18.04.2015 Views

eerste gezang

eerste gezang

eerste gezang

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

SCHOONHEDEN DER NATUUR. Zevende Gezang. 471<br />

Het vierde weerelddeel (voorheen aan onze vaadren<br />

Gansch onbekend ), en doet ons veilig derwaardsnaadren.<br />

De lompe inwooners van dat wild en woest gewest,<br />

Verfchaffen fchatten aan 't befchaafd gcmcenebest,<br />

Die, nutloos zijn, voor hun; en wij zeer dierbaar achten;<br />

Waartegen zij ook weêr van onze hand verwachten,<br />

Die dingen, die bij hen 't gebruik benoodigd heeft,<br />

Doch welke dat Natuur niet aan die volken geeft.<br />

De menfchen maaken dus, bewoonende alle landen,<br />

Als medeburgers van 't Heel-Al, de zoete banden<br />

Der famenleeving in de weereldmaatfchappij:<br />

En onze nooddruft, die daar altoos nut toe zij^<br />

En moogelijk geheel noodzaaklijk is, vormde aardig,<br />

Ja fchraagt en Rerkt dus een verëening, ons zoo waardig.<br />

ö Vlijtge Mensch! uw geest, die altijd bezig is,'<br />

En telkens uit een zee van diepe duisternis<br />

Weêr nieuwe dingen haalt en fchept, weet ons door trekken<br />

Die overtuigend en opmerklijk zijn, te ontdekken,<br />

Uw uitgeftrektheid en uw grootheid, die zich niet<br />

In 't onderneemen door een' mensch bepaalen liet:<br />

Maar groot zijnde alles waagt;daarde uitkoomst van die dingen<br />

Mijn hart altoos verrukt in meêr verwonderingen.<br />

G g 4<br />

Hier

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!