Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel
Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel
Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Ondersteunende therapie<br />
Tijdens chemotherapeutische behandeling is in sommige gevallen ondersteunende medicatie aangewezen.<br />
Het gebruik van metoclopramide, alizapride, 5-HT antagonisten, NK1 antagonisten, corticosteroïden,<br />
GCS-F en erythropoëtine, kan indien nodig, tijdens de zwangerschap toegediend worden [Gralla, 1999;<br />
Amant, 2010]. Extra aandacht moet worden besteed aan het type corticosteroïden; methylprednisolon en<br />
hydrocortison worden beter in de placenta gemetaboliseerd dan dexa/betamethason, waardoor een<br />
kleinere hoeveelheid de foetale circulatie bereikt [Blanford, 1977]. Lange termijn opvolging van kinderen die<br />
antenataal verschillende malen betamethason hebben gekregen voor longmaturatie, toont een toename<br />
van aandachtsproblemen en spasticiteit [Crowther, 2007]. Dus bij het gebruik van corticosteroïden als<br />
antiëmeticum of ter preventie van een allergische reactie, heeft methylprednisolon of hydrocortison de<br />
voorkeur.<br />
Chemotherapie in relatie tot de partus<br />
Chemotherapie moet niet later dan bij een amenorrhoeduur van 35 weken gegeven worden. Neutropenie<br />
tijdens de partus en langdurige blootstelling van een pasgeborene aan chemotherapie, kort voor de partus<br />
toegediend, verhoogt de kans op complicaties voor moeder en kind [Amant, 2010]. Bij voorkeur dient<br />
gestreefd te worden naar het voldragen van de zwangerschap (≥ 37 weken).<br />
Hormonale therapie<br />
Uit dierexperimenteel onderzoek is gebleken dat tamoxifen gebruik tijdens de zwangerschap kan leiden tot<br />
congenitale afwijkingen bij de foetus [Chamness, 1979; Diwan, 1997]. Er zijn zes gevallen beschreven over<br />
tamoxifengebruik tijdens de zwangerschap [Barthelmes, 2004; Isaacs, 2001; Koizumi, 1986; Ökzüzoglu,<br />
2002; Tewari, 1997]. Eén kind werd geboren met afwijkingen aan de genitalia en een tweede kind, dat ook<br />
blootgesteld was aan andere potentieel toxische stoffen, had een craniofaciaal defect. Bij de vier andere<br />
kinderen werden geen afwijkingen gevonden. Aanvullende maar minder gedetailleerde informatie is<br />
verkregen van de producent van tamoxifen [Cullins, 1994]. Uit 50 zwangerschappen ontstaan tijdens<br />
tamoxifengebruik werden 19 gezonde kinderen geboren, 10 hadden een geboorteafwijking, acht<br />
zwangerschappen eindigden in een abortus en van 13 zijn geen gegevens bekend. Abortus en congenitale<br />
afwijkingen zijn beschreven na blootstelling van de foetus aan LHRH analogon [Goldhirsch, 2004;<br />
Jimenez-Gordo, 2000]. Op grond van deze (weliswaar schaarse) gegevens moet hormonale behandeling<br />
(tamoxifen of LHRH analoga) tijdens de zwangerschap worden afgeraden.<br />
Trastuzumab<br />
In de literatuur zijn 14 casus beschreven van à terme geboren neonaten, in utero blootgesteld aan<br />
trastuzumab. Oligo- en/of anhydramnion was geconstateerd in 8/14 gevallen. Vier neonatale sterftes zijn<br />
beschreven, secundair aan respiratoir en renaal falen. Dit kan mogelijk verklaard worden door het feit dat<br />
HER2 expressie zeer sterk is op het foetale renaal epitheel, en sterk beïnvloed wordt door trastuzumab<br />
[Press, 1990]. Een andere hypothese is dat trastuzumab zorgt voor inhibitie van vascular endothelial<br />
growth factor (VEGF), die de productie en re-absorptie van vruchtwater reguleert [Pant, 2008]. De<br />
toediening van trastuzumab wordt in de zwangerschap niet aanbevolen [van der Sangen, 2008].<br />
Conclusies:<br />
Niveau 1<br />
Niveau<br />
3<br />
De stralingsrisico’s voor de foetus kunnen goed worden ingeschat. De aard en grootte<br />
van deze risico’s zijn afhankelijk van de zwangerschapsduur.<br />
De drempeldosis voor deterministische effecten is 100 mSv.<br />
Voor stochastische effecten bestaat geen drempeldosis.<br />
A1 ICRP 2003<br />
C Kal 2005<br />
<strong>Richtlijn</strong>: <strong>Mammacarcinoom</strong> (<strong>2.0</strong>)<br />
De uterusdosis als gevolg van een geplande therapeutische radiotherapie kan nauwkeurig<br />
worden berekend en met behulp van een fantoom worden gemeten. Met afscherming kan deze<br />
met een factor 3 à 4 worden verminderd.<br />
C van der Giessen 1996, van der Giessen 2001<br />
03/27/2012 <strong>Mammacarcinoom</strong> (<strong>2.0</strong>) 165