22.09.2013 Views

Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel

Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel

Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Richtlijn</strong>: <strong>Mammacarcinoom</strong> (<strong>2.0</strong>)<br />

35.000 vrouwen zijn gerandomiseerd tussen behandeling met taxaan-bevattende en taxaan-vrije, meestal<br />

anthracycline-bevattende, chemotherapie. De studies verschillen in studieopzet, het soort taxaan dat is<br />

gebruikt, en het gelijktijdig of sequentieel toevoegen van het taxaan aan het anthracycline-bevattend<br />

schema. Uit enkele gepoolde data-analyses en een meta-analyse blijkt dat taxaan-bevattende adjuvante<br />

chemotherapie resulteert in een geringe winst in ziektevrije overleving en overleving (respectievelijk<br />

ongeveer 5 vs. 3% absolute winst) in vergelijking met de controlearm (meestal een anthracycline-bevattend<br />

schema) van de studies. Deze bevinding is onafhankelijk van het type taxaan, het toedieningschema, de<br />

klierstatus en hormoonreceptor expressie [Bria, 2006; de Laurentiis, 2008; Ferguson, 2007; Bedard, 2010;<br />

Kelly, 2010]. De studies zijn echter weer verder onder te verdelen in:<br />

• studies waarin het taxaan-bevattend schema is vergeleken met een relatief laag-gedoseerd<br />

anthracycline schema (b.v. 4 AC of 6 FAC50) en<br />

• studies waarin het taxaan-bevattend schema is vergeleken met een standaard gedoseerd<br />

anthracycline-bevattend schema (bijvoorbeeld 6 FEC90/100) in de controle arm.<br />

Eerste generatie taxaan-bevattende chemotherapie in vergelijking met anthracycline-bevattende<br />

chemotherapie<br />

De resultaten zijn beschikbaar van negen eerste generatie taxaan studies waarin het taxaan-bevattend<br />

schema is vergeleken met een anthracycline-bevattend schema. Zeventienduizend patiënten zijn in deze<br />

studies opgenomen. De PACS 01 studie includeerde N+ patiënten en vond een significante verbetering<br />

van de vijfjaars ziektevrije overleving en overleving (HR respectievelijk 0,82 en 0,73) na behandeling met 3<br />

kuren FEC100 gevolgd door 3 kuren docetaxel in vergelijking met 6 kuren FEC100 [Roche, 2006]. De<br />

GEICAM 9906 trial toonde bij N+ patiënten een verbetering in de vijfjaars ziektevrije overleving (HR 0,74)<br />

ten gunste van de groep behandeld met 3 kuren FEC90 gevolgd door 8 wekelijkse toedieningen van<br />

paclitaxel in vergelijking met 6 kuren FEC90 [Martin, 2008]. In de ECTO studie werd bij N0 en N+ patiënten<br />

het effect van behandeling met 4 kuren doxorubicine in combinatie met paclitaxel gevolgd door 4 kuren<br />

CMF iv. vergeleken met het effect van 4 kuren doxorubicine monotherapie voorafgaand aan 4 kuren CMF<br />

iv. De hazard ratio voor ziektevrije overleving en voor overleving bedroeg na ruim 6 jaar respectievelijk 0,73<br />

(p=0,027) en 0,80 ten gunste van de arm zonder paclitaxel [Gianni, 2009]. De 4-armige BIG 02-98 en de<br />

Taxit 216 studies toonden beide een betere ziektevrije overleving bij patiënten met een N+<br />

mammacarcinoom, met een hazard ratio van respectievelijk 0,79 en 0,82 voor de taxaan bevattende<br />

studiearm. In de WGSG/AGO studie bleek de combinatie van 4 kuren epirubicine/cyclofosfamide gevolgd<br />

door 4 kuren docetaxel een significant betere ziektevrije overleving op te leveren in vergelijking met 6 kuren<br />

FEC100 of 6 kuren CMF (iv dag 1 en 8 schema) [Nitz 2008]. De HeCOG 10/97 vergeleek een<br />

onconventioneel dose-dens schema, namelijk 3 kuren epirubicine gevolgd door 3 kuren paclitaxel, gevolgd<br />

door 3 kuren CMF met een dose-dens schema van 4 kuren epirubicine en 4 kuren CMF. Hoewel een niet<br />

statistisch significant voordeel van het taxaanregime werd gevonden bleek de studie onvoldoende power te<br />

hebben om een verschil in overleving aan te tonen. In de GEICAM 98-05 studie bleek na een follow-up van<br />

ruim 6 jaar, bij hoogrisico N0 patiënten TAC effectiever dan FAC50. De hazard ratio voor de kans op<br />

recidief bedroeg 0,68 (p=0,01). Er is (nog) geen significant verschil in overleving aangetoond (HR 0,76),<br />

echter het aantal overleden patiënten in de studie was nog erg laag (TAC: 26, FAC: 34) [Martin, 2010]. In<br />

twee studies, de NCIC MA 21 en de UK TACT werd geen voordeel van toevoeging van een taxaan aan<br />

een standaard anthracycline schema aangetoond. In beide studies was het anthracycline regime superieur<br />

aan klassiek CMF zoals dat eerder gevonden is in head-to-head vergelijkingen (CEF en E-CMF)<br />

[Fountzilas, 2005; Burnell, 2009; Ellis, 2007]. Uit de recente (nog niet gepubliceerde) meta-analyse van de<br />

EBCTCG 2010 blijkt dat de combinatie van een taxaan- plus anthracycline-bevattend schema versus een<br />

zelfde of een hoger gedoseerd anthracycline-bevattend schema resulteert in een reductie van de<br />

mammacarcinoom mortaliteit van ongeveer 12% (RR 0,88; p=0,00001; n=44.000). Uitgesplitst naar<br />

anthracyclinesterkte van de studies is de RR 0,87 (p=0,001; n=11.000) indien het taxaan-anthracycline<br />

schema is vergeleken met dezelfde dosering anthracycline in de controlearm, maar indien de dosis van de<br />

niet-taxaan bevattende arm werd verdubbeld verviel het voordeel van de behandeling met een taxaan<br />

(RR=0,95±0,06, p=0,4; n=10.000).<br />

Tweede generatie taxaan studies<br />

De tweede generatie taxaan studies vergelijken direct verschillende taxaan-bevattende regimes teneinde<br />

de optimale dosis en het optimale schema en type van de taxanen in de adjuvante setting te bepalen. De<br />

CALGB 9741 testte de dose-dense hypothese (zie dosisintensificatie). Er was een duidelijk voordeel voor<br />

het experimentele schema in de vierjaars ziektevrije overleving (HR 0,80). Na een follow-up van bijna 6<br />

jaar is het risico op recidief nog steeds significant lager ten gunste van de dose-dense arm, maar het<br />

verschil in overleving is niet significant (HR 0,85, p=0,12). De nog niet gepubliceerde BCIRG 005 studie<br />

03/27/2012 <strong>Mammacarcinoom</strong> (<strong>2.0</strong>) 111

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!