Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
andbreedte/boetecategorie 20 % 14 %<br />
rekensom 20 % 43 %<br />
totaal 100 % 100 %<br />
n 5 7<br />
4.4.2 Aantallen boetes en fixatie<br />
Het ligt voor de hand dat naarmate een boete vaker wordt opgelegd, standaardisatie (en daar‐<br />
mee: fixatie) toeneemt. Immers, op het moment dat er meer sanctiebeschikkingen worden ge‐<br />
nomen, zijn er meer bevoegde personen nodig die de sancties kunnen opleggen. Het is vervol‐<br />
gens van belang dat deze personen volgens dezelfde standaarden werken om geen, voor de<br />
betrokkenen, ongerechtvaardigde verschillen te krijgen. Het opstellen van tarieflijsten kan er<br />
bijvoorbeeld toe bijdragen dat de rechtszekerheid en rechtsgelijkheid van de burger beter wor‐<br />
den gewaarborgd.<br />
De onderstaande tabel bevat daarom een vergelijking van de fixatietechnieken naar het<br />
aantal opgelegde boetes in 2009. Dit aantal is ingedeeld in twee categorieën: meer dan 1.000<br />
(Wahv, AOW, Awr, Wav, Atw) en minder dan 1.000 (de overige wetten). 16<br />
Tabel 20: Frequentie en fixatietechniek<br />
aantal boetes in 2009<br />
fixatietechniek 1.000<br />
feitcodering 29 % 68 %<br />
bandbreedte/boetecategorie 29 % ‐<br />
rekensom 29 % 33 %<br />
geen 14 % ‐<br />
totaal 100 % 100 %<br />
n 7 6<br />
Bij de boetestelsels die resulteren in minder dan 1.000 boetes is de fixatietechniek gelijkelijk<br />
verdeeld over feitcodering, bandbreedtes en rekensommen. Bij boetestelsels die leiden tot<br />
meer dan 1.000 boetes lijkt er een voorkeur te bestaan voor feitcodering. Dit ligt voor de hand:<br />
juist bij grote aantallen boetes zou een minder strikte fixatie, zoals bijvoorbeeld bij een band‐<br />
breedte of een rekensom het geval is, leiden tot relatief hoge uitvoeringskosten door het boe‐<br />
teopleggende bestuursorgaan, dat in dat geval dan immers bij elke overtreding de relevante<br />
individuele omstandigheden moet inventariseren en meewegen in de vaststelling van de boete‐<br />
hoogte. Een feitcodering abstraheert van deze individuele omstandigheden: de ernst van de<br />
overtreding en mate van verwijtbaarheid zijn in veel gevallen reeds verwerkt in de vastgestelde<br />
boetebedragen per omschreven overtreding. Overigens blijkt de grondslag van de fixatie niet<br />
relevant: indien wordt vergeleken naar de vraag of de fixatie in beleid of in de wet wordt vorm‐<br />
gegeven, dan blijken de veelgebruikte boetestelsels en de minder vaak gebruikte boetestelsels<br />
gelijkelijk te zijn verdeeld over beide categorieën.<br />
4.4.3 Wetsfamilie, moederministerie<br />
De wijze waarop een boetestelsel is vormgegeven, kan ook verband houden met de wetsfamilie,<br />
of meer concreet: het moederministerie dat verantwoordelijk is voor de vormgeving van het<br />
boetestelsel. Verondersteld kan worden dat de boetestelsels die binnen een ministerie tot stand<br />
komen, onderling samenhang vertonen. Bijvoorbeeld omdat dezelfde wetgevingsambtenaren<br />
bij de totstandkoming van de wetten zijn betrokken, of omdat de totstandkoming van de regel‐<br />
geving in de traditie van een bepaalde wetsfamilie staat.<br />
Om deze veronderstelling te toetsen is de fixatietechniek (of het ontbreken ervan) van<br />
alle 82 boetestelsels vergeleken met het moederministerie dat als verantwoordelijk ministerie<br />
wordt aangeduid. 17<br />
16 De Awr is ingedeeld op basis van een schatting: het jaarverslag biedt geen inzicht in de aantallen boetes, maar slechts in de opbrengsten.<br />
22