22.09.2013 Views

Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel

Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel

Richtlijn: Mammacarcinoom (2.0) - Kwaliteitskoepel

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Richtlijn</strong>: <strong>Mammacarcinoom</strong> (<strong>2.0</strong>)<br />

screeningspopulaties [Caplan, 1999; Lehman, 2002; Monticciolo, 2004], drie studies met geselecteerde<br />

afwijkingen op mammografie en echografie [Berg, 2002; Lazarus, 2006; Burnside 2007] en de BI-RADS<br />

atlas.<br />

BI-RADS is ontwikkeld door het American College of Radiologists [ACR, 2003]. Het systeem bestaat sinds<br />

1994 en bestaat thans uit een atlas, waarin gestandaardiseerde terminologie wordt behandeld ten behoeve<br />

van een gestandaardiseerd samengesteld verslag, met als doel door zijn uniformiteit de intercollegiale<br />

communicatie te verbeteren en het aantal fouten te verminderen. Voor wat betreft de mammografie en de<br />

echografie zijn de criteria, waaruit de eindcategorieën voortvloeien, gebaseerd op publicaties over de<br />

diagnostische waarde van deze criteria en kunnen derhalve als evidence-based worden beschouwd.<br />

Aanvankelijk werd de toepassing van het systeem beperkt door interobservervariatie, deze nam af<br />

naarmate het systeem meer gemeengoed werd. De Nederlandse Vereniging voor Radiologie heeft als<br />

interne indicator bij de kwaliteitsvisitatie opgenomen het percentage mammografieverslagen waarin een<br />

BI-RADS classificatie is vermeld [NVvR, 2007].<br />

Het verslag<br />

Een goede verslaglegging begint bij een goede aanvraag. Deze dient informatie te bevatten over de klacht<br />

of de symptomatologie, het risicoprofiel en de voorgeschiedenis alsmede het klinisch borstonderzoek (zie<br />

Klinische aspecten).<br />

Als meer dan één type onderzoek in één zitting wordt uitgevoerd dienen deze in één verslag met één<br />

conclusie te worden beschreven, omdat dit de duidelijkheid ten goede komt.<br />

Een verslag dient beknopt te zijn en de door BI-RADS vastgestelde structuur te hebben:<br />

• Vermelding van de indicatie van het onderzoek;<br />

• Beschrijving van de samenstelling van het mammaweefsel op semi-kwantitatieve wijze (niet: zeer<br />

goed, goed, matig, slecht):<br />

♦ ACR 1 De mamma bestaat vrijwel volledig uit vetweefsel (< 25% klierweefsel);<br />

♦ ACR 2 Er zijn verspreid velden fibroglandulair weefsel (25-50% klierweefsel);<br />

♦ ACR 3 Heterogeen verspreide velden fibroglandulair weefsel (51-75% klierweefsel);<br />

♦ ACR 4 Zeer dens klierweefsel (> 75% klierweefsel);<br />

• Beschrijving van nieuwe bevinding of verandering ten opzichte van vorige onderzoeken, inclusief<br />

grootte en lokalisatie. Correlatie met de symptomatologie;<br />

• Concluderende beschrijving gevolgd door een BI-RADS eindcategorie, die de mate van verdenking<br />

weergeeft, en indien geïndiceerd aanbevelingen ten aanzien van controle of aanvullende<br />

diagnostiek.<br />

Eindcategorieën BI-RADS classificatie en toelichting<br />

Als zowel mammografie als echografie is verricht, dient een geïntegreerd verslag te worden gemaakt,<br />

waarbij het onderzoek met de hoogste verdenking op maligniteit de doorslag geeft voor wat betreft de<br />

BI-RADS-eindcategorie.<br />

Let wel: de aanwezigheid van zeer dens klierweefsel heeft geen invloed op de BI-RADS eindcategorie. In<br />

de eindcategorie dient de radioloog zich uit te spreken over de mate waarin een afwijking radiologisch<br />

verdacht is voor maligniteit, ongeacht de densiteit of de beoordeelbaarheid van het klierweefsel.<br />

BI-RADS 0 (Onvolledig onderzoek)<br />

Additionele beeldvorming is geïndiceerd. Hieronder kan bijvoorbeeld worden verstaan een<br />

vergrotingsopname, echografie of vergelijking met eerdere onderzoeken, die niet voorhanden zijn. Veel<br />

mammografische onderzoeken in de screening, die voor doorverwijzing in aanmerking komen, behoren tot<br />

deze categorie. Op de radiologieafdelingen dient deze categorie als een voorlopige uitslag te worden<br />

toegepast en dient zo snel mogelijk gestreefd te worden naar completering.<br />

BI-RADS 1 en 2 (Normaal en eenduidig benigne)<br />

Het onderscheid tussen BI-RADS 1 en 2 is enigszins artificieel, maar kan helpen in de discussie met de<br />

behandelend arts over een bevinding op het mammogram met radiologisch benigne kenmerken,<br />

bijvoorbeeld een benigne verkalking of een oliecyste. Echografisch typische BI-RADS 2 afwijkingen zijn<br />

cysten en solide afwijkingen met benigne kenmerken, stabiel in de tijd. Als sprake is van status na een<br />

chirurgische ingreep, bijvoorbeeld mammasparende therapie, mammareductie en mamma-augmentatie,<br />

wordt ook voor de BI-RADS 2 categorie gekozen.<br />

Het percentage maligniteiten in deze categorieën hoort zeer klein te zijn, maar zal nooit nul zijn, omdat<br />

foutnegatieve bevindingen onvermijdelijk zijn.<br />

03/27/2012 <strong>Mammacarcinoom</strong> (<strong>2.0</strong>) 35

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!