24.02.2013 Views

Weelde Toen en Nu - Heemkundekring Nicolaus Poppelius

Weelde Toen en Nu - Heemkundekring Nicolaus Poppelius

Weelde Toen en Nu - Heemkundekring Nicolaus Poppelius

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

XIe eeuw. Daardoor wilde m<strong>en</strong> kerkelijke goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> inkomst<strong>en</strong> die op onrechtmatige wijze door<br />

wereldlijke her<strong>en</strong> verworv<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, terug aan de kerk do<strong>en</strong> toekom<strong>en</strong>. Spijtig g<strong>en</strong>oeg werd<strong>en</strong> die<br />

goeder<strong>en</strong> (de grond<strong>en</strong> die bij de kerk hoord<strong>en</strong> <strong>en</strong> het daarmee verbond<strong>en</strong> patronaatsrecht) <strong>en</strong> die<br />

inkomst<strong>en</strong> (de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong>) doorgaans niet teruggegev<strong>en</strong> aan de kerkfabriek aan wie ze recht<strong>en</strong>s<br />

toekwam<strong>en</strong>, maar wel aan e<strong>en</strong> abdij of kapittel geschonk<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> akte van 1294 (Bijlage 5) werd de<br />

abdij van Averbode door Jacobus, dek<strong>en</strong> van het Concilie van Beek in het bezit gesteld van al haar<br />

toebehor<strong>en</strong>de goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> gunst<strong>en</strong>. Dat was eertijds door paus Bonifatius VIII reeds goedgekeurd.<br />

Mete<strong>en</strong> schonk dezelfde dek<strong>en</strong> het patronaat van de "capella de Weeldt" met de macht e<strong>en</strong> vicarius<br />

voor deze capella aan te stell<strong>en</strong> aan Jan van Rotselaer, abt van voornoemde abdij.<br />

Aan deze kapelaan werd e<strong>en</strong> derde van al de ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van de kapel voorbehoud<strong>en</strong>,<br />

onder de voorwaarde dat hij zijn bedi<strong>en</strong>ing goed zou vervull<strong>en</strong>. De overige twee derd<strong>en</strong> van de<br />

ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> aan de abdij t<strong>en</strong> goede. In 1296 incorporeerde de prinsbisschop van Luik de kerk van<br />

<strong>Weelde</strong> definitief in de abdij van Averbode, waardoor de abdij alle pastorale inkomst<strong>en</strong> kreeg, maar<br />

ook de plicht had in het lev<strong>en</strong>sonderhoud te voorzi<strong>en</strong> van de vicarius perpetuus (dit is hij die te<br />

<strong>Weelde</strong> de pastorale tak<strong>en</strong> waarnam). Daarnaast had de abdij van Tongerlo in <strong>Weelde</strong> op vier<br />

plaats<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>deverpachting<strong>en</strong>: nl. in de Hegge, de Leemputt<strong>en</strong>, het Gulde <strong>en</strong> het Schijn. Catharina de<br />

Bie verkocht deze ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> in 1365 aan de abdij van Tongerlo. De ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ging<strong>en</strong>, gedeeltelijk <strong>en</strong> op<br />

niet geheel duidelijke wijze over naar de abdij van Tongerlo. In e<strong>en</strong> los stuk dat na 1772 geschrev<strong>en</strong><br />

moet zijn lez<strong>en</strong> we: "...de twee derde deel<strong>en</strong> van de thi<strong>en</strong>de word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> door de abdije van<br />

Tongerloo, het rester<strong>en</strong>de derde deel is door de abdije van Averbode die jus patronatus heeft van<br />

beginne geabondonneert geweest voor compet<strong>en</strong>tie a<strong>en</strong> de pastoors". Naast de abdij<strong>en</strong> van<br />

Averbode <strong>en</strong> Tongerlo speelde ook de abdij van Kors<strong>en</strong>donk te <strong>Weelde</strong> e<strong>en</strong> rol. Dit bewijz<strong>en</strong> de<br />

m<strong>en</strong>igvuldige gift<strong>en</strong> aan deze abdij: e<strong>en</strong> gift van de familie Leest in 1403, e<strong>en</strong> gift van viertele rogs op<br />

18 september 1403, e<strong>en</strong> gift in 1447 (vermeld door de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> <strong>en</strong> de lat<strong>en</strong> aan het hof<br />

van Laureys Bax), e<strong>en</strong> gift van Frans Snellants te Zondereig<strong>en</strong>, Baarle, Chaam <strong>en</strong> <strong>Weelde</strong> in 1445,<br />

e<strong>en</strong> sch<strong>en</strong>king van Willem Maes, <strong>en</strong>z. Anderzijds werd<strong>en</strong> ook regelmatig bezitting<strong>en</strong> van Kors<strong>en</strong>donk<br />

vermeld te <strong>Weelde</strong>: vb. in e<strong>en</strong> schep<strong>en</strong>brief van 5 juli 1551, in één van 1452, <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> andere van<br />

