo diep waren ingegraven, zou het om restanten <strong>van</strong> een<br />
719<br />
Boring 163 t/m 181 en 126 (met enige verspringen).<br />
720<br />
Boring 15.<br />
721<br />
Boring 125 t/m 137 en 200 t/m 206.<br />
722<br />
Boring 131 t/m 133.<br />
723<br />
158 cm – NAP (boring 202) versus 169 – NAP (boring 133).<br />
724<br />
<strong>De</strong> Jager 2001a,40-41 en 47, boring 125-137 en 200-206. Betrouwbare meting bovenkant schone klei: boring 127-130, 132-<br />
134 en 203-206.<br />
725<br />
Het beeld was hier weliswaar verstoord door de sloot, maar gezien het bovenstaande bevond de top <strong>van</strong> het zand zich<br />
waarschijnlijk tussen de 1,69 m (boring 133) en 1,58 m (boring 202) beneden NAP.<br />
726<br />
Boring 140 t/m 151.<br />
727 Boring 137 t/m 151.<br />
728 <strong>De</strong> Jager 2001a,43.<br />
111