18.01.2014 Views

IRE-RA 2003-00 - IBR

IRE-RA 2003-00 - IBR

IRE-RA 2003-00 - IBR

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Het opleggen van een tuchtsanctie aan [XYZ] doet geenszins afbreuk aan het<br />

principe dat de tuchtstraf persoonlijk en individueel is. Het is immers [XYZ]<br />

die, als bedrijfsrevisor, de inbreuk heeft gepleegd. Bovendien zou de stelling van<br />

[XYZ] leiden tot een feitelijke immuniteit van de bedrijfsrevisorenvennootschappen<br />

voor tuchtsancties en tot gevolg hebben dat zij zich zouden kunnen onttrekken<br />

aan de regels van de deontologie. Dit kan niet verantwoord worden en<br />

daarvoor bestaat geen wettelijke grondslag. In tegenstelling tot wat [XYZ]<br />

voorhoudt, kan uit het toenmalige artikel 33 § 2 van de wet van 22 juli 1953<br />

(thans artikel 132 W. Venn.) overigens niet worden besloten dat geen tuchtsanctie<br />

kan worden opgelegd aan een bedrijfsrevisor die de vorm heeft van een<br />

burgerlijke vennootschap.<br />

Daarin is wel bepaald dat de vertegenwoordiger van die vennootschap burgerrechtelijk,<br />

strafrechtelijk en tuchtrechtelijk aansprakelijk is alsof hij de betrokken<br />

opdracht in eigen naam en voor eigen rekening zou volbrengen en dat de<br />

burgerlijke vennootschap die hij vertegenwoordigt hoofdelijk aansprakelijk is.<br />

Dit impliceert in het voorliggend geval dat de heer [X], naast [XYZ], eveneens<br />

tuchtrechtelijk aansprakelijk is en tot de tuchtsanctie wordt veroordeeld. ».<br />

Aussi bien le réviseur d’entreprises que la société de révision ont interjeté<br />

appel. Aucune décision n’est intervenue à ce jour.<br />

0155/2<strong>00</strong>0/N et 0155bis/2<strong>00</strong>0/N – Tuchtcommissie<br />

Indépendance – infractions aux normes<br />

Dans le dossier disciplinaire, tel que commenté dans le Rapport annuel<br />

2<strong>00</strong>0 (p. 187), la Commission de discipline ne s’est pas encore prononcée.<br />

0156/2<strong>00</strong>1/N – Tuchtcommissie – décision définitive<br />

Principes de dignité, de probité et de délicatesse – faux en écritures<br />

Dans le dossier disciplinaire, tel que commenté dans le Rapport annuel<br />

2<strong>00</strong>1 (p. 199-2<strong>00</strong>), la Commission de discipline a prononcé une suspension<br />

d’un mois à l’encontre du réviseur d’entreprises concerné :<br />

«4. Aan de Tuchtcommissie dringt zich derhalve de vaststelling op dat de heer<br />

[X] zich, in het kader van de uitoefening van zijn beroepsactiviteit als<br />

bedrijfsrevisor, schuldig gemaakt heeft aan feiten die vanuit strafrechtelijk oog-<br />

XV<br />

<strong>IRE</strong> – <strong>RA</strong>PPORT ANNUEL <strong>2<strong>00</strong>3</strong> 271

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!