Johan Nieuhofs Gedenkweerdige Brasiliaense zee ... - Sabrizain.org

Z E E- en L A N T - R E I Z E. i^f
Allefchcpcn moftmenuit de haven t
halen , of souden in den grondt zijn i
'
worden gcboort. De huizen wierden
plat en om verre gefchoten.
Schoppehjd,alsverhaeltis, Tape-
rik . ingenomen en gantfch verdelght,
lïiet ontvluchten alleenlijk van twee
duizent Portugercn. Dcth na verloop
van ecnigen tijt, Cd na veletegcnheden,
ranipen on ongelukkige fchermutfelingenvan
d'onzen, groeiden de
Portugefen weer geweld igh aen : en
wydaer en regen verminderden. Waer |
toen ook de neerlaegh genad hadden;
Het velt was noch wit van de beende-
ren der verflagenen van den overleden
jarc.
De Portugefen ondertuflchen vernemende
het trekken van onzekrijgsmaght
na buiten, verlieten in ftilligheit
hun opgeworpen fort Altena , om
zich by malkanderen te voegen, en
den onzen gelijkeihant hec hooft te
bieden.
D'onzen des verwirtight ,
(hoewel
de Portugefen dat niet gcwaer wier-
over Schoppe , door orde van de Ho- 'den) namen het fort datelijk in bezet-
ge Raden, den kolonel Hinerfon be-
laftc, RtoS.Franguko te verlaten , en
op Taptrika te komen. Dit moght
evenwel, niettegenftaende het zeer
wel gedacn was ,
wicrdtn , d'onzen
niet helpen : maer
ook genootzaekt,
Taferika te verlaten , om het Re^iff
t'ontzetten, daerhet numecftom te
doen was.
Wanneer dan onze gantfchemaght,
die toen ontrent achtien hondcrt man
kon uitbrengen, op het RecifFbyeen
was, wierdt verfcheide mael geraet-
flaeght, (^alzoo men niet meer als voor
zeven maendcn lijftoght had) wat beft
gedaen diende , en op wat vöec men
zouaenvangen.
Eenigen, en onder andere Schoppe,
oordeelden,dat men meerder volks en
beter gelegentheit behoorde waer te
nemen: uit oorzake wy te zwak van
volk waren. Demeeften daer en tegen
oordeelden , dat men behoorde uit te
vallen , en eenen kans te wagen : want
by aldien die gelukte, zou men het
Re^iff , dat de Portugefen zoo nau re
lande bezet hielden , datmen niet buiten
de poorten kon komen , daer door
ontzetten , om vcrverfchingen leeftoght
te bekomen.
Deze voorflagh wierdt vaft geftelt
en nam voortgang. Onze maght
wierdt dan by een geroepen, gemon
doen.
Het opperbevel wierdt den kolonel
Brink acnbevolen : naerdien Schep-
je noch niet van zijne quetfure, die
lyin'c laefte gevecht ontfangen had,
genezen was.
D'onz»n Zy trokkcn , met het fluiten van de
vallen
den vy
ancuic.
ring, en vonden alleenlijk een oude negcnn
daer in. A Idus wiert het Rc^ifF
van dien bril ontflag'en en vcrloft.
Den zeftienden dagh van Gras- Krijgen,
maent was nu al opgegaen , en ver- [''^"J^"'^*
loft om onzen tweeden nederlacgh
t'aenfchouv/cn, als d'onzen den zei*
ven dagh den vyant mannelijk ondei*
d'uogcn zagen. Ter wederzyde wicrt
geweldigh fel gevochten. Maer de
vyant, gewent om te winnen , viel met
over de vijf en twintigh hondert man
des te dapperder aen, en braght d'onzen
aen het dy zen, die evenwel noch
lang ftant hielden,doch moften einde-
lijk vlughten. Her ging'er weer, als
des verleden jaers, op een loopèn: hoewel
weinigh hun léven redden: naerdien
hondert en vijftigh Portugefe
ruiters daer op in vielen, en vele fchadc
aen de vluchtende deden.
De koUonel Brink, en de mcefte bevelhebbers
en vele foldaten, die ilant
hielden , wierden , ten getale van elf
hondert, verflagen : bénèftèns het ver-
lies van negentien vaendelcn. AI hcc
datmen mee
gefchuten krijghstuigh ,
genomen had ,
handen.
verviel in's vyandts
Den vijfden dagh kregen d'orizéri
eerft verlof van hunne dooden te riiogen
begraven : die deerlijk van het wilt
gedierte en gevogelt gefchonden wa-
ftert } en voort« befloten , een uitval te ren, en een yzelijken ftank gaven , die
t
de brandende hitte der zon veroor-
zackt had.
Toen was'er geen kans,om den vyandt
weer het hooft re bieden ; maer
d'onzen vonden ractzaem, alleenlijk
hunne forten te bewaren.
Dewijl nu niet anders kon gedaen
°P poortc , landewaerts in, tot by de Gue- worden, of her moll uit het V^adcrlanr
rarepcs, en by de plaetlc, daer d'onzen komen, dar langzacni b.quam, zoo
""bb vierder^