29.11.2014 Views

Nummer 4/2006 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

Nummer 4/2006 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

Nummer 4/2006 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

DE STAAT VAN DE VERZORGINGSSTAAT IN BELGIE OMSTREEKS 2005<br />

Enkele kerncijfers illustreren dit toenemende belang (Belgisch Nationaal Strategisch<br />

Rapport Pensioenen, p. 14):<br />

het aantal uitkeringstrekkers steeg van 4,4% in 1981 tot 12,8% in 1999;<br />

het gemiddelde pensioen met een tweedepijlerbestanddeel steeg ten opzichte van<br />

louter een eerstepijlerpensioen van 156,2% in 1981 tot 168,5% in 1999;<br />

het totale bijdragebedrag steeg van 0,69% van het bbp in 1985 tot 1,22% in 2000;<br />

de bijdragen in vergelijking met de terugbetalingen stegen van 108,4% in 1995 tot<br />

125,4% in 2000;<br />

het totale reserveniveau steeg van 7,69% van het bbp tot 14,66% in 1999;<br />

de bijdragebetalers in de tweede pijler waren in 1999 goed voor ongeveer 35%<br />

van de actieve bevolking, terwijl slechts 12,8% een uitkering krijgt, wat het toenemende<br />

belang illustreert.<br />

Volgens het pensioenregister van 2001 heeft slechts 28,5% van de in dat jaar gepensioneerde<br />

werknemers een tweedepijlerpensioen, tegenover 8,7% van de gepensioneerde<br />

zelfstandigen, 4,6% van de gepensioneerde ambtenaren en 22,4% van de<br />

gepensioneerden met een gemengde loopbaan (Strategisch Rapport Pensioenen<br />

2005, p. 20).<br />

De nieuwe wet op sectorpensioenen zou dat niveau aanzienlijk moeten verhogen.<br />

Volgens het Strategisch Rapport Pensioenen van België zijn er in 2004 collectieve<br />

overeenkomsten voor beroepspensioenen in economische sectoren die 25% van de<br />

tewerkstelling in de privésector vertegenwoordigden, en als de 800.000 werknemers<br />

die reeds een pensioenfonds of groepsverzekering hadden, worden meegerekend,<br />

zou zowat 48% van de werknemers in de privésector gedekt zijn. Voor de particuliere<br />

non-profitsector kondigt de nieuwe collectieve overeenkomst voor de<br />

komende jaren onder andere de oprichting aan van een, zij het dan beperkt, pensioenfonds<br />

(7).<br />

TABEL 3: RAMING VAN HET AANTAL DEELNEMERS IN DE TWEEDE PIJLER<br />

Werknemers privésector<br />

Pensioenfonds 2003 263.952<br />

Groepsverzekering 1.314.839<br />

Sectorpensioeninstellingen 2004 643.045<br />

Totaal werknemers privésector 2.685.000<br />

% van privésector met tweede pijler, gecorrigeerd op dubbeltelling ongeveer 48%<br />

Zelfstandigen<br />

<strong>Sociale</strong> fondsen 2003 ongeveer 65.000<br />

Verzekeringsmaatschappijen 2004 ongeveer 70.000<br />

Totaal zelfstandigen 640.047<br />

% van de zelfstandigen met een tweede pijler, raming 21%<br />

Bron: Strategisch Rapport Pensioenen België 2005, bijlage 6.<br />

(7) Het federaal akkoord voor de non-profitsector bepaalt dat vanaf januari <strong>2006</strong> 16,4 miljoen EUR<br />

wordt gereserveerd voor een “spaarfonds” en tegen 31/12/2010 wordt gestort in een sectorpensioenfonds;<br />

het kapitaal dat zich vanaf 31/12/2010 in het sectoraal fonds bevindt, zal nooit minder dan 0,6<br />

% van de totale loonmassa van de betrokken groep van het lopende jaar bedragen” (Ontwerp van<br />

akkoord betreffende de federale gezondheidssectoren – privésector). 601

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!