Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
misbruik chemicaliën, Wet<br />
explosieven voor civiel<br />
gebruik, Binnenvaartwet,<br />
Wet luchtvaart)<br />
‐ creëren en beschermen<br />
van een eerlijke markt<br />
(Telecommunicatiewet,<br />
Binnenvaartwet, Drank‐ en<br />
horecawet, Tabakswet)<br />
‐ bescherming cultuur<br />
(Wet tot behoud van cul‐<br />
tuurbezit)<br />
‐ bescherming zorg(stelsel)<br />
(Wet kinderopvang, Wet<br />
marktordening gezond‐<br />
heidszorg)<br />
* Indien een wet de algemene volksgezondheid of de algemene veiligheid beschermt, betekent<br />
dit dat het belang van een individuele burger hier ook onder valt. De wetten die als voorbeeld<br />
genoemd zijn in de kolom ‘Algemene veiligheid en integriteit’ kunnen derhalve ook gelden als<br />
voorbeelden voor de kolom ‘Individuele belangen’.<br />
Allereerst valt op dat ordeningswetgeving ziet op zowel algemene als particuliere belangen. Bij<br />
het laatste valt bijvoorbeeld te denken aan de veiligheid van de individuele werknemer of het<br />
individuele gezondheidsbelang, dat raakt aan de rechtsbelangen van het leven en de lichamelij‐<br />
ke integriteit, welke belangen gelet op de Wet Herijking Strafmaxima tegenwoordig extra ge‐<br />
wicht wordt toegekend (zie § 2.2.3.1.3). Ook kan worden gedacht aan het winstbelang van be‐<br />
drijven. Wat betreft de algemene belangen kan worden gedacht aan het collectieve milieube‐<br />
lang of het gemeenschapsbelang van een adequate markt(werking). Anders dan het commune<br />
strafrecht ziet het ordeningsrecht niet op collectieve belangen die rechtstreeks raken aan de<br />
democratische rechtsorde (veiligheid van de Staat; zie § 2.2.3.1.3).<br />
2.6.4 De betekenis van de geselecteerde straftoemetingsfactoren in het<br />
licht van een algemeen kader voor straftoemeting ten behoeve<br />
van ordeningswetgeving.<br />
In de inleidende paragrafen van dit hoofdstuk bleek dat er, althans voor wat betreft de commu‐<br />
ne misdrijven, een zekere spanningsverhouding bestaat tussen het uitgangspunt dat maatwerk<br />
moet worden geboden in de strafoplegging, en dat daarbij een optimale straftoemetingsvrijheid<br />
van de rechter en het OM past, en anderzijds het uitgangspunt dat de burger vooraf, ook wat<br />
betreft de feitelijke strafoplegging, in grote lijnen moet kunnen inschatten wat hem te wachten<br />
staat. Zoals betoogd, kan er op dit punt worden gedifferentieerd: bij sommige typen delicten zal<br />
het accent liggen op maatwerk, bij andere typen delicten op een stelsel van criteria op basis<br />
waarvan de strafmaat al op voorhand kan worden vastgesteld. Wat betreft de delicten waarvoor<br />
maatwerk is vereist, zal – zo bleek – de strafmaat afhangen van een complex van subtiliteiten en<br />
bijzondere omstandigheden van het geval die op voorhand niet of nauwelijks zijn te rubriceren<br />
of te operationaliseren als straftoemetingsfactoren (overigens is niet ondenkbaar is dat dergelij‐<br />
63