De stem van de meester. De hertogen van - middelnederlands.be
De stem van de meester. De hertogen van - middelnederlands.be
De stem van de meester. De hertogen van - middelnederlands.be
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
pagina 122 tot 126<br />
99. Zie resp. Wilmink & Me<strong>de</strong>r 1995, 103-104 (en Janssens 1986a, 98) en Me<strong>de</strong>r<br />
1989, 74, n. 59. Op <strong>de</strong> situering <strong>van</strong> <strong>de</strong> Borchgravinne aan het hof wordt afwijzend<br />
gereageerd door Lod<strong>de</strong>r 1998, 27-28.<br />
100. <strong>De</strong> sproke is uitgegeven door <strong>De</strong> Keyser 1950 (citaat op p. 28, vs. 296). Dat Hein<br />
<strong>van</strong> Aken tevens <strong>de</strong> auteur is <strong>van</strong> <strong>de</strong> Vier<strong>de</strong> Martijn – zoals werd <strong>be</strong>pleit door<br />
Hegman 1958, 20-26 – is niet zo waarschijnlijk (Lievens 1960, 58-61). En het is<br />
louter op basis <strong>van</strong> die i<strong>de</strong>ntificatie dat <strong>de</strong> stelling is geponeerd dat Van <strong>de</strong>n coninc<br />
Saladijn werd geschreven voor ‘<strong>de</strong> rid<strong>de</strong>rs <strong>van</strong> <strong>de</strong> hofkring <strong>van</strong> Hertog Jan ii <strong>van</strong><br />
Brabant’ (<strong>De</strong> Keyser 1950, 6). Mogelijk is Hein <strong>van</strong> Aken wel i<strong>de</strong>ntiek aan <strong>de</strong> auteur<br />
<strong>van</strong> Die Rose, Heinric <strong>van</strong> Brussel. Dat Hein <strong>van</strong> Aken uit Brussel afkomstig<br />
was – en in 1330 al was overle<strong>de</strong>n – blijkt uit een verwijzing in <strong>de</strong> Lekenspiegel<br />
<strong>van</strong> Jan <strong>van</strong> Boendale (<strong>De</strong> Vries 1844-1848, dl. 3, 183, 3 <strong>de</strong> boek, kap. 17, vs. 91-<br />
96; vgl. Hogenelst 1997, dl. 1, 147).<br />
noten bij hoofdstuk 6<br />
1. <strong>De</strong> juridische achtergrond <strong>van</strong> <strong>de</strong> vrouwelijke opvolging in Brabant wordt <strong>be</strong>sproken<br />
door Stein 1994, 173-174.<br />
2. Het mecenaat <strong>van</strong> Jan <strong>de</strong> Blin<strong>de</strong> wordt <strong>be</strong>han<strong>de</strong>ld door Wilkins 1983, 257-264.<br />
3. Avonds 1984, 185-187.<br />
4. Zie over <strong>de</strong> moeizame opvolging door Johanna en Wenceslas, Avonds 1984, 184-<br />
224; Stein 1994, 172-176; voor het territorium Uyttebrouck 1975, dl. 1, 43-111.<br />
5. Zie over het gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> hofrekeningen – die <strong>be</strong>waard wor<strong>de</strong>n in het Algemeen<br />
Rijksarchief Brussel (arab), fonds Rekenkamer – Slei<strong>de</strong>rink 1993, 2-3 en<br />
Uyttebrouck 1974. Het muziekleven on<strong>de</strong>r Johanna en Wenceslas wordt <strong>be</strong>schreven<br />
door Slei<strong>de</strong>rink 1994 en Slei<strong>de</strong>rink 2001.<br />
6. Primisser 1827, 93-96, vs. 140-144; Slei<strong>de</strong>rink 1993, 10-11.<br />
7. Het citaat is afkomstig uit Gerrit Potters Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> kronieken<br />
<strong>van</strong> Froissart, <strong>De</strong> Pauw 1898, 441.<br />
8. Slei<strong>de</strong>rink 1998, 28-29; vgl. Van Oostrom 1987, 18-22.<br />
9. Slei<strong>de</strong>rink 1993, 6-7. Dat <strong>de</strong> Hertog <strong>van</strong> Brunswijk voor hertog Wenceslas zou zijn<br />
geschreven lijkt mij – on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re in het licht <strong>van</strong> Klein 1997 – niet langer waarschijnlijk.<br />
Zie tevens noot 54 bij hoofdstuk 5.<br />
10. Slei<strong>de</strong>rink 1993, 14-15; Slei<strong>de</strong>rink 1998, 28-29; <strong>De</strong> Haan 1999, 59-79; Van Oostrom<br />
1987, 18-22. Zie specifiek over <strong>de</strong> Duitse kleuring bij Augustijnken, Klein<br />
1997 en <strong>De</strong> Haan 1999, 133-136.<br />
11. Brinkman & Schenkel 1999, 777; Slei<strong>de</strong>rink 1993, 8 (vgl. voor het genre ook Slei<strong>de</strong>rink<br />
1998, 25). Iets ver<strong>de</strong>rop in het handschrift-Van Hulthem – in <strong>de</strong> sproke<br />
<strong>De</strong>en gheselle calengiert <strong>de</strong>n an<strong>de</strong>ren die wan<strong>de</strong>linghe (vs. 68) – is overigens sprake<br />
<strong>van</strong> een overle<strong>de</strong>n rondreizen<strong>de</strong> dichter Gielise <strong>van</strong> Trecht (Brinkman & Schenkel<br />
1999, 780; Hogenelst 1992, 99).<br />
12. Aldus een rekeningpost <strong>van</strong> 22 mei 1379 (Slei<strong>de</strong>rink 1993, 16).<br />
13. Naast <strong>de</strong> nog te noemen gegevens kan wor<strong>de</strong>n gewezen op een voordrachtskunstenaar<br />
die in dienst was bij <strong>de</strong> Franse koning (1366) en een an<strong>de</strong>re die Retulmostier<br />
wordt genoemd en die in 1378 en 1379 zijn opwachting maakte aan het<br />
hof (Slei<strong>de</strong>rink 1993, 6).<br />
14. Slei<strong>de</strong>rink 1993, 3-6. Wellicht <strong>be</strong>treft het L’espinette amoureuse (uitgegeven door<br />
Fourrier 1972; zie voor <strong>de</strong> datering 30-32). Een an<strong>de</strong>re mogelijkheid is L’orloge<br />
amoureus (aldus <strong>De</strong>mbowski 1986, 17, n. 38).<br />
192