21.06.2015 Views

I

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

‘My brain: it's my second favorite organ’<br />

Woody Allen (Sleeper, 1973)<br />

Nawoord<br />

Als afsluiting van dit boek een korte nabeschouwing. Ik ben ooit begonnen als student<br />

psychologie in een periode dat er van ‘het brein als inspiratiebron voor de psychologie’<br />

nog geen sprake was. De psychologie bestond uit een eenvoudig geheel van boeken<br />

en colleges waar je doorheen werkte, en behave een kikkerpracticum was er geen<br />

band met de biologische basis van ons gedrag. In dat practicum gegeveven door een<br />

fysioloog leerden we in een spierzenuwpreparaat van de achterpoot van de kikker<br />

een reflex opwekken, en te registreren op een beroete trommel. Die kikkers waren tevoren<br />

gevangen in de sloot achter het academisch ziekenhuis te Leiden, en na verdoofd<br />

te zijn in een emmer met zeepsop, door ons gedood.<br />

Statistiek bestond wel, met een nadruk op niet-parametrische toetsen. De computer<br />

was net gearriveerd, een X1 machine van de firma Elektrologica waarmee je zowaar<br />

een echte factor-analyse kon uitvoeren in ongeveer twintig minuten.<br />

Nu, zo’n 55 jaar later is er veel veranderd in de psychologie. Er heeft een enorme<br />

schaalvergroting plaatsgevonden, zowel qua studentenaantallen als de inhoud van het<br />

vak, met een forse ruk richting neurowetenschappen. Bijna elke vak- of programmagroep<br />

in Nederland doet wel iets op het gebied van hersenen, de neurale basis van<br />

emoties, ontwikkeling, sociaal gedrag enzovoort. De cognitieve neurowetenschap lijkt<br />

zich definitief te hebben genesteld aan onze Universiteiten.<br />

Dat lijkt op het eerste gezicht gunstig, en tekenend voor een gezonde ontwikkeling. De<br />

psychologie gaat immers met haar tijd mee en ontwikkelt zich nu tot een echte ‘harde’<br />

wetenschap. In de lijn van deze ontwikkeling heb ook ik destijds het standpunt verdedigd<br />

dat eigenlijk de hele psychologie moet worden herschreven, maar nu vanuit de<br />

kennis ontleend aan het hersenonderzoek.<br />

Maar zijn wij daarin niet teveel doorgeschoten? En is juist de zuivere, ‘droge’ aanpak<br />

van de cognitieve psychologie, niet gehinderd door hersenkunde maar puur gericht op<br />

mechanismen van menselijk cognitie, een waardevol gegeven? De invloedrijke en<br />

vaak nog actuele theorieën uit de cognitieve psychologie zijn in een tijdperk tot stand<br />

gekomen waarin de hersenen nog nauwelijks een rol van betekenis speelden. Ik denk<br />

daarbij aan het onderzoek van Sternberg, Broadbent, Shiffrin en Schneider, Baddeley,<br />

Rabbitt, Salthouse, Tulving , Posner, Levelt en Neisser. Hoe valt hun werk in te passen<br />

371

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!