Weelde Toen en Nu - Heemkundekring Nicolaus Poppelius
Weelde Toen en Nu - Heemkundekring Nicolaus Poppelius
Weelde Toen en Nu - Heemkundekring Nicolaus Poppelius
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
II.Prehistorie<br />
A. Midd<strong>en</strong> <strong>en</strong> Nieuwe Ste<strong>en</strong>tijd<br />
Het staat vast dat te <strong>Weelde</strong> reeds m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> voorkwam<strong>en</strong> rond 4000 voor Christus. De opgraving<strong>en</strong><br />
van Prof.Vermeersch op de Paardsdrank hebb<strong>en</strong> dit bevestigd. Aanvankelijk leefd<strong>en</strong> deze voorouders<br />
voornamelijk van de jacht. In het Neolithicum (Nieuwe Ste<strong>en</strong>tijd) legde m<strong>en</strong> zich toe op het zaai<strong>en</strong> van<br />
plant<strong>en</strong> <strong>en</strong> het fokk<strong>en</strong> van dier<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> zo over naar de landbouw. Deze oudste<br />
bewoners hadd<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel gebruiksvoorwerp<strong>en</strong> uit ste<strong>en</strong> <strong>en</strong> hout. Het Neolithicum <strong>en</strong> de Bronstijd (de<br />
tijd waarin m<strong>en</strong>, naast st<strong>en</strong><strong>en</strong>, ook bronz<strong>en</strong> voorwerp<strong>en</strong> gaat gebruik<strong>en</strong>) zijn te beschouw<strong>en</strong> als de tijd<br />
waarin hier grafheuvelbouwers leefd<strong>en</strong>. De overgang van de mesolithische jagers <strong>en</strong><br />
verzamelaarscultur<strong>en</strong> naar de neolithische cultur<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> vrij plotseling gebeur<strong>en</strong>. De neolithische<br />
lev<strong>en</strong>swijze werd namelijk door immigrant<strong>en</strong> meegebracht <strong>en</strong> k<strong>en</strong>merkte zich door het optred<strong>en</strong> van<br />
tal van nieuwe cultuurelem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>: landbouw, min of meer vaste woonplaats<strong>en</strong>, grafheuvels, aardewerk<br />
<strong>en</strong> gepolijste st<strong>en</strong><strong>en</strong> bijl<strong>en</strong>.<br />
De verandering<strong>en</strong> zijn zo ingrijp<strong>en</strong>d dat m<strong>en</strong> van de neolithische revolutie spreekt. In deze cultuur<br />
treff<strong>en</strong> we boerderij<strong>en</strong> aan van ongeveer 35 bij 8 meter, ook maalst<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> sikkels werd<strong>en</strong><br />
aangetroff<strong>en</strong> (wat op graanteelt wijst). Het grote verschil tuss<strong>en</strong> deze cultuur <strong>en</strong> de mesolithische blijkt<br />
dus wel duidelijk. De landbouw bestond in het neolithicum reeds uit akkerbouw <strong>en</strong> veeteelt. De<br />
akkerbouw werd in de vorm van roofbouw bedrev<strong>en</strong>. Door verbranding van het in het eik<strong>en</strong>m<strong>en</strong>gbos<br />
volop aanwezige dode hout <strong>en</strong> door het kapp<strong>en</strong> van bom<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> stuk bos gerooid. Als graansoort<br />
verbouwde m<strong>en</strong> gerst- <strong>en</strong> tarwesoort<strong>en</strong>, later ook wel erwt<strong>en</strong> <strong>en</strong> vlas. We wet<strong>en</strong> dit door<br />
stuifmeelonderzoek <strong>en</strong> door afdrukk<strong>en</strong> van zad<strong>en</strong> in aardewerk. Daar m<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bemesting k<strong>en</strong>de,<br />
moest m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bouwland al na <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> verlat<strong>en</strong>. Inmiddels moest in de buurt e<strong>en</strong> nieuw<br />
bouwland ontgonn<strong>en</strong> zijn. Het voor het rooi<strong>en</strong> van bos vereiste zwaardere gereedschap treff<strong>en</strong> we aan<br />
in de vorm van grote gepolijste st<strong>en</strong><strong>en</strong> bijl<strong>en</strong>. Op de Leemputt<strong>en</strong> werd <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong> door<br />
L.Pauluss<strong>en</strong> zo'n bijl gevond<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de jar<strong>en</strong> vijftig werd e<strong>en</strong> gepolijst st<strong>en</strong><strong>en</strong> bijltje opgegrav<strong>en</strong> aan<br />
de Hegse Brug. Onlangs werd dan nog aan de Schriek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> st<strong>en</strong><strong>en</strong> bijltje gevond<strong>en</strong>. Neolithische<br />
