Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel
Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel
Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
• 1 = 0 t/m 7 mitoses per 2 mm2<br />
• 2 = 8 t/m 12 mitoses per 2 mm2<br />
• 3 = 13 of meer mitoses per 2 mm2<br />
<strong>Richtlijn</strong>: <strong>Mammacarcinoom</strong> (<strong>2.0</strong>)<br />
De histologische graad is I bij de scores 3-5, II bij 6-7, en III bij 8-9.<br />
Voor betrouwbare gradering van carcinomen is tumorexcisie nodig. Echter, omdat in toenemende mate<br />
neoadjuvante chemotherapie wordt toegepast en de indicatie voor postoperatieve adjuvante systemische<br />
therapie deels afhankelijk is van de tumorgraad, wordt regelmatig van de patholoog verwacht een uitspraak<br />
te doen over de graad van de tumor volgens de gemodificeerde Bloom en Richardson in het naaldbiopt<br />
genomen voorafgaande aan de neoadjuvante chemotherapie. Dit is in beperkte mate mogelijk gezien<br />
tumorheterogeniteit en de kans op onderschatten van de mitose-index. Wel is een hoge mate van<br />
concordantie mogelijk voor de evident hooggradige en laaggradige laesies [Harris, 2003; Park, 2008].<br />
MAI<br />
De afkappunten van de MAI zijn omgerekend hetzelfde als die van de Bloom en Richardson gradering. De<br />
mitosenindex is de belangrijkste factor in de histologische graad. Opnemen van de MAI in de verplichte<br />
items / minimale dataset garandeert dat pathologen de mitosen serieus tellen. Vermelding in de conclusie<br />
is echter niet nodig.<br />
Snijrandonderzoek bij mammasparende therapie, indicaties voor<br />
aanvullend<br />
Aanbevelingen:<br />
Van tumorvrije marges kan gesproken worden indien in een adequaat bewerkt preparaat tumor nergens in<br />
geïnkte snijvlakken reikt.<br />
Van focale uitbreiding in een snijvlak is er sprake als tumor (invasief carcinoom en/of DCIS) in een beperkt<br />
gebied (≤ 4 mm) in een geïnkt vlak reikt.<br />
De zijde met de krapste marge, of de irradicaliteit moet gespecificeerd worden.<br />
Literatuurbespreking:<br />
De meeste recidieven na mammasparende therapie ontstaan door lokale uitgroei van resttumor.<br />
Uitbreiding in snijvlakken is een van de belangrijkste voorspellers van resttumor [Bijker, 2006; Dunne,<br />
2009; Scopa, 2006]. De beoordeling van radicaliteit heeft daarom belangrijke klinisch-therapeutische<br />
consequenties. De keuzes tussen mammasparende therapie of mastectomie, voor re-excisie en/of<br />
aanpassen van radiotherapie dosis- en veldgrootte, hangen af van de microscopische<br />
radicaliteitsbeoordeling. Hierbij moet worden ingeschat of er resttumor in de mamma is achtergebleven, of<br />
dat invasief carcinoom zal zijn of DCIS, en of het een geringe of aanzienlijke hoeveelheid kan zijn. Ook de<br />
distributie en dichtheid van ducten met DCIS speelt een rol bij de inschatting of en hoeveel DCIS zal zijn<br />
achtergebleven in de patiënt. Irradicaliteit per se zegt niet zoveel; deze dient te worden:<br />
• gekwalificeerd: beoordeel uitbreiding van zowel invasief carcinoom als DCIS; vermeld van beide de<br />
minimale tumorvrije marge in mm in de diverse richtingen;<br />
• gekwantificeerd: beoordeel de uitgebreidheid van de irradicaliteit in mm;<br />
• zo mogelijk ook gelokaliseerd: specificeer de zijde met de krapste marge, of de irradicaliteit.<br />
Uiteraard is snijvlakonderzoek alleen betrouwbaar mogelijk als het excisiepreparaat in toto, voorzien van<br />
markeringen, wordt ingestuurd, adequaat wordt bewerkt door inkten van de snijvlakken en coupes gericht<br />
worden uitgenomen.<br />
Een re-excisie of een mastectomie, is alleen geïndiceerd indien er op grond van de microscopische<br />
bevindingen in de segmentexcisie ingeschat wordt dat er een aanzienlijke tumorrest zal kunnen zijn<br />
achtergebleven, dat dit zal leiden tot verhoogde kans op recidief, en dat re-chirurgie deze kans zal<br />
verminderen. Hiervan is sprake bij:<br />
03/27/2012 <strong>Mammacarcinoom</strong> (<strong>2.0</strong>) 91