De Dialectica van Johannes Caesarius (ca. 1468 – 1550)
De Dialectica van Johannes Caesarius (ca. 1468 – 1550)
De Dialectica van Johannes Caesarius (ca. 1468 – 1550)
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
60 Hoofdstuk 4. <strong>De</strong> topi<strong>ca</strong> voor <strong>Caesarius</strong><br />
Maar het is hier niet de plaats om op deze discussie in te gaan. 7<br />
<strong>De</strong> eerste twee toepassingsgebieden zijn minder problematisch. Als we<br />
iemand willen overtuigen (of dat nu als oefening is of in het echte leven)<br />
zullen we hem zo ver moeten krijgen dat hij uiteindelijk instemt met onze<br />
opvatting. <strong>De</strong> ander zal niet altijd bereid zijn om onze mening onmiddellijk<br />
te bevestigen (en in een oefening zelfs juist extra geneigd zijn om te doen<br />
alsof hij achter de tegenovergestelde mening staat). Dus zullen we goede<br />
argumenten moeten aandragen waarom onze opvatting waar is. Er ontstaat<br />
een discussie waarin degene die wil overtuigen de rol <strong>van</strong> vrager heeft en<br />
degene die overtuigd moet worden die <strong>van</strong> antwoorder. <strong>De</strong> vrager moet een<br />
argumentatie zoeken die aan twee eisen voldoet: de argumentatie moet als<br />
conclusie de opvatting hebben waar de vrager heen wil en de antwoorder<br />
moet bereid zijn in te stemmen met de premissen <strong>van</strong> de argumentatie. Op<br />
het moment namelijk dat de antwoorder met de premissen heeft ingestemd<br />
en de conclusie volgt uit deze premissen, moet deze ook met de conclusie<br />
instemmen en heeft de vrager bereikt wat hij wilde. Als de antwoorder niet<br />
onmiddellijk instemt met de premissen waaruit de conclusie volgt zal de vrager<br />
deze premissen weer moeten onderbouwen met een nieuwe argumentatie.<br />
<strong>De</strong> Topi<strong>ca</strong>, het handboek voor wie anderen wil overtuigen, leert deze<br />
argumentaties te bedenken. Het levert geen kant en klare argumentaties,<br />
zoals de argumentaties die de sofisten hun leerlingen opdroegen uit het hoofd<br />
te leren, maar een methode om argumenten te vinden. 8 Bij deze methode<br />
voor het vinden <strong>van</strong> argumenten is een cruciale rol weggelegd voor wat<br />
Aristoteles () noemt, zo blijkt uit het feit dat boek 2 tot en met 7<br />
bijna geheel bestaan uit lijsten met deze . , wat letterlijk ‘plaats’<br />
betekent, wordt in het Latijn standaard vertaald met ‘locus’. Ik zal steeds<br />
de Latijnse naam aanhouden en deze, omdat het gaat om een technische<br />
betekenis, onvertaald laten.<br />
Het begrijpen <strong>van</strong> deze methode en de functie <strong>van</strong> de loci wordt bemoeilijkt<br />
door het ontbreken <strong>van</strong> een uitleg wat een locus is. Aristoteles zegt<br />
nergens expliciet wat een locus is en lijkt locus als een technische term te<br />
beschouwen waar<strong>van</strong> de betekenis bekend is. 9 Bij gebrek aan een definitie<br />
moeten we uit de lijsten met loci die Aristoteles geeft afleiden wat een locus<br />
eigenlijk is. Laten we kijken naar de volgende passage als voorbeeld:<br />
7 Zie T. Irwin, Aristotle’s First Principles, Oxford: Clarendon Press, 1988; R. Smith,<br />
‘Aristotle on the Uses of Dialectic’, Synthese 96 (1993); M. C. Nussbaum, The Fragility<br />
of Goodness. Luck and Ethics in Greek Tragedy and Philosophy, Cambridge: Cambridge<br />
University Press, 1986; G. E. L. Owen, ‘Tithenai ta phainomena’, in: J. M. E. Moravcsik<br />
(red.), Aristotle, a Collection of Criti<strong>ca</strong>l Essays, New York: Garden City, 1967.<br />
8 Aristoteles, Sophistici Elenchi, 183b36-184a8.<br />
9 Misschien oorspronkelijk komend uit de kunst <strong>van</strong> het onthouden, de mnemotechniek.<br />
Zie ook Stumps commentaar in Boëthius, <strong>De</strong> topicis differentiis, vertaald, met noten en<br />
een studie over de tekst door E. Stump, Itha<strong>ca</strong> & London: Cornell University Press, 1978<br />
[Stump], pp. 165-166. Yates heeft een boek geschreven over de mnemotechniek: F. A.<br />
Yates, The Art of Memory, London: Routledge, 1969.