26.08.2013 Views

Referentiekader geldboetes - Europese Beweging

Referentiekader geldboetes - Europese Beweging

Referentiekader geldboetes - Europese Beweging

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

In dit cluster bevinden zich de boetestelsels waarin fixatie plaatsvindt aan de hand van een vast‐<br />

gesteld boetebedrag per omschreven overtreding. De overtreder is veelal kenbaar en de de‐<br />

lictsomschrijving doorgaans duidelijk en bevat geen vage bestandsonderdelen. De onderverde‐<br />

ling in fixatie in wet of in beleid lijkt een tamelijk toevallige. Er is althans geen rechtvaardiging te<br />

vinden voor de grondslag van de fixatie zelf.<br />

2. AOW, Awr (vergrijp): frequent opgelegde boetes gebaseerd op een rekensom<br />

De boetestelsels in dit cluster onderscheiden zich doordat de boetehoogte wordt vastgesteld<br />

aan de hand van een rekensom waarbij (veelal) ook het behaalde profijt een rol speelt. De om‐<br />

vang van het profijt kan relatief eenvoudig worden ge(re)construeerd, bijvoorbeeld omdat het<br />

gaat om teveel betaalde uitkeringen, of een aanslag die achteraf wordt vastgesteld.<br />

3. Telecommunicatiewet, Mededingingswet, Mediawet 2008: minder frequent opgelegde boe‐<br />

tes, gebaseerd op een rekensom of bandbreedte<br />

De techniek van deze boetestelsels lijkt op het voorgaande cluster, in die zin dat de boetehoog‐<br />

te wordt vastgesteld met behulp van een rekensom, waarbij (ook) profijt een rol speelt. Het<br />

verschil is dat dit profijt niet eenvoudig zal kunnen worden vastgesteld. Bijvoorbeeld waar het<br />

gaat om de betrokken omzet: het is niet altijd goed te onderscheiden wat tot de omzet behoort<br />

die met de overtreding is vergaard. Bovendien geldt voor de boetestelsels in dit cluster dat de<br />

overtredingen minder uniform zijn en (dus) minder voorspelbaar. Met het voorgaande hangt<br />

samen dat aanmerkelijk minder boetes worden opgelegd in vergelijking tot de boetestelsels die<br />

bij het voorgaande cluster horen.<br />

4.6 Conclusie<br />

Het doel van dit hoofdstuk is het vergelijken van een aantal boetestelsels en het toetsen van de<br />

factoren die, blijkens de strafrechtelijke en bestuursrechtelijke verkenningen, van invloed zijn<br />

op de hoogte van de boete. Deze factoren zijn verwerkt in een verklaringsmodel, waarbij het<br />

wettelijke boetemaximum, het boetebeleid en de techniek van het boetestelsel de afhankelijke<br />

variabelen vormden. Dit verklaringsmodel is getoetst in een kwantitatieve vergelijking van een<br />

twaalftal boetestelsels, waarbij is gezocht naar overeenkomsten tussen de boetestelsels.<br />

De analyse toont dat de hoogte van de boete sterk samenhangt met de aard van de<br />

overtreder en de aard van het rechtsgoed dat door de boete wordt beschermd. Gelet op de<br />

aard van de onderzochte regelgeving (ordeningswetgeving) zijn met name boetestelsels onder‐<br />

zocht die zich primair richten op de bescherming en van collectieve veiligheid en integriteit, en<br />

daarnaast individuele vrijheid en individuele integriteit en eventueel eigendom. Bescherming<br />

van individuele eigendom is bij ordeningswetgeving bijna per definitie een secundair belang, dat<br />

bijvoorbeeld wel kan doorwerken in aanvullende civiele procedures, maar geen primair doel<br />

vormt van het handhavingsinstrumentarium.<br />

Bij de vergelijking van de boetebedragen (zowel de maximale boetebedragen als de ba‐<br />

sisbedragen in het boetebeleid) valt op dat de wettelijke maxima en de basisbedragen in het<br />

boetebeleid een omgekeerde verhouding laten zien. Waar de wettelijke maximale boetes voor<br />

boetestelsels gericht op de bescherming van individuele vrijheid en integriteit hoger liggen dan<br />

in de boetestelsels gericht op de bescherming van collectieve veiligheid en integriteit, is dat in<br />

het boetebeleid precies andersom. Deze constatering duidt op een verschil in rationaliteit van<br />

de wetgever en het boeteopleggende bestuursorgaan. Het wettelijke boetemaximum kan im‐<br />

mers gezien worden als een neerslag van een politieke discussie. De wetgever geeft met dat<br />

bedrag aan hoezeer de overtreding van de voorschriften een inbreuk zou kunnen vormen op de<br />

rechtsorde. Het boetemaximum heeft in zoverre (ook) een symbolische waarde. In het boetebe‐<br />

leid geldt daarentegen de rationaliteit van alledag, waarbij niet de uitzonderlijke zeer schokke‐<br />

rende overtredingen de doorslag geven, maar het gemiddelde van wat het bestuursorgaan te‐<br />

genkomt.<br />

28

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!