Johan Nieuhofs Gedenkweerdige Brasiliaense zee ... - Sabrizain.org

ZEE- €h LAN T-R E I Z E.
graden 5 minnuten, N. O.
Door het lang talmen, en zemme-
ien begon de fcheurbuik onder ons volk
t ontltaen en woeden : en ook het water
te verminderen.
Den eerften van Loumant hadmen
topzeils koelte , ende hooghte van 34
graden 58 minuiren , mee harden
voortgang , en waren een ftreke van 39
mylengezeilc.
Den derden hadden wy de hooghte
van 35- graden, en 38 minuiren ; en
graden, en 29 minuiten lengte. De
koers was ooit ten noorde. Toen begoften
wy na deKaep van Goede Hope
te verlangen.
Den zcften quamen wy met een fne-
dige koelte op de hooghte van 45 grade
, en 4 minuiren , en hielden den zelven
koers ooft ten noorde , en zagen
veel (lecnkroos dryven , en hadden een
herden voortgang : dit duurde tot aen
den twee en twmtigften} hoewel met
veel ziekte , hert weer en wint.
Toen hadden wy des morgens de
hooghte van van 3 1 graden , en 3 6 mi-
nuiten , en zagen lant , tot ons grote
blyfc'iap , omtreat drie mylen van ons;
dacr wy nu omtrentdrie weken van ter
zy na toe gezeik waren. Men wierp het
dieploot, en bevont op, 58 vadem
fteengront, en des middaghs op ^5
zantgront.
Wy gingen weer in zee, en wenden
het dei middcrnachts weer na den wal
en des anderen daeghs weder inzee. Op
omtrent 7 of 8 mylen in zee,wertop 80
vadem fteek, en zantgront bevonden ,
en veel vogelen gezien.
Het was zeer dyzigh weer : waer
doorwy de Draekuythetgezightver-
loorcn.
Den vyfen twintigften waercn wy op
^xgraden 38 minuiten, 7 of 8 mylen
buiten de wal , maer konden geen gront
peilen.
Des avonts wert deDraek weerom
gezien.
A Idus hielden wy tot aen den acht en
twintigften af en aen het lant , en zwor-
ven heen en weer, zonder delCaep te
kunnen krygen. Wy wenden het weder
nalant, en hadden de hooghte van 3 2
graden 5 8 minuiten , en waren een my 1
van de wal, met groot gevaer : alzoo
het'er doorgaens vol klippen is. Dies het
tuflchen den 31 en 33 graden zeer vuil
f
ftrant is, daer de zee gcweldigh op
brant.
Waer doorwy gedwongen werden j
weerzeewaertsintcfteken ,tot groote
droefhcit van ons allen : want wy door
al dit zukkclen zoo ziek , en zwak ge- Scheurworden
waeren , dat wy naulix ons j") j^^"'
fchip koften regeren Eenigen hing al volk.
het tantvleefch over de tanden heen. Ja
de fcheurbuik was zoo verre gekomen,
dat de Barbier, die een Hoogduitfcher
en een gau, en verftandigh mecfter was,
zeide dat zy hun leven niet weer te
reght zouden komen. Waer op ik hem
zeide, dathy wel haeft binnen acht dagen
verandering zoude zien : zoo wy
flegts met lieve aen de Kaep konden
komen, en het volk grcente,en verver*
fching krege : gelijk het ook gebeurde,
en tot zyne grote verwondering :
dan het was geen wonder :
want de
meefter had noit zulke zware fcheur-
buik gezien, dewyl hy niet gevaren
hadde.
Den negen en twintigften , en dertigften
ftormdehet gcweldigh, waer
door men het met een zeil moeftiaten
dryven.
De Draek raekte toen weer van ons af.
Tot aen den t weden van Sprokkel
maent, moftcn wy al van de manafhouden
, tot op 34. graden 39 minuiten,
zuiderbrete , en 3 6 graden , en 32 mi-
nuiten lengte.
Den derden wert het weder, om den
herden ftorra , uit den zuid-oofte , van
lant gewent , en de fok op de fteven
genomen.
Des morgen nam de ftorm noch toe,
en floeg het fchover zeil aen flarden
zoo dat een nieu zeil moft angeflagen
worden.
Den vierden quamen wy met een
herde koelte op 33
graden 40 minuiten
} zagen toen weder zes of zeven
mylen van ons lant. Des avonts hadden
wy het Da ff en eilant een myl van ons,
wenden het weer zeewaerts in , en worpen
op 60 Vadem xant gront.
Het is'er langs de wal meede heel vol
khppen.
Wy moften al weer of en aenhouden
, tot den achften : als wanneer wy
de Tafel-bergh zuidweftwaerts negen
mylen, en het Daflen eilant noord
noord weftwaerts omtrent twee of
drie niy Icn van ons hadden.
A
Men