02.05.2013 Views

Forum Hadriani De vergeten stad van Hadrianus - VU-DARE Home ...

Forum Hadriani De vergeten stad van Hadrianus - VU-DARE Home ...

Forum Hadriani De vergeten stad van Hadrianus - VU-DARE Home ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

lopen, en daarmee hun onbeschermde rechterzijde naar de verdedigers te wenden (afb. 6.7). Voor de<br />

brede opening <strong>van</strong> de palissade lijkt dat een vrij zinloze aanpassing. Bovendien wordt met de slinger<br />

de weg verlegd uit de aslijn <strong>van</strong> de decumanus maximus. Daarvoor is blijkens de sporen op deze plek<br />

ook het hoofdriool verplaatst omdat de buitenste gracht deze doorsneed.<br />

Het is in ieder geval duidelijk dat de buitenste gracht jonger is dan de binnenste gracht. Zo<br />

kwamen onderin de binnenste gracht meer hand gevormde scherven tevoorschijn dan bij de buitenste<br />

gracht. Onderin de vulling <strong>van</strong> de buitenste gracht vond Holwerda fragmenten <strong>van</strong> ruwwandige<br />

kookpotranden met platte rand uit “het laatste gedeelte <strong>van</strong> de eerste en het eerste <strong>van</strong> de tweede<br />

eeuw”. Maar ook vond hij onderin de buitenste gracht kookpotranden met hartvormig profiel die <strong>van</strong>af<br />

circa 125 na Chr. in productie kwamen en <strong>van</strong>af het midden <strong>van</strong> de 2 e eeuw het type met platte rand<br />

verdrongen. Hoger in de gracht trof Holwerda materiaal uit de tweede helft <strong>van</strong> de 2 e eeuw en nog wat<br />

later dat er volgens hem tijdens de gebruiksperiode in terecht was gekomen. Het ging onder meer om<br />

een terra sigillata stempel <strong>van</strong> Montanus uit 125 – 160 na Chr., een versierde scherf <strong>van</strong> Janus uit 110<br />

– 165 na Chr., een stukje 2 e eeuws terra nigra en kookpotranden met late rand en hartvormig profiel.<br />

Holwerda concludeerde dat de buitenste gracht rond het midden <strong>van</strong> de 2 e eeuw in gebruik was<br />

genomen, tegelijk met de palissade. 1785 Maar een ruimere datering <strong>van</strong> de buitenste gracht ergens in<br />

de tweede helft <strong>van</strong> de 2 e eeuw past beter bij de datering <strong>van</strong> het materiaal. Een nog jongere datering<br />

in de 3 e eeuw is minder waarschijnlijk. Daarop wijst ook een complete ‘jachtbeker’ die Holwerda in<br />

1910 in de noordwesthoek tussen de binnenste en buitenste gracht aantrof. Volgens Brunsting<br />

beleefde dit type zijn grootste bloei halverwege de 2e eeuw en kwam het na het einde <strong>van</strong> de 2e eeuw<br />

niet meer voor. 1786 Dat de beker op deze plek compleet in de grond zat kan betekenen dat het om een<br />

bouwoffer gaat, in welk geval de pot waarschijnlijk met een vergankelijke inhoud is begraven zoals<br />

voedsel (spijsoffer). Bouwoffers werden bij huizen bij voorkeur bij ingangen of hoeken geplaatst, welke<br />

laatste positie hier ook gekozen kan zijn. 1787<br />

In de palissadegreppel kwamen ook de vermoedelijke resten <strong>van</strong> een bouwoffer tevoorschijn.<br />

Opvallend bij de opgraving in 1910 was “het groote aantal groote fragmenten en gave stukken uit<br />

deze greppel” (afb. 6.8). 1788 Holwerda noemt geen exacte vindplaats, maar omdat hij in 1910 alleen<br />

een palissade bij insula I opgroef, bevond de vondst zich in de buurt <strong>van</strong> de noordwesthoek <strong>van</strong> de<br />

nederzetting. Vermoedelijke na een ritueel zijn de voorwerpen in de grond bij de palissade geplaatst.<br />

