De stem van de meester. De hertogen van - middelnederlands.be
De stem van de meester. De hertogen van - middelnederlands.be
De stem van de meester. De hertogen van - middelnederlands.be
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>de</strong> <strong>stem</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>meester</strong><br />
<strong>van</strong> Brabant en Luxemburg droegen. 47 Een heraldisch traktaat uit <strong>de</strong><br />
vijftien<strong>de</strong> eeuw maakt dui<strong>de</strong>lijk dat <strong>de</strong> papegaai het geschikte symbool<br />
was voor iemand die niet alleen mooi <strong>van</strong> uiterlijk en hoofs in <strong>de</strong> omgang<br />
was, maar die bovendien vele talen vloeiend sprak. 48<br />
On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> hoofse hertog Wenceslas <strong>be</strong>reikte het literaire mecenaat<br />
aan het Brabantse hof haar absolute hoogtepunt. <strong>De</strong> enthousiaste samenwerking<br />
tussen <strong>de</strong> hertog en zijn ‘goe<strong>de</strong> vriend’ Jean Froissart leid<strong>de</strong><br />
tot <strong>meester</strong>werken als <strong>de</strong> Prison amoureuse en <strong>de</strong> Meliador. Aan <strong>de</strong>ze<br />
uiterst vruchtbare situatie kwam evenwel een eind toen Wenceslas in<br />
<strong>de</strong> nacht <strong>van</strong> 7 op 8 <strong>de</strong>cem<strong>be</strong>r 1383 – tij<strong>de</strong>ns een verblijf in het hertogdom<br />
Luxemburg – onverwacht kwam te overlij<strong>de</strong>n. Froissart was op<br />
dat moment nog volop <strong>be</strong>zig met <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> versie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Meliador,<br />
want in zijn Dit dou Florin zegt hij dat Wenceslas het eindresultaat<br />
nooit on<strong>de</strong>r ogen heeft gehad: qu’il ne le veïst onques. 49<br />
<strong>De</strong> plotselinge dood <strong>van</strong> hertog Wenceslas moet in Brabant voor<br />
een flinke schok heb<strong>be</strong>n gezorgd, niet alleen bij Jean Froissart en bij<br />
hertogin Johanna – die nu zelf <strong>de</strong> regering op zich moest nemen –<br />
maar zeker ook bij <strong>de</strong> <strong>be</strong>volking. Kort na <strong>de</strong> ge<strong>be</strong>urtenis ontstond een<br />
Ne<strong>de</strong>rlandstalige sproke, Die claghe <strong>van</strong><strong>de</strong>n hertoghe Wenselijn <strong>van</strong> Brabant.<br />
Daarin wordt <strong>be</strong>schreven hoe hertog Wenceslas dankzij een visioen<br />
<strong>de</strong> kans had gekregen zich <strong>be</strong>rouwvol op zijn dood voor te <strong>be</strong>rei<strong>de</strong>n.<br />
Vervolgens <strong>be</strong>treuren <strong>de</strong> vier leeuwen op Wenceslas’ wapen – <strong>de</strong><br />
leeuwen <strong>van</strong> Bohemen, Luxemburg, Limburg en Brabant – het overlij<strong>de</strong>n<br />
<strong>van</strong> hun heer. Ze wor<strong>de</strong>n telkens getroost door een allegorisch<br />
vrouwelijk personage, achtereenvolgens Gerechtigheid, Oprechte<br />
Trouw, Geduld en Oprecht Berouw. In <strong>de</strong> laatste strofe maakt <strong>de</strong><br />
dichter zich <strong>be</strong>kend als Jan Knib<strong>be</strong> uit Brussel. Hij suggereert dat hij<br />
altijd in dienst is geweest bij hertog Wenceslas – want hi mijn here was al<br />
mijn leven – en laat weten dat hij graag bij <strong>de</strong> heren verbleef. <strong>De</strong> tekst<br />
is evenwel niet op een hofpubliek gericht. <strong>De</strong> dichter wijst er expliciet<br />
op dat hij <strong>de</strong> tekst int ghemeine (‘in het openbaar’) voordraagt. 50<br />
Mogelijk werd Die claghe geschreven op verzoek <strong>van</strong> Johanna. <strong>De</strong><br />
tekst biedt immers niet alleen troost door te wijzen op het tijdige <strong>be</strong>rouw<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> hertog, maar roept tegelijkertijd <strong>de</strong> <strong>be</strong>volking <strong>van</strong> Brabant<br />
en Limburg op <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> hertogin trouw te blijven dienen. Of<br />
schreef Jan Knib<strong>be</strong> misschien op verzoek <strong>van</strong> Jan en Willem, twee bastaardzonen<br />
<strong>van</strong> Wenceslas? In het gedicht wordt er expliciet op gewezen<br />
dat <strong>de</strong> hertog in zijn laatste uren <strong>de</strong> wens uitte dat zijn vrouw <strong>de</strong><br />
kin<strong>de</strong>ren die hij buiten het huwelijk had verwekt, <strong>van</strong> een vast inkomen<br />
zou voorzien:<br />
136