06.09.2013 Views

AC 11 2008 (PDF, 1.83 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...

AC 11 2008 (PDF, 1.83 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...

AC 11 2008 (PDF, 1.83 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Nr. 639 - 17.<strong>11</strong>.08 HOF VAN CASSATIE 2649<br />

(A.R. S.08.0070.N)<br />

I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF<br />

Het cassatieberoep is gericht tegen een arrest, op 7 november 2006 gewezen<br />

door het Arbeidshof te Brussel.<br />

Raadsheer Eric Stassijns heeft verslag uitgebracht.<br />

Advocaat-generaal Ria Mortier heeft geconcludeerd.<br />

II. CASSATIEMIDDEL<br />

De eisers voeren in hun verzoekschrift een middel aan.<br />

Het verzoekschrift is aan dit arrest gehecht en maakt er deel van uit.<br />

III. BESLISSING VAN HET HOF<br />

Beoordeling<br />

1. Na een onderzoek van de feitelijke omstandigheden van de zaak, oordelen<br />

de appelrechters dat gelet op de inhoud van de voorliggende stukken, de uitvoering<br />

die daar verder aan is gegeven en het uitblijven van enige betwisting gedurende<br />

zeven maanden, er reden is om aan te nemen dat er een akkoord tot stand<br />

kwam, waarbij voor wat de heer M. betreft minstens overeenstemming bestond<br />

over de omvang van de ontslagvergoeding en van de bijkomende bonus.<br />

Door deze overweging geven de appelrechters te kennen dat de eiser afstand<br />

heeft gedaan van de rechten die artikel 40, §1, van de Arbeidsovereenkomstenwet<br />

hem toekent.<br />

In zoverre het middel schending aanvoert van de artikelen 1, 6 en 40, §1, van<br />

de Arbeidsovereenkomstenwet berust het op het een onjuiste lezing van het arrest<br />

en mist het mitsdien feitelijke grondslag.<br />

2. In zoverre het middel schending aanvoert van artikel 149 van de Grondwet,<br />

is het afgeleid uit de vergeefs aangevoerde schending van de artikelen 1, 6 en 40,<br />

§1, van de Arbeidsovereenkomstenwet, en is het mitsdien niet ontvankelijk.<br />

3. Uit de vaststellingen dat er een akkoord is tot stand gekomen over de ontslagvergoeding<br />

na het beëindigen van de arbeidsovereenkomst, dat door de partijen<br />

is uitgevoerd en door de eiser niet werd betwist gedurende zeven maanden,<br />

hoewel hij de hele tijd werd bijgestaan door een raadsman, konden de appelrechters<br />

zonder schending van het algemeen rechtsbeginsel dat de afstand van recht<br />

niet kan worden vermoed en enkel kan afgeleid worden uit feiten die voor geen<br />

andere interpretatie vatbaar zijn, afleiden dat de eiser afstand heeft gedaan van de<br />

rechten die hij haalt uit artikel 40, §1, van de Arbeids-overeenkomstenwet.<br />

In zoverre mist het middel feitelijke grondslag.<br />

Dictum<br />

Het Hof,<br />

Verwerpt het cassatieberoep.<br />

Veroordeelt de eisers in de kosten.<br />

17 november <strong>2008</strong> – 3° kamer – Voorzitter: de h. Boes, afdelingsvoorzitter – Verslaggever:<br />

de h. Stassijns - Gelijkluidende conclusie van mevr. Mortier, advocaat-generaal –

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!