Johan Nieuhofs Gedenkweerdige Brasiliaense zee ... - Sabrizain.org

€g
G E D E N K \V
dcrfchclc van leere of landaert. Daer
2,ijn eenige ovei-dckt, als kapellen:
niaeraen allczijdeopen.
I het
E E R D I G E
In het lufthuis voornoemt is een
poel, of liever een regenbak , die met
water uit drie putten van eenc
Menighte van Moorfe , Joodfche, kleine riviere, die uit her naby gelegen
en Heidenfche vrouwen , zoo hooge gebcrghte komt, opgevult wort. Die
als lage, en zoo jonge dochteis als water is zoo T-ournierjals dat van dan*
vrouwen, komen des nachts deze gra- dere putten, die d'andere zyde des ei-
1
ven bczoeken,rontom de welke zy haer lants, tegen het Ooften en Noordneerzetten.
De meefte brengen derwaerrs
hare offerhanden en eetwaren,
noord-ooften over, bevochtigen: dat
de zon (lolt en m zout verandert.
die zy in platte en kleine fchotelen Dit luft-huis was al voor 50. of 60.
quanfuis den overledenen, tot zoen- jaren in een quaden ftant : hoewel
offer der ziele, aenbieden. Eenige het noch eenige kamers had, daer den
van deze volken gacn ook, uit een by- koning vanOrmus z,ijne huisvcftmg
zondere aendiglif, de graven, die op
het prachtighdegeftight zijn , bezoeken:
dewijl daer zekere godvruchtige
luiden in begraven leggen, aen welk -T :
gedachtenis zy groote eerbicdighcit
betoonen : naerdien zy voor groote
Heil igen onder hen gaen.
Aen het eind van dit plein is een an-
^cmira der plein, dat ook tuflchen de ftad en
den bergh flrekt , dat de Mooren met
eenbvzondere naem , Ardemtra noe-
' (^"U;?//,cnfchoon
Ttinim-
bji:c.
men: dat gezeit is,
gezicht : ("of, gelijk men op het
Franfchin een zeivenzm Bellevidere
zeidt:)aiwaer de Mooren van den hui-
ze des konings, en de Kadis , of rech-
ters, te peert fteekfpeelen aenrechten.
Dit plein of vlakte ftrekt haer
weftw^aerts na de zee toe , op de wcgh,
die na den 00 rt of ftreke van Kant
loopt. Aldacr is de fraeifte en grootfte
aenkomftevandegantfche ftadt.
Achter het geberghre, na het zuid-
zuid- wefte, en na het weft-zuid- wefte,
is een ander gedeelte des eilants, dat
tegen her rede befchrevcn over leit,
enden oort van Turiimbake begrijpt.
Maer het is veel kleinder als het ander:
dewijl aldaer veel weiniger ruimte
lufthuis der oude koningin van Ormus,
met eenige kleine boomen , en verfcheidedadel-boomen.
Men heeft'er
noch twee groote water-putten , die
na den naem van den oort, daer zy ge-
mztkx.'L\)n yde^uttenvan Turjimbake
welker water het
genoemt worden :
gezonftc en verfchte van het gantfch
eilant is. A Idaer zij n noch vele andere
putten by verfcheide voorvallen ge«
graven.
nam , geduurende de groote zomer-
hitte.
In den oortvan Ttirnmbake ftondcrt
eertijts vijftien of twintigh huisjes,
die een vlekje of gehucht uitmaekten,
en alle van riet gcmaekt , en met da-
del-bomen bladen bedekt waren : daer
in de Moren met hunne vrouwen en
kinderen woonden: hoewel zeer jam-
merlijk.
Daer zijn op veele plaetfen des cf-
lants meer andere huizen vaneen zelf-
Vele
inwoonders , die in de ftad Ormus wel
gehuisveflzijn,brengen in deze Hechte
kleine huisjes viinJurumbake den zomer
met hunne vrouwen, kinderenen
flavenover: hoewel zy daer zeer weinigh
gemaks vinden, en nauÜx onder
dak kunnen fchuilen.
Zy nemen aldaer hun verblijf; de-
fte fatfoen , en ftoffe ^emaekt
wijl zy eensdeels door ervarentheir,
en eensdeels door een oude overlevering
weten, dat het verblijf en delucht
in het velt, veel gezonder , gedurende
de grote hitte des zomers, als in de
flad is.
Op de Noortzijde van dit eilant leit
tuHTchen de zee en het gcberghte is:
hoewel het aenzienlijker, als het ander
is : want aldaer zietmen het aeloude
StadOreen
ftad, ook Ormus geheten.
mu3>
Eer de ftad Ormus door de Portugezen
verovert wierr , was zy volkrijk
bewoont , zoo met inboorlingen , als
vreemdelingen, want de grote winftcn,
die aldaer met den koophandel gedaea
wierden , hadden derwaerts een groo*
ten toeloop van koopl uiden uitganfch
Perfie, en Ooftindien en ook uitEurope,
gelokt : die al daer, als op eene
gemene merckr, ten handel quamcn.
in 't kort , Ormus was eertijrs de beroemfte
en neringrijkfte koopftad , van
den gantfchen aertbodem : inzonderheic
eer de Portugezen den vaert op
Indien
#