AC 09 2008 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...
AC 09 2008 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...
AC 09 2008 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Nr. 485 - 19.9.08 HOF VAN CASSATIE 1979<br />
Nr. 485<br />
1° KAMER - 19 september <strong>2008</strong><br />
OVERHEIDSOPDR<strong>AC</strong>HTEN (WERKEN. LEVERINGEN. DIENSTEN) - ALGEMENE<br />
AANNEMINGSVOORWAARDEN - AANNEMING - IN GEBREKE BLIJVEN BIJ DE UITVOERING VAN DE<br />
OPDR<strong>AC</strong>HT - A<strong>MB</strong>TSHALVE MAATREGELEN VAN HET BESTUUR - EENZIJDIGE VERBREKING VAN DE<br />
OPDR<strong>AC</strong>HT - BOETE - DRAAGWIJDTE<br />
De uitsluiting van iedere boete wegens laattijdige uitvoering op het deel waarop het van<br />
ambtswege eenzijdig verbreken van de opdracht door de aanbestedende overheid slaat<br />
strekt zich niet uit tot de periode voorafgaand aan de verbreking. (Art. 20, §6, 1° K.B. 26<br />
sept. 1996)<br />
(R.V.A., openbare instelling met rechtspersoonlijkheid T. BENOIT, in hoedanigheid van curator van het faillissement van<br />
Delrue n.v. e.a.)<br />
ARREST<br />
(A.R. C.07.0218.N)<br />
I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF<br />
Het cassatieberoep is gericht tegen een arrest, op 11 december 2006 gewezen<br />
door het Hof van Beroep te Gent.<br />
Raadsheer Beatrijs Deconinck heeft verslag uitgebracht.<br />
Advocaat-generaal met opdracht André Van Ingelgem heeft geconcludeerd.<br />
II. CASSATIEMIDDEL<br />
De eiser voert in zijn verzoekschrift een middel aan.<br />
Geschonden wettelijke bepalingen<br />
- De artikelen 20, §1, §2, §3, §4, §5 en §6, en 48 van de Algemene aannemingsvoorwaarden<br />
(Algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aanneming<br />
van werken, leveringen en diensten en voor de concessies voor openbare werken,<br />
hierna afgekort AAV) zijnde de bijlage bij het koninklijk besluit van 26 september 1996<br />
tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van overheidsopdrachten en van de concessies<br />
voor openbare werken (AUR).<br />
Aangevochten beslissingen<br />
Het arrest van bevestiging dat het hoger beroep van de eiser afwijst als ongegrond, op<br />
grond o.m. van de volgende overwegingen:<br />
"I. Onder uitdrukkelijke herneming van de motivering van de eerste rechter (onder punt<br />
'V. Beoordeling. V.2. Ten gronde' V.2.1. en V.2.2., zevende tot en met twaalfde blad), behalve<br />
waar zij strijdig zou zijn met wat in onderhavig arrest wordt overwogen, wijst het<br />
hof (van beroep) het hoofdberoep van de RVA volledig af als ongegrond.<br />
II. A.<br />
De eerste rechter heeft de vordering van de RVA afgewezen tot aftrek in haar voordeel<br />
van de bedragen 413.088 frank (10.240,18 euro), 460.752 frank (11.421,74 euro) en<br />
254.208 frank (6.301,66 euro), samen 1.128.048 frank (27.963,58 euro).<br />
De RVA houdt voor dat deze bedragen een sanctie betreffen waarop zij recht heeft uit<br />
hoofde van artikel 20, §4, van het koninklijk besluit van 26 september 1996.<br />
(B.)