02.10.2016 Views

De Wens der Eeuwen door Ellen White

In het hart van de hele mensheid, ongeacht etniciteit, leeftijd, klasse, cultuur, religie of verblijfplaats, is er een brandend verlangen van enkele onuitsprekelijke ontastbaarheid - de ziel zo leeg en ellendig. Dit verlangen is inherent aan de aard van de mens door een barmhartige Schepper, die man is niet tevreden in zijn huidige toestand, wat het ook moge zijn. Maar de ervaring van spirituele heelheid in Christus mogelijk is. De profeet Haggai, genaamd Jezus Christus terecht de “Verlangen van de Naties”. Het is de bedoeling van dit boek om Jezus Christus te presenteren als de Ene in wie alle wensen kan worden voldaan - met een overvloed aan het onderwijs, ondoorgrondelijke macht, en veel glimp van het voorbeeldige leven van Jezus van Nazareth ....

In het hart van de hele mensheid, ongeacht etniciteit, leeftijd, klasse, cultuur, religie of verblijfplaats, is er een brandend verlangen van enkele onuitsprekelijke ontastbaarheid - de ziel zo leeg en ellendig. Dit verlangen is inherent aan de aard van de mens door een barmhartige Schepper, die man is niet tevreden in zijn huidige toestand, wat het ook moge zijn. Maar de ervaring van spirituele heelheid in Christus mogelijk is. De profeet Haggai, genaamd Jezus Christus terecht de “Verlangen van de Naties”. Het is de bedoeling van dit boek om Jezus Christus te presenteren als de Ene in wie alle wensen kan worden voldaan - met een overvloed aan het onderwijs, ondoorgrondelijke macht, en veel glimp van het voorbeeldige leven van Jezus van Nazareth ....

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Goddelijke liefde is, terwille van de mensen, tot haar onpeilbare diepten beroerd, en de engelen<br />

verwon<strong>der</strong>en zich, dat zij in degenen die zulk een grote liefde ontvangen, slechts oppervlakkige<br />

dankbaarheid waarnemen. Engelen verwon<strong>der</strong>en zich over de geringe waar<strong>der</strong>ing van de mensen voor<br />

de liefde Gods. Zouden wij willen weten hoe Christus daarover denkt? Hoe zouden een va<strong>der</strong> en een<br />

moe<strong>der</strong> zich gevoelen, indien zij wisten dat hun kind verdwaald in de koude en de sneeuw,<br />

veronachtzaamd was en achtergelaten om om te komen <strong>door</strong> mensen die het hadden kunnen redden?<br />

Zouden ze niet verschrikkelijk bedroefd zijn, diep verontwaardigd? Zouden zij niet zulke moordenaars<br />

aanklagen met een toorn brandend als hun tranen, hevig als hun liefde? Het lijden van ie<strong>der</strong> mens is<br />

het lijden van Gods kind, en zij die geen helpende hand uitsteken naar hun verloren gaande<br />

medemensen, wekken Zijn rechtvaardige toorn op. Dit is de toorn des Lams. Tot hen die aanspraak<br />

maken op gemeenschap met Christus en toch onverschillig hebben gestaan tegenover de noden van<br />

hun medemensen, zal Hij op de grote oordeelsdag aanzeggen: “Ik weet niet, vanwaar gij zijt; gaat weg<br />

van Mij, alle gij werkers <strong>der</strong> ongerechtigheid”.<br />

In de opdracht aan Zijn discipelen omschreef Christus niet alleen hun werk, maar Hij gaf hun ook de<br />

boodschap. Leert de volken, zei Hij, “on<strong>der</strong>houden al wat Ik u bevolen heb”. <strong>De</strong> discipelen moesten<br />

on<strong>der</strong>wijzen wat Christus on<strong>der</strong>wezen had. Hier wordt niet alleen datgene bedoeld wat Christus<br />

persoonlijk had gesproken, maar ook datgene wat <strong>door</strong> alle profeten en leraars van het Oude Testament<br />

was gezegd. <strong>De</strong> leer van mensen is buitengesloten. Er is geen plaats voor overlevering, voor menselijke<br />

theorieën en gevolgtrekkingen, of voor de kerkelijke wetgeving. Wetten die <strong>door</strong> het kerkelijk gezag<br />

zijn ingesteld, zijn niet in de opdracht betrokken. Geen daarvan mocht <strong>door</strong> Christus’ dienstknechten<br />

geleerd worden. “<strong>De</strong> Wet en de Profeten”,24 samen met het getuigenis van Zijn eigen woorden en<br />

daden, vormen de schat die aan de discipelen werd toevertrouwd om aan de wereld te geven. <strong>De</strong> naam<br />

van Christus is hun wachtwoord, hun on<strong>der</strong>scheidingsteken, de band die hen bindt, het gezag waarop<br />

zij handelen, en de bron van hun succes. Geen ding dat niet <strong>door</strong> Hem wordt on<strong>der</strong>schreven, zal in<br />

Zijn koninkrijk worden erkend.<br />

Het evangelie moet niet worden voorgesteld als een levenloze theorie, maar als een levende kracht<br />

waar<strong>door</strong> het leven kan worden veran<strong>der</strong>d. God verlangt, dat degenen die Zijn genade ontvangen, van<br />

de kracht daarvan zullen getuigen. Mensen die Hem <strong>door</strong> hun gedrag het meest hebben tegengestaan,<br />

neemt Hij vrijelijk aan; wanneer zij berouw hebben, deelt Hij hun Zijn goddelijke Geest mee, stelt hen<br />

op de hoogste vertrouwensplaatsen en zendt hen uit in het kamp van de ontrouwen om Zijn oneindige<br />

genade te verkondigen. Hij wilde dat Zijn dienstknechten getuigenis zou-den afleggen van het feit dat<br />

<strong>door</strong> Zijn genade de mensen een karakter gelijk aan dat van Christus kunnen bezitten, en dat zij zich<br />

in de verzekering van Zijn grote liefde kunnen verheugen. Hij wil dat wij getuigen van het feit dat Hij<br />

niet tevreden zal zijn voordat het mensdom tot de heilige voorrechten van zonen en doch teren van<br />

Hem zal zijn teruggebracht en hersteld.<br />

In Christus woont de te<strong>der</strong>heid van de her<strong>der</strong>, de genegenheid van de ou<strong>der</strong>, en de onvergelijkelijke<br />

genade van de barmhartige Heiland. Hij stelt Zijn zegeningen in de meest aanlokkelijke bewoordingen<br />

voor. Hij is niet tevreden louter met de aankondiging van deze zegeningen; Hij brengt ze op de meest<br />

aantrekkelijke wijze naar voren, ten einde een verlangen op te wekken, ze te bezitten. Zo moeten Zijn<br />

dienstknechten de rijkdommen van de heerlijkheid van de onuitsprekelijke Gave voorstellen. <strong>De</strong><br />

538

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!