Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ten uitvoerleggen van de sanctie een groot beroep moet worden gedaan op het beperkte poten‐<br />
tieel aan menskracht, dan als de tenuitvoerlegging nauwelijks menskracht vergt. Dit lijkt zo voor<br />
de hand te liggen, dat daarop niet nader zal worden ingegaan.<br />
2.2.3.3.6 Haalbaarheid<br />
Het bovenstaande geldt ook voor andere randvoorwaarden, zoals bijvoorbeeld de technische<br />
haalbaarheid. Daarbij valt te denken aan elektronisch huisarrest door middel van enkelbanden<br />
met een GPS‐volgsysteem. Ook al kan de elektronisch huisarrest grote voordelen meebrengen<br />
(bijvoorbeeld uit het oogpunt van humane, effectieve en kostenbesparende straffen), als het<br />
technisch niet mogelijk is een waterdicht systeem te ontwikkelen, dan zal deze strafmodaliteit<br />
vooralsnog niet op brede schaal worden ingezet. 54<br />
2.2.3.3.7 Compensatie voor vormverzuimen<br />
Ten slotte moet nog worden vermeld dat ook sommige strafprocesrechtelijke waarborgen het<br />
karakter van een straftoemetingsfactor kunnen hebben. Zo kunnen, op grond van artikel 359a<br />
Sv, bepaalde onherstelbare vormverzuimen in het strafvorderlijk vooronderzoek tot strafver‐<br />
mindering leiden als een vorm van compensatie voor het nadeel dat de dader daarmee is berok‐<br />
kend, mits het nadeel geschikt is voor compensatie door strafvermindering. Daarnaast kan nog<br />
worden gewezen op het in mindering brengen van het eventuele voorarrest op de opgelegde<br />
vrijheidsstraf of taakstraf (art. 27 Sr).<br />
2.3 OM‐richtlijnen en ‐aanwijzingen<br />
2.3.1 Inleiding<br />
Voor vergelijkbare delicten moeten, ongeacht plaats of beoordelaar, vergelijkbare straffen wor‐<br />
den gevorderd. Strafverlagende dan wel strafverzwarende omstandigheden dienen derhalve op<br />
vergelijkbare wijze invloed te hebben op de strafeis en de te kiezen afdoeningsmodaliteit. Daar‐<br />
naast moet de strafrechtelijke reactie op verschillende delicten onderling in juiste verhouding<br />
zijn met de relatieve ernst van deze delicten. Kort gezegd: het strafvorderingbeleid van het OM<br />
dient uniform en eenduidig te zijn. 55<br />
Teneinde een dergelijk strafvorderingsbeleid te bevorderen, is in het verleden door het<br />
OM een aantal richtlijnen uitgevaardigd. Deze richtlijnen boden echter onvoldoende houvast om<br />
een landelijk samenhangend strafvorderingsbeleid te realiseren. Wisselende uitgangspunten bij<br />
de waardering van vergelijkbare omstandigheden leidden tot een gebrek aan samenhang. Bo‐<br />
vendien werden gehanteerde begrippen onvoldoende gedefinieerd, waardoor interpretatiever‐<br />
schillen ontstonden. 56<br />
De straftoemetingsproblematiek waarmee kennelijk niet alleen het Nederlandse OM<br />
maar ook zijn tegenhangers in andere landen worstelden, vormde de directe aanleiding voor de<br />
in 1992 verschenen aanbeveling (92) 17 van de Raad van Europa, getiteld ‘Consistency in Sen‐<br />
tencing’. 57 In deze aanbeveling constateert de Raad dat in de lidstaten sprake is van “increasing<br />
awareness that unwarranted disparity in sentencing sometimes occurs at different levels”. De<br />
Raad riep de lidstaten daarom op “[to] take appropriate measures […] to avoid unwarranted<br />
disparity in sentencing”.<br />
54<br />
Elektronisch huisarrest was uitgevoerd op proefbasis en nog niet in de wet vastgelegd. De uitvoering van elektronische detentie is<br />
gestopt op 1 juli 2010 (Zie verder de website Overheid.nl).<br />
55<br />
‘Aanwijzing Kader voor Strafvordering (2010A032)’.<br />
56<br />
‘Aanwijzing Kader voor Strafvordering (2010A032)’.<br />
57<br />
‘Consistency in Sentencing: Recommendation to Member States and Explanatory Memorandum’ Vol.4 No. 2 (1993).<br />
31