1452 (aanzi<strong>en</strong>lijke goeder<strong>en</strong>, o.m. e<strong>en</strong> hoeve in de Hegge). Ook in e<strong>en</strong> brief van 1470 word<strong>en</strong><br />

goeder<strong>en</strong> vermeld van procurator broeder Michael van Keer (o.a. bezitting<strong>en</strong> aan de Hees), <strong>en</strong>z.<br />

Willem <strong>en</strong> Weyn Van der Brugg<strong>en</strong>, de zon<strong>en</strong> van Jan Van der Brugg<strong>en</strong> <strong>en</strong> Suzanna Yweyns Leest<br />

(dochter van schout Ywanus van <strong>Weelde</strong>) war<strong>en</strong> priester in het konv<strong>en</strong>t van Kors<strong>en</strong>donk anno 1403.<br />

Parochielev<strong>en</strong><br />

In de eerste helft van de XIVe eeuw was de pastoor (in de zin van vicarius perpetuus) van <strong>Weelde</strong> dan<br />

ook e<strong>en</strong> regulier van Averbode, maar vanaf 1348 betaalde de abdij seculiere priesters om te <strong>Weelde</strong><br />

de pastorale tak<strong>en</strong> te vervull<strong>en</strong>. In de loop der jar<strong>en</strong> ging deze vergoeding weer e<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficie op zich<br />

vorm<strong>en</strong>, waarvan bepaalde person<strong>en</strong> de materiële voordel<strong>en</strong> opstrek<strong>en</strong> zonder de verplichting<strong>en</strong> die<br />

eraan verbond<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, waar te nem<strong>en</strong>. Zo zi<strong>en</strong> we dat in 1399 J.Creyt, die waarschijnlijk aan het<br />

pauselijk hof verbleef, <strong>en</strong> in het begin van de XVIe eeuw Joannes Huberti van Lommel, aartsdiak<strong>en</strong><br />

van de Fam<strong>en</strong>ne in het prinsbisdom Luik, "pastoors" van <strong>Weelde</strong> g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong>. Doch de taak van<br />

pastoor liet<strong>en</strong> zij vervull<strong>en</strong> door gehuurde priesters: sacerdotes merc<strong>en</strong>arii of deservitores.<br />

Deze plattelandspriesters die over het algeme<strong>en</strong> ofwel bezitters war<strong>en</strong> van niet zo rijk begiftigde<br />

b<strong>en</strong>eficies, ofwel als deservitor<strong>en</strong> niet erg hoog bezoldigd werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die, omdat de seminaries nog<br />

niet bestond<strong>en</strong>, praktisch ge<strong>en</strong> vorming hadd<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, vormd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> soort van clericaal proletariaat<br />

van betrekkelijk laag intellectueel, spiritueel <strong>en</strong> moreel peil. Zelfs van de vijf bezitters van het pastoraal<br />

b<strong>en</strong>eficie die ons uit de XVe eeuw bek<strong>en</strong>d zijn, overtrad<strong>en</strong> er twee de celibaatswet. Vijf deservitores<br />

zijn ons uit dezelfde periode bek<strong>en</strong>d. Daarvan leefd<strong>en</strong> er drie in concubinaat. Antonius Block bv. wordt<br />

tuss<strong>en</strong> 1436 <strong>en</strong> 1446 minst<strong>en</strong>s zesmaal door de aartsdiak<strong>en</strong> beboet weg<strong>en</strong>s concubinaat met zijn<br />

meid Katharina. Ook e<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eficiant van het altaar van de H.Maagd, Lucas Udonis, wordt in het begin<br />

van de XVe eeuw beboet weg<strong>en</strong>s het niet onderhoud<strong>en</strong> van het celibaat. Het bronn<strong>en</strong>materiaal zegt<br />

ons weinig over het godsdi<strong>en</strong>stig lev<strong>en</strong> van de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van <strong>Weelde</strong> uit de late Middeleeuw<strong>en</strong>, maar<br />

m<strong>en</strong> kan wel veronderstell<strong>en</strong> dat het niet zoveel diepgang gehad zal hebb<strong>en</strong>. Van de priesters die we<br />

zojuist beschrev<strong>en</strong>, kan immers niet erg veel geestelijke leiding uitgegaan zijn. Van de priesters die in<br />

<strong>Weelde</strong> verblev<strong>en</strong>, was alle<strong>en</strong> de deservitor van de kerk belast met de zielzorg <strong>en</strong> zijn pastoraal<br />

behelsde waarschijnlijk alle<strong>en</strong> het toedi<strong>en</strong><strong>en</strong> van sacram<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, zodat de gelovig<strong>en</strong> weinig geestelijke<br />

vorming kreg<strong>en</strong>. De andere priesters war<strong>en</strong> altarist<strong>en</strong>: hun <strong>en</strong>ige taak bestond in het lez<strong>en</strong> van (ziele)-

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!