Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel
Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel
Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
SWK-procedure < 0,007<br />
Skeletscintigrafie** < 4,5<br />
FDG-PET** 10-15<br />
** Stralenbelasting neemt af met de duur van de zwangerschap.<br />
MRI onderzoek met intraveneus gadolinium<br />
Over MRI met gadolinium contrast tijdens de zwangerschap zijn de meningen verdeeld. De European<br />
Society of Radiology vindt het onderzoek probably safe, in de Verenigde Staten wordt het gebruik<br />
ontmoedigd. Van het gadolineum houdend contrastmiddel zijn geen teratogene effecten op de foetus<br />
beschreven. Het passeert de placenta, maar was (in dierproeven) na 48 uur niet meer te detecteren<br />
[Muller, 2011]. Verschillende auteurs verklaren MRI met gadolinium veilig tijdens lactatie, omdat de<br />
hoeveelheid gadolinium welke door het kind wordt opgenomen verwaarloosbaar klein is [Kok, 2004; Webb,<br />
2005; de Wilde, 2005]. Wel is de MRI van de mamma moeilijker te beoordelen, omdat door hoge<br />
hormoonspiegels en toegenomen doorbloeding sprake is van sterk toegenomen aankleuring [Talele, 2003].<br />
Zoals eerder beschreven in Preoperatieve stadiëring is stadiëringsonderzoek bij stadium I en II<br />
mammacarcinoom niet geïndiceerd. Bij locoregionaal uitgebreid mammacarcinoom kan conventioneel<br />
stadiëringsonderzoek zonder risico worden uitgevoerd. De foetale dosis van FDG-PET-CT bestaat uit een<br />
FDG-PET en een CT-component, samen beduidend hoger (20-45 mSv) dan conventioneel<br />
stadiëringsonderzoek.<br />
Cytologische punctie en histologische punctie<br />
Cytologisch onderzoek en een histologische biopsie zijn betrouwbare onderzoeken tijdens de<br />
zwangerschap, waarbij echter zowel foutnegatieve (sampling errors) uitslagen, door de grote en gestuwde<br />
mamma, als foutpositieve uitslagen, door de toegenomen proliferatie van het klierweefsel, mogelijk zijn. De<br />
patholoog moet dus ook op de hoogte zijn van het feit dat patiënte zwanger is [Mitre, 1997]. Er zijn vrijwel<br />
geen data over de invloed van zwangerschap op de bepaling van de hormoonreceptoren. De<br />
immunohistochemische assays tonen zowel de gebonden als ongebonden receptor aan en zouden<br />
betrouwbaar moeten zijn tijdens de zwangerschap.<br />
Conclusies:<br />
Tijdens de zwangerschap zijn de volgende radiologische en nucleair geneeskundige<br />
onderzoeken zonder noemenswaardig risico op foetale schade mogelijk: mammografie, X-thorax,<br />
echografie van de mamma, oksel en lever, skeletscintigrafie, SWK-procedure*.<br />
Niveau<br />
1<br />
De foetale dosis van FDG-PET-CT bestaat uit een FDG-PET en een CT-component, samen<br />
beduidend hoger (20-45 mSv) dan conventioneel stadiëringsonderzoek.<br />
A1 ICRP 2001<br />
B McCollough 2007, Zanotti-Fregonara 2009<br />
C Kal 2005, Streford 2003 Russell 1997<br />
* Bij de SWK-procedure wordt het gebruik van patentblauw ontraden.<br />
Niveau 3<br />
Behandeling<br />
Aanbevelingen:<br />
Over de bruikbaarheid van MRI met gadolinium contrast bij zwangere of lacterende<br />
vrouwen bestaat (nog) onduidelijkheid.<br />
Indien geïndiceerd kan het onderzoek worden uitgevoerd, zonder toepassing van<br />
speciale maatregelen.<br />
C Webb 2005<br />
<strong>Richtlijn</strong>: <strong>Mammacarcinoom</strong> (<strong>2.0</strong>)<br />
03/27/2012 <strong>Mammacarcinoom</strong> (<strong>2.0</strong>) 161