Vervolgens is er grond overheen geworpen waardoor het vaatwerk grotendeels intact bleef. <strong>De</strong>rgelijke<br />

bouwoffers waren in de Romeinse tijd een bekend gebruik in de regio en kwamen al voor in de<br />

IJzertijd. Plaatsing in een bouwgreppel was één <strong>van</strong> de gebruikelijke vormen. Tacitus beschrijft zo’n<br />

bouwoffer dat in 70 na Chr. plaatsvond bij de afbakening <strong>van</strong> de omtrek <strong>van</strong> een nieuwe tempel. Dit<br />

offer bestond uit in de fundamenten gestopte voorwerpen. Archeologisch zijn bouwoffers bij<br />

verdedigingswerken bekend. 1789 <strong>De</strong>rgelijke offergaven waren bedoeld om de goden gunstig te<br />

stemmen bij de bouw <strong>van</strong> het bouwwerk en/of het gebruik er<strong>van</strong>. Verdedigingswerken werden zo<br />

voorzien <strong>van</strong> beschermgeesten. 1790 Het vaatwerk is zelden het offer. Het gaat om de inhoud die veelal<br />

uit voedsel bestaat ten behoeve <strong>van</strong> bijvoorbeeld de beschermgeest <strong>van</strong> het bouwwerk. 1791 Blijkens<br />

de gevonden resten is in Voorburg gebruik gemaakt <strong>van</strong> een voor wierook bestemd schaaltje dat bij<br />

een reukoffer gebruikt zal zijn. Verder wijst een kruik erop dat ook vloeistoffen bij het offer zijn<br />

vergoten (plengoffer). Daarbij werd meestal gebruik gemaakt <strong>van</strong> wijn, olie of melk. Een kookpot wijst<br />

erop dat zoals gebruikelijk ook eten is geofferd. Een dergelijk pleng-, spijs- en reukoffer was heel<br />

gebruikelijk. 1792 Het ritueel werd doorgaans niet uitgevoerd door ritueel-specialisten maar door de<br />

gebruikers zelf, in dit geval bijvoorbeeld iemand <strong>van</strong> het <strong>stad</strong>s- of provinciebestuur. 1793<br />

<strong>De</strong> drie begraven stukken vaatwerk zijn door Holwerda gefotografeerd en daardoor terug te<br />

vinden in het Rijksmuseum <strong>van</strong> Oudheden”. 1794 (afb. 6.8). <strong>De</strong> kookpot is <strong>van</strong> het type Holwerda 140-<br />

142 dat zeer lang in gebruik is gebleven. <strong>De</strong> peervormige kruik is door M. Brouwer op grond <strong>van</strong> de<br />

bijna geheel verborgen onderlip als een Stuart type 110B gedetermineerd. Het exemplaar dateert rond<br />

1785<br />

Holwerda en Evelein 1911,19-20, 26 en 43.<br />

1786<br />

Brunsting 1937,74; overigens is een verband met de grachtaanleg niet aangetoond.<br />

1787<br />

Vergelijk Goossens 2008,169 en 173.<br />

1788<br />

Holwerda 1911,25.<br />

1789<br />

Van de Broeke 1977,24, 28, 32, 45, 66 en 68; Donderer 1984,178; Bloemers e.a. 1981,96; Van Es 1981,204, Brandt e.a.<br />

1987,102, 124, 127, 179, 181, 183, 203-204 en 215-216; Van Giffen 1953,98 en 101 (fort Valkenburg); Van den Band en<br />

Cordfunke 2001,164-166 (wijnkruikje Alphen); Van der Feijst 208,25 (Naaldwijk); Bloemers 1978,50 en 183 gaat ook om een<br />

rookschaal.<br />

1790<br />

Van de Broeke 1977,10,20 en 66.<br />

1791<br />

Van de Broeke 1977,8-9, 37 en 63.<br />

1792<br />

<strong>De</strong> Blois 1986,75.<br />

1793<br />

Van de Broeke 1977,5 en 24.<br />

1794 E E<br />

Holwerda 1911,25 en afb. 45 (RMO inv. Nr. h 1925/12.18) en 45i (RMO inv. Nr. h 1925/12.13). Verder afb. 44 ; Buijtendorp<br />

1988,111 en noot 55.<br />

254

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!