grafheuvels bestaan uit geelgrijs geaderd zand. Bij de bronstijdgrafheuvels is duidelijk waar te nem<strong>en</strong>,<br />
dat ze uit heideplagg<strong>en</strong> zijn opgebouwd.<br />
B. Bronstijd<br />
Rond 1500 voor Christus kwam<strong>en</strong> stamm<strong>en</strong> uit Midd<strong>en</strong>-Europa onze strek<strong>en</strong> bevolk<strong>en</strong>. Zij vestigd<strong>en</strong><br />
zich ook te <strong>Weelde</strong>. Zij hadd<strong>en</strong> geleerd erts<strong>en</strong> te smelt<strong>en</strong> <strong>en</strong> bronz<strong>en</strong> voorwerp<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>. Zij<br />
begroev<strong>en</strong> hun dod<strong>en</strong> onder grafheuvels in urn<strong>en</strong>. De nederzetting<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> niet zomaar willekeurig<br />
gesticht. Ging m<strong>en</strong> zich in e<strong>en</strong> bepaalde streek vestig<strong>en</strong>, dan had m<strong>en</strong> daartoe zowel vroeger als nu,<br />
e<strong>en</strong> red<strong>en</strong>. Die red<strong>en</strong> kan geweest zijn de gunstige ligging van het terrein. Ze kan ook gezocht word<strong>en</strong><br />
in de voordelige situatie van de plaats met betrekking tot verkeer <strong>en</strong> handel. Wel had m<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> geld<br />
als betaalmiddel, maar m<strong>en</strong> ruilde. E<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d ruilmiddel war<strong>en</strong> huid<strong>en</strong>. Ze werd<strong>en</strong> gebruikt voor het<br />
vervaardig<strong>en</strong> van kleding, riem<strong>en</strong>, bekleding van schild<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. Verder ruilde m<strong>en</strong> silex, voedsel <strong>en</strong><br />
materiaal dat ter versiering di<strong>en</strong>de. Deze bewoners uit het Bronstijdperk, die in de periode 1700 tot<br />
800 voor Christus <strong>Weelde</strong> bevolkt<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vreedzame, rustige boer<strong>en</strong>bevolking zijn geweest.<br />
Grote rijkdom k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zij niet. Door wat veeteelt <strong>en</strong> het bewerk<strong>en</strong> van <strong>en</strong>ige akkers, moest<strong>en</strong> zij in hun<br />
lev<strong>en</strong>sonderhoud voorzi<strong>en</strong>. Waarschijnlijk leverde het houd<strong>en</strong> van bij<strong>en</strong> extra-inkomst<strong>en</strong> op, in e<strong>en</strong> tijd<br />
waarin suiker niet bek<strong>en</strong>d was <strong>en</strong> honing in het gebrek aan zoetstof moest voorzi<strong>en</strong>. Jacht <strong>en</strong> visserij<br />
zull<strong>en</strong> zeker nog e<strong>en</strong> aanvulling van het dagelijks rantso<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gevormd. Bijna alles wat m<strong>en</strong><br />
nodig had, moest m<strong>en</strong> zelf mak<strong>en</strong>.<br />
In hun grafheuvels werd<strong>en</strong> de dod<strong>en</strong> met de nodige eerbewijz<strong>en</strong> begrav<strong>en</strong>. De lijk<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> bov<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> groot vuur verbrand <strong>en</strong> de rest<strong>en</strong> van de be<strong>en</strong>der<strong>en</strong> <strong>en</strong> de asse werd<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> klein kistje van<br />
ongeveer 70 cm l<strong>en</strong>gte, gewoonlijk e<strong>en</strong> uitgeholde boomstam gelegd <strong>en</strong> begrav<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> rechthoekige<br />
ondiepe kuil, bedekt met omgekeerde heideplagg<strong>en</strong> <strong>en</strong> graszod<strong>en</strong>. Aldus werd er e<strong>en</strong> kleine heuvel<br />
van ongeveer 15 meter doorsnede opgeworp<strong>en</strong>, omgev<strong>en</strong> door eik<strong>en</strong> pal<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gracht of wal.<br />
Later werd<strong>en</strong> de crematierest<strong>en</strong> verzameld in pott<strong>en</strong>, die m<strong>en</strong> urn<strong>en</strong> noemt. Deze werd<strong>en</strong> met de<br />
hand uit leem gedraaid <strong>en</strong> in op<strong>en</strong> vuur gedroogd <strong>en</strong> verhard. Zulke urn<strong>en</strong> zijn peer- of emmervormig,<br />
20 à 30 cm hoog <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> diameter van 20 à 25 cm of meer. Sommige werd<strong>en</strong> versierd met<br />
afdrukk<strong>en</strong> van zad<strong>en</strong>. Ook te <strong>Weelde</strong> werd<strong>en</strong> vele grafheuvels uit de Bronstijd gevond<strong>en</strong>.