De stem van de meester. De hertogen van - middelnederlands.be
De stem van de meester. De hertogen van - middelnederlands.be
De stem van de meester. De hertogen van - middelnederlands.be
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
hendrik iii en zijn weduwe ( 1248-1267)<br />
wor<strong>de</strong>n rechtgezet. En dat terwijl alle jo<strong>de</strong>n en Cahorsijnen – als geldschieters<br />
nochtans onmisbaar – volgens het testament uit Brabant zou<strong>de</strong>n<br />
moeten wor<strong>de</strong>n verdreven als ze hun woekerpraktijken niet wil<strong>de</strong>n<br />
opgeven. 34 Hertogin Alei<strong>de</strong> zat met <strong>de</strong>ze <strong>be</strong>palingen omhoog, maar ze<br />
lichtvoetig terzij<strong>de</strong> schuiven was niet mogelijk. Vermoe<strong>de</strong>lijk op aanra<strong>de</strong>n<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> dominicanen uit Leuven – twee <strong>van</strong> hen waren <strong>be</strong>noemd<br />
tot executeur <strong>van</strong> Hendriks testament – leg<strong>de</strong> Alei<strong>de</strong> het probleem<br />
voor aan niemand min<strong>de</strong>r dan Thomas <strong>van</strong> Aquino, <strong>de</strong> <strong>be</strong>faam<strong>de</strong> dominicaanse<br />
theoloog en filosoof die op dat moment in Italië doceer<strong>de</strong>.<br />
Het antwoord <strong>van</strong> <strong>de</strong> doctor angelicus is overgeleverd in talrijke handschriften<br />
en staat <strong>be</strong>kend als <strong>de</strong> Epistola ad ducissam Brabantiae of <strong>De</strong><br />
regimine judaeorum. <strong>De</strong> vragen <strong>van</strong> Alei<strong>de</strong> zijn niet overgeleverd, maar<br />
laten zich groten<strong>de</strong>els reconstrueren uit <strong>de</strong> brief die Thomas omstreeks<br />
1263 aan haar richtte. 35<br />
Alei<strong>de</strong> had Thomas <strong>van</strong> Aquino gevraagd of ze <strong>be</strong>lasting mocht eisen<br />
<strong>van</strong> jo<strong>de</strong>n en Cahorsijnen die <strong>van</strong> woeker leven, of ze hen geldboetes<br />
kon opleggen en of ze vrijwillige giften <strong>van</strong> hen mocht aanvaar<strong>de</strong>n.<br />
Thomas antwoordt hierop dat dit allemaal is toegestaan mits het geld<br />
wordt gebruikt voor het scha<strong>de</strong>loosstellen <strong>van</strong> mensen die heb<strong>be</strong>n gele<strong>de</strong>n<br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> afpersing. Indien <strong>de</strong> rechtheb<strong>be</strong>n<strong>de</strong>n niet wor<strong>de</strong>n gevon<strong>de</strong>n,<br />
of wanneer er na terug<strong>be</strong>taling nog iets overblijft, zal aan het geld<br />
een religieuze <strong>be</strong><strong>stem</strong>ming moeten wor<strong>de</strong>n gegeven of zal het moeten<br />
wor<strong>de</strong>n aangewend voor het algemeen nut. Hij voegt hier nog aan toe<br />
dat jo<strong>de</strong>n in<strong>de</strong>rdaad verplicht moeten wor<strong>de</strong>n een herkenningsteken te<br />
dragen, waarbij hij uitdrukkelijk verwijst naar het overeenkomstige <strong>be</strong>sluit<br />
<strong>van</strong> het Concilie <strong>van</strong> Lateranen in 1215. In zijn epistel aan <strong>de</strong><br />
Brabantse hertogin geeft Thomas ver<strong>de</strong>r antwoord op <strong>de</strong> vraag of een<br />
openbaar ambt mag wor<strong>de</strong>n verkocht. In principe zou dat geen probleem<br />
zijn, tenminste als <strong>de</strong> kandidaat over <strong>de</strong> capaciteiten <strong>be</strong>schikt<br />
die voor het ambt vereist zijn. Op die wijze ontneemt men echter wel<br />
aan arme mensen <strong>de</strong> mogelijkheid een openbaar ambt te vervullen. Als<br />
<strong>de</strong> vorstin dan toch geld wil verkrijgen kan zij <strong>be</strong>ter giften accepteren<br />
<strong>van</strong> ambtenaren die reeds zijn aangesteld. Op <strong>de</strong> vraag <strong>van</strong> <strong>de</strong> hertogin<br />
of zij gerechtigd is <strong>be</strong>lasting te heffen <strong>van</strong> haar on<strong>de</strong>rdanen, antwoordt<br />
Thomas dat dit wel mag mits het geld niet wordt aangewend voor een<br />
weel<strong>de</strong>rig hofleven. Geld dat ambtenaren ten onrechte heb<strong>be</strong>n geïnd<br />
moet wor<strong>de</strong>n terug<strong>be</strong>taald; <strong>de</strong>snoods kan het ook wor<strong>de</strong>n <strong>be</strong>nut voor<br />
goe<strong>de</strong> werken of werken <strong>van</strong> algemeen <strong>be</strong>lang. 36<br />
<strong>De</strong> contacten tussen Alei<strong>de</strong> en Thomas <strong>van</strong> Aquino kunnen wor<strong>de</strong>n<br />
verklaard <strong>van</strong>uit <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> verstandhouding tussen het Brabantse hof<br />
en <strong>de</strong> dominicanen <strong>van</strong> Leuven. <strong>De</strong> predikheren verbleven al in <strong>de</strong> resi<strong>de</strong>ntiestad<br />
se<strong>de</strong>rt 1233, het jaar waarin hertog Hendrik i hen een on<strong>de</strong>rkomen<br />
had aangebo<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> bijgebouwen <strong>van</strong> zijn kasteel op<br />
67