24.09.2013 Views

AC 09 2008 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...

AC 09 2008 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...

AC 09 2008 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

1934 HOF VAN CASSATIE 12.9.08 - Nr. 470<br />

LECLERCQ in zijn conclusie voor het arrest van 18 januari 2001 af dat onder ‘niets<br />

opbrengende onroerende goederen’ in de zin van artikel 157, 3°, W.I.B. (1964) moet<br />

worden verstaan dat er geen enkele winst, geen enkele baat, hoe gering ook, mag worden<br />

behaald (Cass., 18 januari 2001, A.C. 2001, nr. 35).<br />

Inzake de gelijkluidende bepaling van artikel 4, tweede lid, van de samengeschakelde<br />

wetten betreffende de inkomstenbelastingen, oordeelde Uw Hof reeds dat de wet tussen<br />

de verschillende onderdelen van de vrijgestelde eigendommen geen enkel onderscheid<br />

voorziet; uit de bedoeling van de wetgever en de beschouwing waardoor hij zich heeft<br />

laten leiden, zowel als uit de algemeenheid van de bewoordingen van de betwiste<br />

wetsbepaling, leidde Uw Hof af dat de litigieuze vrijstelling van belasting zich tot de<br />

algeheelheid van elk vrijgestelde eigendom uitbreidt, en dat, wat de belastbaarheid in de<br />

grondbelasting betreft, elk onderscheid tussen de verschillende gedeelten ervan<br />

uitgesloten is (Cass., 19 december 1950, A.C. 1951, 218).<br />

De administratieve commentaar op artikel 253 WIB 92 sluit in beginsel uit dat de<br />

vervulling van de wettelijke voorwaarden per deel van een kadastraal perceel wordt<br />

onderzocht (Com. I.B. 1992, nrs. 253/99 en 100, eerste alinea).<br />

De commentaar vervolgt evenwel onder randnr. 253/100 dat om te voorkomen dat de<br />

toepassing van dit beginsel (beoordeling per kadastraal perceel) al te ver strekkende<br />

gevolgen zou hebben, de vrijstellingsvoorwaarden uitsluitend in het geval van<br />

omvangrijke gebouwen die éénzelfde kadastraal perceel vormen en die technisch zo<br />

ontworpen en gebouwd zijn dat ze in afzonderlijke delen kunnen worden verkocht of<br />

verhuurd, worden beoordeeld per deel of delen, die door de Staat, de Gemeenschappen, de<br />

Gewesten, de provincies, de gemeenten of door een openbare instelling tot een openbare<br />

dienst of een dienst van openbaar nut worden gebruikt.<br />

De vraag kan worden gesteld of dit door redenen van billijkheid ingegeven<br />

administratief standpunt wel verenigbaar is met de tekst van de wet te meer nu geen<br />

vrijstelling van belasting kan worden verleend die niet in de wet is voorzien (artikel 172<br />

van de grondwet).<br />

Ik meen dat de soepele interpretatie van het bestuur kan worden bijgetreden in de<br />

gevallen waarin de afzonderlijke delen van éénzelfde kadastraal perceel door de<br />

administratie van het kadaster ook als dusdanig worden behandeld door het in aanmerking<br />

nemen van een afzonderlijk kadastraal inkomen.<br />

De vergelijking kan worden gemaakt met de ondergrondse ‘handelsemplacementen’ die<br />

deel uitmaken van het patrimonium van de M.I.V.B., doch waaraan een afzonderlijk<br />

belastbaar kadastraal inkomen wordt toegerekend door de administratie van het kadaster.<br />

Uw Hof oordeelde in dat verband dat het kadastraal inkomen van dergelijke<br />

handelsemplacementen die een openbare vervoermaatschappij tegen betaling van een<br />

geldsom ter beschikking van derden stelt voor hun exploitatie, niet van onroerende<br />

voorheffing kan worden vrijgesteld op grond van artikel 157, 3°, W.I.B. (1964), aangezien<br />

de litigieuze onroerende eigendommen wel degelijk op zichzelf iets opbrengen (Cass., 6<br />

april 1992, A.C. 1991-92, nr. 422).<br />

Nu, zoals o.m. blijkt uit de brief van 13 juni 2000 van de administratie van het kadaster,<br />

directie Antwerpen aan de Gewestelijke Directeur van het Kadaster, aan de cafetaria een<br />

afzonderlijk kadastraal inkomen werd toegerekend, nl. van 4O.2OO BEF, dient m.i. in<br />

dezelfde logica te worden nagegaan of dit onroerend goed voldoet aan de drie door de wet<br />

gestelde voorwaarden voor belastingvrijstelling.<br />

Ook in casu is niet voldaan aan de voorwaarde dat het goed op zichzelf niets mag<br />

opbrengen: niettegenstaande de concessieovereenkomst beperkingen oplegt aan de<br />

uitbater in verband met de uitbating van de cafetaria tijdens sportmanifestaties, staat de<br />

cafetaria immers open voor iedereen, niet enkel voor de gebruikers van een sporthal, en

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!