26.08.2013 Views

Referentiekader geldboetes - Europese Beweging

Referentiekader geldboetes - Europese Beweging

Referentiekader geldboetes - Europese Beweging

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

gedrukt in het basisbedrag dat in het boetebeleid wordt gebruikt – omgekeerd aan de samen‐<br />

hang tussen het rechtsgoed en het wettelijke boetemaximum. In het beleid wordt immers de<br />

collectieve veiligheid en integriteit met gemiddeld hogere basisbedragen beschermd dan de<br />

individuele vrijheid en integriteit. Met andere woorden: de wetgever kiest voor hogere wettelij‐<br />

ke maxima, die echter in de praktijk van het bestuursorgaan niet worden benut.<br />

Voor de boetehoogte in het beleid is bovendien van belang wie de overtreder is. Na‐<br />

tuurlijke personen worden met aanwijsbaar lagere boetes geconfronteerd dan rechtspersonen<br />

of personen die de overtreding begaan in de uitoefening van een functie of bedrijf. Bovendien<br />

wordt in het beleid vaak rekening gehouden met de omvang van het bedrijf, oftewel de draag‐<br />

kracht van de overtreder. Indien deze draagkracht niet zelfstandig wordt meegewogen, dan<br />

richt het beleid zich juist meer op het profijt dat met de overtreding is behaald. In een aantal<br />

gevallen is dat profijt een relevante maatstaf bij het bepalen van de boetehoogte.<br />

Ten slotte is nagegaan in hoeverre recidive een rol speelt in het boetebeleid. Geconsta‐<br />

teerd is dat waar de wetgever geen bijzondere bepalingen heeft geformuleerd ten aanzien van<br />

recidive, het in veel gevallen het bestuursorgaan is dat van recidive een strafverzwarende om‐<br />

standigheid maakt in het boetebeleid. Slechts in een aantal boetestelsels wordt recidive in de<br />

wet noch in het beleid als strafverzwarende omstandigheid benoemd.<br />

4.4 Techniek van het boetestelsel<br />

4.4.1 Beschrijving variatie<br />

De voorgaande analyse richt zich op de factoren die zelfstandig van invloed zijn op de boete‐<br />

hoogte, zowel op het wettelijke boetemaximum als op het basisbedrag dat in het boetebeleid<br />

wordt gehanteerd. Dit zijn factoren die normatief een rechtvaardiging vormen voor een bepaal‐<br />

de boetehoogte.<br />

De boete wordt in een concreet geval echter niet alleen bepaald door deze factoren,<br />

maar ook door de techniek van het boetestelsel, oftewel: de manier waarop binnen het boete‐<br />

stelsel de boete wordt vastgesteld. Met ‘techniek’ wordt gedoeld op de wijze waarop de wetge‐<br />

ver óf de beleidsmaker de algemene boetebevoegdheid heeft georganiseerd. Vaak is voorzien in<br />

rekenmethodes, tarievenlijsten of criteria waarmee de op zichzelf ruime boetebevoegdheid<br />

nader wordt genormeerd. Dit ‘nader normeren’ wordt in het vervolg ‘fixatie’ genoemd. In deze<br />

paragraaf wordt nagegaan op welke wijze de boetestelsels zijn gefixeerd en welke factoren van<br />

invloed zijn op de fixatie en de methode van fixatie.<br />

Niet alle boetestelsels zijn nader genormeerd. In sommige gevallen wordt volstaan met een<br />

wettelijk boetemaximum, en wordt aan het bestuursorgaan overgelaten om in individuele ge‐<br />

vallen een boete vast te stellen. Indien het bestuursorgaan over deze taak geen nadere regels<br />

heeft ontwikkeld, wordt in het vervolg gesproken van ‘geen’ of ‘open fixatie’.<br />

De boetestelsels waarbij ofwel in de wet zelf, ofwel in het beleid van het boeteopleg‐<br />

gende bestuursorgaan nadere normen zijn geformuleerd over de wijze waarop het boeteopleg‐<br />

gende orgaan tot de boetevaststelling komt, kunnen worden onderverdeeld in drie categorieën.<br />

In de eerste plaats zijn er de boetestelsels die volledig zijn gefixeerd, en waarbij uit de feiten‐<br />

vaststelling automatisch een boetebedrag voortvloeit. Dit zijn de boetestelsels met zogenaamde<br />

feitcodering: aan elke denkbare overtreding is een boetebedrag verbonden. Deze feitcodering<br />

kan zowel in de wet als in beleidsregels zijn vormgegeven. In beide gevallen resteert nauwelijks<br />

afwegingsruimte. 15<br />

De tweede categorie betreft de stelsels met een bandbreedte of boetecategorie. In bei‐<br />

de gevallen worden de overtredingen binnen het boetestelsel verbonden aan een richtbedrag,<br />

dat in het algemeen als maximale boete wordt beschouwd voor dat type overtreding. De boete‐<br />

15<br />

Ongeacht de manier waarop fixatie is vormgegeven, geldt in alle gevallen dat het bestuursorgaan rekening kan – en moet – houden met de ernst van<br />

de overtreding en de mate van verwijtbaarheid; zie art. 5:46 lid 2 Awb.<br />

20

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!