Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel
Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel
Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Niveau 2<br />
Na neoadjuvante chemotherapie bij locoregionaal uitgebreid mammacarcinoom biedt het<br />
chirurgisch verwijderen van resttumor (indien mogelijk) een betere lokale controle.<br />
C Pierce 1992, Mauri 2005, Mieog 2007, Daveau 2010, Abrous-Anane 2010<br />
Na neoadjuvante chemotherapie hebben patiënten met twee of meer van de volgende factoren<br />
een verhoogd risico op locoregionaal recidief, indien voor MST wordt gekozen:<br />
• cN2-3 classificatie voor start van chemotherapie<br />
• een multifocale resttumor<br />
• een resttumor > 2 cm bij pathologisch onderzoek<br />
• lymfangioinvasie in biopt of in postoperatief specimen<br />
B Chen 2005, Huang 2006<br />
Radiotherapie van de mamma of thoraxwand<br />
Aanbevelingen:<br />
Het vervolg op de neoadjuvante behandeling dient in het MDO besproken te worden.<br />
Chirurgie van de mamma<br />
• Nalaten van chirurgie van de mamma wordt afgeraden, zelfs bij klinisch complete remissie;<br />
• cT4 indien na systemische behandeling operabel (ook mastitis carcinomatosa, cT4D).<br />
Contra-indicaties voor MST<br />
• Suspecte microcalcificaties in meerdere kwadranten;<br />
• Meer dan focaal niet-radicale resectie;<br />
• Wens van patiënte voor mastectomie.<br />
Okselklierdissectie<br />
• Niet geïdentificeerde SWK bij stadium II (cT2-3N0);<br />
• Klinisch positieve klieren bij stadium II (cT1-2N1);<br />
• Bij downstaging van stadium III (cN2-3) naar yN1.<br />
Locoregionale radiotherapie (mamma, thoraxwand, periclaviculair, met of zonder laterale oksel)<br />
• Altijd locoregionaal bij (nog steeds) inoperabele lokale ziekte;<br />
• Stadium III (cT3N1 of cT0-2N2-3 of cT4) bij initiële diagnose, of ypT3N+, ypT4 ten tijde van de<br />
operatie;<br />
• In totaal (SWK én OKD) > 3 positieve klieren.<br />
Lokale radiotherapie (mamma of thoraxwand)<br />
<strong>Richtlijn</strong>: <strong>Mammacarcinoom</strong> (<strong>2.0</strong>)<br />
• Altijd bij MST;<br />
• Een tumorpositief resectievlak van de primaire tumor, irradicaliteit;<br />
• ypT3 en één of meer van de volgende risicofactoren: angioinvasieve groei, graad III, leeftijd ≤ 40<br />
jaar;<br />
• ypT2 indien cT3, en één of meer van de volgende risicofactoren, angioinvasieve groei, graad III,<br />
leeftijd ≤ 40 jaar;<br />
• Overwegen bij ypN1, en één of meer van de volgende risicofactoren, angioinvasieve groei, graad<br />
III, leeftijd ≤ 40 jaar;<br />
Parasternale radiotherapie kan worden overwogen bij:<br />
03/27/2012 <strong>Mammacarcinoom</strong> (<strong>2.0</strong>) 132