Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Referentiekader geldboetes - Europese Beweging
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Geneesmiddelenwet ja ja € 450.000<br />
Wahv ja ja € 340<br />
Awr (verzuim) ja ja ja ja € 4.920<br />
Wav (natuurlijk) ja ja € 11.250<br />
Wav (rechtspersoon) ja ja € 45.000<br />
Tabakswet ja ja € 450.000<br />
Whc ja ja € 450.000<br />
Telecommunicatiewet ja ja € 450.000<br />
Mededingingswet ja ja € 450.000<br />
Arbeidstijdenwet ja ja ja € 45.000<br />
Mediawet 2008 ja ja € 225.000<br />
Wft ja ja € 4.000.000<br />
Gemiddelde € 4.620 € 815.000 € 656.995 € 4.695<br />
Spreiding (min‐max) € 340 –<br />
€ 11.250<br />
€ 45.000 –<br />
€ 4.000.000<br />
€ 45.000 –<br />
€ 4.000.000<br />
€ 340 –<br />
€ 11.250<br />
Uit de tabel kan worden opgemaakt dat de boetehoogte voor natuurlijke personen gemiddeld<br />
aanmerkelijk lager is dan voor rechtspersonen. Bovendien zijn de gemiddelde boetes begaan bij<br />
de uitoefening van een beroep of bedrijf gemiddeld hoger dan de boetes begaan als privéper‐<br />
soon.<br />
Voor alle 82 boetestelsels is nagegaan of de rechtsvorm en hoedanigheid van de over‐<br />
treder van invloed is op de boetehoogte. Hierbij is een onderscheid gemaakt tussen privéperso‐<br />
nen (natuurlijke personen die als privépersonen de overtreding begaan) en bedrijfsmatig opere‐<br />
rende overtreders (natuurlijke personen bij de uitoefening van een bedrijf of functie én rechts‐<br />
personen). Wederom geldt voor een aantal boetestelsels dat deze door zowel privépersonen als<br />
bedrijfsmatig opererende overtreders kunnen worden begaan. Hierbij kan met name worden<br />
gedacht aan sociale zekerheidswetten, waarbij de overtreding zowel kan worden begaan door<br />
de werknemer als door de werkgever<br />
In de onderstaande tabel is aangegeven hoe de gegevens van de steekproef zich ver‐<br />
houden tot de volledige verzameling boetestelsels. Hierbij is de hoedanigheid van de overtreder<br />
ingedeeld in drie categorieën: privépersonen (natuurlijke personen die als privépersoon de<br />
overtreding begaan), bedrijfsmatig opererende overtreders (rechtspersonen én natuurlijke per‐<br />
sonen, waarbij de overtreding is begaan in de uitoefening van een functie of bedrijf), en catego‐<br />
rie waar beide mogelijk is.<br />
Tabel 5: Gemiddelde wettelijk maximumboete naar type overtreder 4<br />
gemiddeld maximum boete<br />
steekproef (n) alle boetestelsels (n)<br />
privépersoon € 4.620 (3) € 2.000 (12)<br />
bedrijf € 729.444 (9) € 1.124.457 (56)<br />
beide € 4.920 (1) € 108.419 (12)<br />
De tabellen 4 en 5 leiden tot twee conclusies. Enerzijds vormt de rechtsvorm een relevant crite‐<br />
rium voor de boetehoogte (zie tabel 4). Natuurlijke personen worden met aanmerkelijk lagere<br />
bestuurlijke boetes geconfronteerd dan rechtspersonen. Dit houdt vermoedelijk verband met<br />
de draagkracht van de overtreder (zie hierover verder § 4.3.4).<br />
Anderzijds geldt het handelen in een beroeps‐ of bedrijfsmatige context als een boete‐<br />
verhogende omstandigheid. Dit kan waarschijnlijk worden verklaard vanuit de gedachte dat<br />
bedrijven over een grotere draagkracht beschikken dan privépersonen. Een boete van ongeveer<br />
€ 1.300 (ongeveer de gemiddelde maximale boete voor privépersonen) is onvoldoende af‐<br />
schrikwekkend voor rechtspersonen. Omgekeerd is een boete van ruim € 1.000.000 ondenkbaar<br />
waar het een overtreding betreft die is begaan door een overtreder in de hoedanigheid van<br />
privépersoon.<br />
Uit tabel 4 volgt dat de Awr een uitzondering vormt op de hoofdregel dat bepalingen die<br />
gericht zijn op bedrijven, een hogere boete opleveren. Dit heeft te maken met het type feiten<br />
4<br />
In de vergelijking met alle boetestelsels zijn twee boetestelsels buiten beschouwing gebleven, omdat deze niet op absolute getallen konden worden<br />
herleid.<br />
6