Johan Nieuhofs Gedenkweerdige Brasiliaense zee ... - Sabrizain.org

Hottcn-
tots
vi&h.
ïo
GEDENK.
Aen het hoofc van de leeuwen- bergh,
(dicalzoogenaemt wort, omdat hyj
ecnigiincs de gedaente van een leggende
leeuw vertoont , en een kanonfclieutte
wefle van het fort leit ) houden
zeer veel grote Bavianen ,die zoo
fnoozyn, dat zy menigmaeldenieusgierigen,
die dezen bergh beklimmen,
mctftcncn daer weer afjagen,
die zy,of het halve menfchen waeren,
ledelijk weten van zich tefmyten.
Doch verfcheurcnde dieren, als leeuwen,
luipaerts, wolven, jakhalzen,
en tygeiszyn nu zoo veel niet omtrent
daer het lant gebouwtwort. Uit oorzake
miflchien zy voorde menfchen
vervaert geworden zijn: diedijjwilü
op hun aenleggen.AIzoo van de Compagnie
een prys voorde genegcftelt
IS, die een leeuw, tyger of ander wrcet
gcd ierte fchiet : waer van alle drie de
luiiden in 'tfortaendefolderingvan
ciezael hangen.
Te lande en.te water , houden zee,
en lantft-hilpadden in grote menigre.
De boffchen geven vele bycn,die de
honigh in holle ftammenvan bomen
maken.
Daer zijn ook honden met root,
hair, en korte fteerten.
Men heeft'er een zeker-flagh van
vifch, die de onze Hotrcntots vifch
dcwyl de Hottcntots die
noemen •,
met een hoekje weten te vangen.
Deze is een van de befte vifch, die
menprocvenkan, en fmackt als kab-
beljauw.
Men von"'cr ook eertvts zeer veele
tongen? maer worden nu niet meer gevangen.
Doch de meefte menigte van
viflchcn bellact in onbekende vif-
fchen.
In déTafelbay onthouden zich ve-
Jc walvifïchen : daer van men in 't eerde
zeer goede hope had , om traen
van te kookcn , doch men heeft door
ervarcntheit bevonden, dat dietema-
Ir'krae'k S^"^ ^'i" » ^" ö'^^" voordeel daer van te
Vifch. trekken is.
Men vint'er ook zekere vifch,die by
de Latyncn Torpedo , en by de Grieken
'n'\ een zei ven zinNarce , en by de
Spanjerts Hugia,en by d'onzen aen de
KaepKraek-vifch, en anders Traeghvifchgenoemt
wort : niet uit oorzake
hy traeg is,om zijn zei ven te bewegen,
macr om zyne vcrborge kracht, die
WEERDIGE,
men zeit , dat hy by zich zou hcbbcrt.
Wantalshy zich ziet van deviflcheis
beknelt, of van andere vilTchen ver-
volght, dan Ichiet hy eene vochtig-
hcit van zich,dic mcnfchcn,en heeften
op ftaende voet doet ftille ftaen , en de
leden als verlammen .•
waer
over zy
gedwongen zyn hun viftchen te ftaken
, als met beroertheitgeraekr.
d'inwoonders van dit lant worden by
d'onzen , van wcge hunne hakkehge
fprake, Hottentots genoemt. Hotren-
De mannen gaen meeft naekt, en ^°'^- ,.
hebben flechts een onbereitrobben,of
daflenhuit, of fchapen vacht, man-
tels wyze uit drie ftukken 2-amengc-
nait, om de fchouderen , en het bove
lyf, tot aen de billen, hangen. Het
ruigh hangt gemenelijk na buiten, in-
dien het heet is, of na binnen, indien
het kout is, en wort met een bant onder
de kin vaft gebonden.
In het reizen hebben zy gemenelijk,
boven deze onderfte mantel, eenandere
met de wol na buyten.
De fchoenen beftaen uit een platte
lap van een Rhinofters ofNeushorens
vel, zijn achteren voor even hoogh,
en boven op de voet mee twee lecre
riemen toegebonden.
Het hooft is des nachts, of als het
regent , met een muts van een jonge
lammeren vel, met het ruigh na bin-
bedekt.
nen ,
Voor de fchamelheit hangt een lapje,
of velletje van een bonten tyger , of
jakhals, of bofchkat, die achter met
twee kleine riemen toegebonden
wort , die by het lyf neerhangen.
Het hair is met kopere plaet jes,duf-
ten,\vitte horentjes, en grote kralen
verciert, en wort hier en daer afge-
fchoren.
De vrouwen dragen op een zelve
wijze, als de mannen , een mantel van
een fchapenvacht , met de wol na binnen
, om het boven lyf •, doch die
hangt haer wat langer, als die van de
mannen. Daer en boven hebben zy
het onder lyf tot aen de billen met een
ander vel , en de fchamelheit met een
vierkant veileken bedekt.
Een muts van een fchapen, daflen,
of Robben vel bedekt het hooft , en
wort meteen brede fchapen-vellenriem
om \ hoofc toegebonden.
De fchoenen zijn van een zelfftefjtfoen