Weelde Toen en Nu - Heemkundekring Nicolaus Poppelius
Weelde Toen en Nu - Heemkundekring Nicolaus Poppelius
Weelde Toen en Nu - Heemkundekring Nicolaus Poppelius
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
di<strong>en</strong>st van de pastorije noodig twee domestiqu<strong>en</strong>, <strong>en</strong>de dese sijn als nu twee mijss<strong>en</strong>s, d<strong>en</strong> taux van<br />
hun onderhoud in spijs <strong>en</strong>de dranck <strong>en</strong> huer kan niet minder geschat word<strong>en</strong> als 160 guld<strong>en</strong> voor ider,<br />
daer <strong>en</strong> bov<strong>en</strong> heeft hij voor swaerder<strong>en</strong> arbeyd noch noodig in d<strong>en</strong> hof <strong>en</strong> andersins bij naer de helft<br />
van het jaer d<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st van e<strong>en</strong><strong>en</strong> werckman d<strong>en</strong> welck<strong>en</strong> hem in kost <strong>en</strong> dranck <strong>en</strong> daghgeld<strong>en</strong> komt<br />
te sta<strong>en</strong> 70 guld<strong>en</strong> sjaers".<br />
We vermoed<strong>en</strong> dat de pastorij tijd<strong>en</strong>s de Franse Revolutie door de bezetters werd aangeslag<strong>en</strong> <strong>en</strong> op<br />
die manier in hand<strong>en</strong> kwam van de geme<strong>en</strong>te. In 1821 werd immers in e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst met de<br />
pastoor bepaald dat de geme<strong>en</strong>te de pastorij moest onderhoud<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s de Franse bezetting<br />
fungeerde de pastorij tev<strong>en</strong>s als g<strong>en</strong>darmerie. Over deze g<strong>en</strong>darmerie zijn verschill<strong>en</strong>de stukk<strong>en</strong><br />
bewaard in het provinciearchief <strong>en</strong> in nr.15 van het modern geme<strong>en</strong>tearchief. De bek<strong>en</strong>dste<br />
g<strong>en</strong>darm<strong>en</strong> rond 1800 war<strong>en</strong> Defflaux, Cabanier, Tartarin <strong>en</strong> Millard. In de nacht van 16 op 17 juli<br />
1824 werd er in de pastorij ingebrok<strong>en</strong>: <strong>en</strong>kel e<strong>en</strong> paar beddelak<strong>en</strong>s <strong>en</strong> 2 hoofdfluwijn<strong>en</strong> van<br />
onderpastoor Scho<strong>en</strong>makers <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vark<strong>en</strong>shesp van pastoor Arnaerts werd<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De<br />
burgemeester vertelde: "T<strong>en</strong> 9 uur<strong>en</strong> heb mijn op de pastorij begev<strong>en</strong> <strong>en</strong> bevond<strong>en</strong> e<strong>en</strong>e lange leer<br />
aan het strooy<strong>en</strong> dak, was gezet, alwaar e<strong>en</strong> gat was gesned<strong>en</strong> de groote dat er maar e<strong>en</strong><strong>en</strong> klein<strong>en</strong><br />
persoon door konde passer<strong>en</strong> <strong>en</strong>de vervolg<strong>en</strong>s bevind<strong>en</strong>de dat het dakv<strong>en</strong>ster van binn<strong>en</strong> was in stuk<br />
gebrok<strong>en</strong> met e<strong>en</strong>ige glaze ruit<strong>en</strong> daar bov<strong>en</strong> ook gebrok<strong>en</strong> ..." "Heeft d'Heer pastor mijn verklaard<br />
dat hij des nagts omtr<strong>en</strong>t half twalf ontwak<strong>en</strong>de e<strong>en</strong>ig gewag hoor<strong>en</strong>de op d<strong>en</strong> zolder is opgesta<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>de de deur<strong>en</strong> van de kamers als de die de welke op de plaats uitkoomt hard heeft op<strong>en</strong>gedaan<br />
<strong>en</strong>de niets meer gehoord of gezi<strong>en</strong> dan smorg<strong>en</strong>s".<br />
Op 11 november 1865 werd<strong>en</strong> veranderingswerk<strong>en</strong> voor de pastorij door de geme<strong>en</strong>teraad<br />
goedgekeurd. De herstellingswerk<strong>en</strong> war<strong>en</strong> echter reeds op 26 oktober 1865 te Antwerp<strong>en</strong><br />
aanbesteed voor 5000 frank. Vermoedelijk werd<strong>en</strong> de werk<strong>en</strong> eind 1867 voltooid. In 1897 werd de<br />
pastorij nog voor 845 frank hersteld. Rond 1900 was er geleg<strong>en</strong>heid om de pastorij te verkop<strong>en</strong>, want<br />
er zou e<strong>en</strong> "g<strong>en</strong>darmerie" in opgericht word<strong>en</strong>. Onderhandeling<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gevoerd, maar volg<strong>en</strong>s de<br />
overheid vroeg de geme<strong>en</strong>te wel wat te veel voor het oude gebouw. De geme<strong>en</strong>te argum<strong>en</strong>teerde<br />
echter: "...dat d<strong>en</strong> gesteld<strong>en</strong> prijs van 12000 frank voor de schoone <strong>en</strong> groote gebouw<strong>en</strong> der pastorij<br />
met alle de bijbouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> schoon<strong>en</strong> <strong>en</strong> groot<strong>en</strong> hof zeker niet te veel is. En dat dit alles zeer goed<strong>en</strong><br />
