04.05.2013 Views

Bijlage: acta-1978.pdf - Kerkrecht

Bijlage: acta-1978.pdf - Kerkrecht

Bijlage: acta-1978.pdf - Kerkrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Broeders, wij stellen geen voorwaarden, wij stellen geen eisen, wij dikteren niets. Want wie zijn wij? U zult<br />

er echter oog voor moeten hebben, dat niet wij eenheid van christgelovigen eisen, maar dat de Here Christus<br />

die eenheid zoekt, verwacht en eist. Geestelijke eenheid, geloofsgemeenschap, ook kerkelijke eenheid. Onder<br />

dat gebod van Christus komen wij niet uit, en U evenmin. Het mocht U toch duidelijk zijn, dat dàt bevel van<br />

Christus onze kerken steeds ge-dreven heeft, met name in de jaren na de Vrijmaking van 1944?<br />

Naar onze diepe overtuiging hebben samensprekingen (op deputatenniveau) dàn pas werkelijk zin, waneer<br />

tevoren vaststaat, waar we gezamenlijk behóren uit te komen, naar de opdracht van Christus, juist omdat we<br />

staan op éénzelfde grondslag.<br />

Wanneer uw synode zou erkennen, dat het eis van de Here is niet slechts toenadering te zoeken, maar te<br />

streven naar kerkelijk samenleven, dàn zouden eventuele deputaten een heerlijke opdracht kunnen<br />

ontvangen, namelijk alles te doen wat dat begeerde kerkelijk samenleven mogelijk zou moeten maken. Wij<br />

stuiten echter op uw weigering. U wenst blijkbaar niet uit te spreken, dat u met ons op de weg wilt gaan<br />

staan, die leiden moét tot eenheid.<br />

U geeft intussen ook geen antwoord op de vraag, die onze synode van Kampen stelde sub 1, nl. 'Indien u met<br />

uw voorgangsters van mening bent, dat er verschillen zijn die een verhindering op de weg naar<br />

daadwerkelijke eenheid vormen, wilt u dan aangeven, op welke Schriftuurlijke gronden deze verschillen naar<br />

uw oordeel een verhindering vormen?' Dan heeft naar ons oor-deel het spreken over 'accentverschillen' dan<br />

wel (vermeende) confessionele verschillen met betrekking tot de 'toeëigening des heils' ook niet de minste<br />

zin. Wij zullen elkander moeten aanvaarden op de wederzijds aangenomen confessionele grondslag.<br />

In de tweede plaats heeft uw voorgangster geweigerd ons duidelijk te maken 'waarom uw generale synode<br />

van Amsterdam van oordeel was, dat de wederzijdse toenadering van uw en onze kerken thans niet gediend<br />

is door het doen van duidelijke uitspraken omtrent deelneming aan organisaties als de ICCC en de GOS, mee<br />

gelet op de bezwaren die met name door onze synoden van Amersfoort-West 1967 en Hoogeveen 1969/'70 u<br />

ter kennis werden gebracht'. Wel hebben wij kennis genomen van uw besluit het lidmaatschap van de ICCC<br />

te beëindigen, maar ten aanzien van uw lidmaatschap van de GOS schrijft uw voorgangster slechts, dat 'de<br />

deelneming aan de GOS hierbij aan de orde kan komen', nl. bij besprekingen op deputaten-niveau.<br />

Het is ons niet duidelijk, welke argumenten tegen deelneming aan de GOS in deputaten-besprekingen aan de<br />

orde zouden kunnen worden gesteld, die niet reeds door onze voorgaande synoden met klem onder uw<br />

aandacht werden gebracht.<br />

Wij laten uw deelneming aan de GOS uiteraard geheel voor uw rekening en verantwoording. Voor onze<br />

kerken blijft het evenwel een onoverkomelijke belemmering de eenheid te zoeken met een<br />

kerkgemeenschap, die blijft deelnemen aan een organisatie, waarin ook de 'Gereformeerde Kerken'<br />

(synodaal) in Nederland zijn vertegenwoordigd. Wij achten het volledig overbodig, u de redenen daarvan<br />

uitvoerig te beschrijven: ze zijn u genoegzaam bekend, en het is niet onbekend, dat onze ernstige bezwaren<br />

goeddeels ook uw bezwaren zijn. Maar als u méér hecht aan samenwerking met de GOS en door middel van<br />

die organisatie met de 'Gereformeerde Kerken' (synodaal) dan aan vereniging met de Gereformeerde Kerken<br />

in Nederland, dan moeten wij dat met droefheid constateren. Ook deze keus laten wij voor uw verantwoording.<br />

In de derde plaats schrijft uw voorgangster, dat zij aan haar deputaten opdrachten gaf met betrekking tot de<br />

'Gereformeerde Kerken Vrijgemaakt, buiten verband', maar niet minder met betrekking tot onze kerken. Ook<br />

nu zeggen wij, dat wij uw contacten met de 'Gereformeerde Kerken Vrijgemaakt (buiten verband)' geheel<br />

laten voor uw rekening en verantwoording. Maar het is u bekend, welke ernstige bezwaren wij hebben tegen<br />

deze gemeenschap. Ten overvloede wijzen wij u nogmaals op het appèl, dat onze synode van Hoogeveen in<br />

1969 deed uitgaan<br />

naar deze gemeenschap, met name met betrekking tot de band aan de gereformeerde belijdenis en de<br />

opstelling ten aanzien van het kerkverband.<br />

Wij willen onder geen voorwaarde u de indruk geven, dat onze ernstige bezwaren, die in 1969 onder<br />

woorden werden gebracht - en die intussen nog zijn toegenomen - in waarde zouden verminderen, doordat<br />

wij thans zonder meer met uw kerken deputatenbesprekingen zouden openen, terwijl u tegelijkertijd bezig<br />

bent met deputatenbesprekingen met kerken, die op be-denkelijke wijze zich opstellen m.b.t. de handhaving<br />

van de belijdenis en de functionering van het kerkverband.<br />

Naar onze overtuiging zijn eerlijkheid en oprechtheid eerste voorwaarden voor een behoorlijke<br />

contactoefening.<br />

We zijn niet zonder zorg ten aanzien van uw kerkelijke stellingname. En wij constateren, dat u naar meer dan<br />

één zijde tegelijkertijd contacten wenst te onderhouden en besprekingen wilt voeren zonder evenwel tevoren<br />

uit te spreken waarheen u uw koers heeft uitgezet. Zulk een 'vrijblijvendheid' past niet bij de stijl van de kerk

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!