24.09.2013 Views

AC 09 2008 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...

AC 09 2008 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...

AC 09 2008 (PDF, 1.76 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

2028 HOF VAN CASSATIE 22.9.08 - Nr. 493<br />

Advocaat: mr. De Bruyn.<br />

Nr. 494<br />

3° KAMER - 22 september <strong>2008</strong><br />

ARBEIDSONGEVAL — VERGOEDING — ALGEMEEN - VERGOEDING VAN<br />

PROTHESES - GEEN GEBRUIK VAN DE PROTHESE OP HET OGENBLIK VAN HET ONGEVAL - GEVOLG<br />

De schade aan de prothese komt, overeenkomstig artikel 3ter, eerste lid, van de wet van 3<br />

juli 1967, voor vergoeding in aanmerking wanneer de schade zich voordoet tijdens de<br />

uitvoering van het werk, zonder dat vereist is dat het slachtoffer op dat ogenblik van de<br />

prothese gebruik maakte 1 . (Art. 3ter, eerste lid Arbeidsongevallenwet<br />

Overheidspersoneel)<br />

(VLAAMSE GEMEENSCHAP T. V.)<br />

Advocaat-generaal Mortier heeft in substantie gezegd:<br />

In voorliggende zaak ligt ter discussie of een bril het karakter van prothese, in de zin<br />

van artikel 26 van de Arbeidsongevallenwet verliest indien deze tijdens het uitoefenen van<br />

de arbeidsovereenkomst niet wordt gebruikt. Verweerster had haar bril tijdelijk afgezet en<br />

overhandigd aan een derde die hem liet vallen met onherstelbare beschadiging tot gevolg.<br />

Artikel 3ter van de wet van 3 juli 1967 bepaalt dat het slachtoffer recht heeft op<br />

herstellings- en vervangingskosten van de protheses waaraan het ongeval schade heeft<br />

veroorzaakt.<br />

Het eerste middel gaat ervan uit dat een bril in beginsel als prothese in de zin van<br />

artikel 3 ter kan beschouwd worden, maar dat dan wel vereist is dat het betreffende kunst-<br />

of hulpmiddel op het ogenblik van de beschadiging als prothese dienst deed, dit wil<br />

zeggen gebruikt werd door het slachtoffer.<br />

Artikel 3ter van de wet van 3 juli 1967 is geënt op artikel 26 van de<br />

arbeidsongevallenwet dat bepaalt dat de herstellings- en vervangingskosten van prothesen<br />

en orthopedische toestellen worden vergoed ook indien het ongeval geen lichamelijke<br />

letsels teweegbrengt.<br />

De ratio hiervan is, volgens de parlementaire handelingen, dat de schade aan<br />

kunstledematen of orthopedische toestellen niet kan worden aanzien als louter stoffelijke<br />

schade en dat daarom voorgesteld wordt deze schade voortaan rechtstreeks te laten<br />

vergoeden. De minister bevestigde in de senaatscommissie dat men in dit geval niet kan<br />

spreken van louter stoffelijke schade, omdat die toestellen een integrerend deel zijn van de<br />

getroffene.<br />

Schade aan prothesen wordt aldus gelijkgesteld met lichamelijk letsel, omdat deze<br />

kunst- of hulpmiddelen beschouwd worden als onderdeel of vervangend deel maar<br />

integrerend deel van het menselijk lichaam.<br />

Hoewel advocaat-generaal Lenaerts in zijn conclusie voor het arrest van 18 maart 1985 2<br />

niet overtuigd leek van de uitleg van de minister dat ook een bril als kunstledemaat of prothese<br />

in aanmerking kwam omdat een bril niet al te best bij deze definitie past, kwam hij<br />

op deze problematiek terug in zijn conclusie voor het arrest van 15 oktober 1990.<br />

Hoewel het in deze zaak over de toepassing van artikel 28 van de arbeidsongevallenwet<br />

1 Zie conclusie O.M.<br />

2 Cass., 18 maart 1985, A.R. nr.4665, A.C. 1984-1985, nr. 435.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!