21.06.2015 Views

I

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

persoon − niet in de hippocampus zelf is opgeslagen, zoals bij de grootmoedercel. De hippocampus<br />

dient alleen om de verzamelde kennis die elders is opgeslagen te reconstrueren of<br />

‘op te diepen’. Dit informationele convergentieprincipe speelt ook een rol in the theorie van<br />

convergentiezones van de neuroloog Damasio. Dit zijn gebieden in de hersenen, zoals de<br />

associatiegebieden of de hippocampus, die niet de representatie zelf maar een soort code<br />

bevatten om de representatie die op andere verspreide locaties is opgeslagen, tot een geheel<br />

'samen te smeden'. Damasio gebruikt hiervoor de term dispositionele representaties: een<br />

code of latent vermogen van groepen neuronen om te vuren.<br />

Bij lokale binding wordt verondersteld dat alle informatie in de binding unit zelf (in fysische<br />

zin) is opgeslagen. Een probleem dat zich hierbij voordoet, is dat van beperkte spatiële resolutie:<br />

naarmate gebieden in de hersenen verder weg liggen van zintuigen, neemt de grootte<br />

van hun receptieve velden toe. Bijvoorbeeld in de inferotemporale schors bedraagt de grootte<br />

van het receptieve visuele veld meer dan 15 booggraden. In dergelijke gebieden kan dus<br />

nauwelijks sprake meer zijn van een precieze codering van stimuluskenmerken. Het model<br />

van Damasio, dat zowel kenmerken heeft van lokale als verspreide organisatie, komt in zekere<br />

mate tegemoet aan het bezwaar van beperkte spatiële resolutie van associatiegebieden. In<br />

zijn model worden immers representaties van perceptuele objecten of concepten niet in de<br />

associatie- of convergentiegebieden zelf gevormd, maar gereconstrueerd uit de primaire sensorische<br />

en motorische gebieden. De 'scherpte' van de representaties (bijvoorbeeld de levendige<br />

herinnering aan een landschap of gezicht) blijft hierdoor behouden.<br />

4.5.2 Coöperatieve interactie<br />

Een andere oplossing is dat binding een gevolg is van een dynamisch proces van coöperatieve<br />

interactie tussen neuronen of corticale gebieden zelf, zonder tussenkomst van een apart<br />

gebied of unit waar de informatie uit deze gebieden convergeert. Deze oplossing lijkt, wat<br />

betreft het beroep op neurale hardware, veel zuiniger dan het convergentieprincipe.<br />

Dit interactieve principe, aangeduid als ensemblecodering, is geïllustreerd in het rechter deel<br />

B van figuur 4.9. Herkenning van het gezicht van grootmoeder wordt hier verklaard als de<br />

gelijktijdige samenvoeging van een reeks kenmerken die in aparte neurale locaties zijn opgeslagen.<br />

Elke onderdeel of 'knoop' in het ensemble kan echter meerdere functies hebben. Zij<br />

kunnen bijvoorbeeld ook een bijdrage leveren aan het herkennen van een auto, of een appel<br />

aan de boom. De ensembletheorie verklaart ook hoe ons brein nieuwe (onbekende) en oude<br />

(bekende) objecten uit elkaar kan houden. Om een object als nieuw te kunnen identificeren,<br />

moeten namelijk ook 'oude knopen' in het netwerk van de hersenschors worden geactiveerd.<br />

Ook verklaart het dat wij ons soms vergissen in het herkenningsproces, omdat bij waarneming<br />

van nieuwe objecten soms ook oude elementen worden geactiveerd.<br />

107

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!