Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
stig in gevaar wordt gebracht. In die gevallen zal er vanwege de ernst van de situatie strafrechte‐<br />
lijk gehandhaafd worden.<br />
Hierbij is artikel 10:6 Atw nog van belang. Hier is een una‐via‐bepaling opgenomen:<br />
“Geen bestuurlijke boete wordt opgelegd, indien een gedraging die in strijd is met deze wet of<br />
de daarop berustende bepalingen, tevens een strafbaar feit als bedoeld in art. 11:3, eerste tot<br />
en met derde lid, oplevert”.<br />
3.1.11 Mediawet 2008<br />
3.1.11.1 Inleiding<br />
De Mediawet bevat inhoudelijke voorschriften voor de programma’s van zowel publieke als<br />
commerciële omroepinstellingen. De noodzaak voor het opstellen van een Mediawet vloeit niet<br />
alleen voort uit eisen van Europees recht, maar ook uit een Nederlands sociaal‐cultureel belang.<br />
De Mediawet biedt onder meer de grondslag voor financiering en regulering van de landelijke<br />
publieke omroep en de Wereldomroep, regulering van commerciële radio en televisie en bevor‐<br />
deren van culturele en onafhankelijk audiovisuele producties. De Mediawet 2008 raakt deels<br />
aan de werking van de Telecommunicatiewet, dat zich richt op de feitelijke verspreiding van<br />
omroepsignalen. De inhoud van de programma’s wordt geregeld in de Mediawet 2008.<br />
Artikel 7.12 Mediawet verschaft het Commissariaat voor de Media de (discretionaire)<br />
bevoegdheid om een bestuurlijke boete op te leggen. Deze bevoegdheid ziet op een grote varia‐<br />
tie aan beboetbare feiten. De overtredingen hebben doorgaans betrekking op de reclame‐ en<br />
sponsorregels van zowel publieke als commerciële omroepen en van programmavoorschriften,<br />
neventaken en nevenactiviteiten en de financiën van de publieke omroepen. Verder kan bij‐<br />
voorbeeld een boete worden opgelegd indien omroepen niet langer voldoen aan de vergun‐<br />
ningsvoorschriften. De normen in de Mediawet richten zich met name tot aanbieders van om‐<br />
roepzenders en omroepnetwerken, commerciële mediadiensten, programmaraden en gemeen‐<br />
tebesturen. De normen zijn dus vooral bedoeld voor rechtspersonen.<br />
De Mediawet 2008 valt onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Onder‐<br />
wijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Het bestuursorgaan dat bevoegd is tot het opleggen van<br />
boetes, is het Commissariaat voor de Media (art. 7.12 Mediawet 2008). In 2009 zijn ongeveer<br />
zes bestuurlijke boetes opgelegd.<br />
3.1.11.2 Vormgeving boetestelsel<br />
De maximale boete voor alle overtredingen bedraagt € 225.000. Voor het overige is het boete‐<br />
stelsel vormgegeven in de Beleidslijn sanctiemaatregelen 2011 van het Commissariaat voor de<br />
Media. Deze beleidsregel bevat een gedragslijn ten aanzien van alle mogelijke bestuurlijke sanc‐<br />
ties, waaronder het opleggen van een bestuurlijke boete, maar ook het verminderen of intrek‐<br />
ken van het aantal uren waartoe de zendgerechtigde gerechtigd is en het opleggen van een last<br />
onder dwangsom. Bij de beoordeling van de vraag of en, zo ja, welke sanctiemaatregel dient te<br />
worden getroffen, houdt het Commissariaat rekening met de ernst van de overtreding en de<br />
mate waarin deze aan de belanghebbende kan worden verweten. Het Commissariaat houdt bij<br />
de beoordeling rekening met relevante omstandigheden waaronder de overtreding is gepleegd.<br />
Meer in het bijzonder voor de vaststelling van de hoogte van een bestuurlijke boete<br />
hanteert het Commissariaat de volgende berekeningsmethodiek. Voor het bepalen van de ernst<br />
van een overtreding zijn de te handhaven normen allereerst onderverdeeld in drie categorieën<br />
(A, B en C) met verschillende bandbreedtes. In dit kader wordt vervolgens, voor wat de impact<br />
56