koop is, <strong>en</strong> verders d<strong>en</strong> goed<strong>en</strong> <strong>en</strong> schoon<strong>en</strong> stand, <strong>en</strong> dat d<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> Raad dus het advies heeft<br />
uitgedrukt, dat hij zich aan de som van 12000 frank houd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> als dit niet moest di<strong>en</strong><strong>en</strong> voor het<br />
inricht<strong>en</strong> <strong>en</strong>er g<strong>en</strong>darmerie, dan zoude de geme<strong>en</strong>te Raad zeker daarvoor wel 3 tot 4000 franks meer<br />
gevraagd hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de geme<strong>en</strong>te zal zeker e<strong>en</strong>e groote som moet<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> om d<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oodigd<strong>en</strong><br />
grond aan te kop<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong>e nieuwe pastorij te bouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> die bouwing te do<strong>en</strong>. Maar de<br />
geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>raad zoude zich dit sacrificie getroost<strong>en</strong>, vermits m<strong>en</strong> alhier vuriglijk <strong>en</strong> zoohaast mogelijk<br />
de inrichting e<strong>en</strong>er g<strong>en</strong>darmerie verlangt, zoo voor de inw<strong>en</strong>dige rust, als voor de op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong><br />
veiligheid" (29 oktober 1901). In november 1901 kwam m<strong>en</strong> t<strong>en</strong>slotte toch tot e<strong>en</strong> akkoord, m<strong>en</strong> stelde<br />
echter wel als voorwaarde dat de geme<strong>en</strong>te in het bezit zou blijv<strong>en</strong> van de pastorij tot 1 november<br />
1902 "vermits m<strong>en</strong> d<strong>en</strong> grond voor e<strong>en</strong> nieuwe pastorij te bouw<strong>en</strong> nog moet aankoop<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daarvoor<br />
nog alle de noodige formaliteit<strong>en</strong> moet verricht<strong>en</strong> tot aankoop <strong>en</strong> bouwing". De huidige pastorij werd<br />
dus gebouwd in 1902 op de plaats g<strong>en</strong>aamd "De Borcht" waar vroeger het kasteel van de Her<strong>en</strong> van<br />
<strong>Weelde</strong> had gestaan, naast de plaats waar vroeger de pastorele hoeve stond.<br />
Hof t<strong>en</strong> Berg<strong>en</strong><br />
In 1608 schreef Grammaye dat er te <strong>Weelde</strong> twee burcht<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> verwoest, to<strong>en</strong> de twist<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />
de Hoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Kabeljauw<strong>en</strong> ook bij de Brabanders opdok<strong>en</strong>. De Hoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Kabeljauw<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />
twee teg<strong>en</strong>over elkaar staande sociale partij<strong>en</strong>: de eerst<strong>en</strong> war<strong>en</strong> streekgebond<strong>en</strong> <strong>en</strong> wild<strong>en</strong> door<br />
interlokale handel van landbouwprodukt<strong>en</strong> de dorpsbewoners e<strong>en</strong> bestaan verzeker<strong>en</strong>. De<br />
Kabeljauw<strong>en</strong> war<strong>en</strong> de kapitaalkrachtig<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> vrijhandelspolitiek nastreefd<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze werd<strong>en</strong> daarin<br />
gesteund door het c<strong>en</strong>trale gezag, waardoor de economische ontwikkeling van het dorp werd ontzi<strong>en</strong>.<br />
De dorpsher<strong>en</strong> of le<strong>en</strong>mann<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in beide kamp<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong>, maar to<strong>en</strong> in 1486 keizer<br />
Maximiliaan I van Duitsland aan de macht kwam, trad hij krachtig op teg<strong>en</strong> de dorpsher<strong>en</strong> die de<br />
Hoekse strekking aankleefd<strong>en</strong> <strong>en</strong> die war<strong>en</strong> talrijk in de Kemp<strong>en</strong>. In het hertogdom Brabant werd<strong>en</strong> de<br />
weerbarstig<strong>en</strong> gestraft in 1488, omdat zij e<strong>en</strong> te grote zelfstandigheid hadd<strong>en</strong> verworv<strong>en</strong> t.o.v. het<br />
c<strong>en</strong>trale gezag <strong>en</strong> de drastische ingreep van keizer Maximiliaan ging gepaard met e<strong>en</strong> gevoelige<br />
volksvermindering van ruim 20%. Dit was te wijt<strong>en</strong> aan terreur <strong>en</strong> uitwijking. Misschi<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> de<br />
burcht<strong>en</strong> niet in 1488 verwoest, maar dan gebeurde dat in 1542, to<strong>en</strong> Maart<strong>en</strong> van Rossum,<br />
b<strong>en</strong>dehoofd van de Gelders<strong>en</strong>, het platteland van Brabant ruïneerde. De burcht<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> niet