AC 11 2008 (PDF, 1.83 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...
AC 11 2008 (PDF, 1.83 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...
AC 11 2008 (PDF, 1.83 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
2756 HOF VAN CASSATIE 28.<strong>11</strong>.08 - Nr. 680<br />
nossement heeft verkregen door endossement vanwege de afzender of door een ononderbroken<br />
reeks endossementen beginnend vanaf de afzender.<br />
Het bestreden arrest schendt het rechtsbegrip "cognossement aan order", dat voorkomt<br />
in dit artikel, door het volgende te overwegen:<br />
"Elk ordercognossement - ook datgene waar de begunstigde van het ordercognossement<br />
formaliter is aangegeven of met andere woorden ook wanneer een cognossement aan order<br />
van een bepaald persoon is (wat in casu niet het geval is) - dient te worden voorzien<br />
van een ononderbroken reeks van endossementen, bij gebreke waarvan het vorderingsrecht<br />
in handen van de inlader blijft. Inderdaad zolang de inlader het cognossement niet<br />
geëndosseerd heeft, kan de houder van een niet geëndosseerd cognossement, zelfs al is zij<br />
aan zijn order, er geen rechten uit putten.<br />
Het voorliggende cognossement is niet voorzien van enig endossement, zodat de vorderingsrechten<br />
bij de inlader, drager van de titel, blijven".<br />
Het bestreden arrest houdt derhalve een schending in van artikel 85 van de Zeewet en<br />
schendt ook artikel 89 van de Zeewet door de tweede eiseres (en bijgevolg de eerste eiseres)<br />
niet als vorderingsgerechtigde te beschouwen (schending van de artikelen 85 en 89<br />
van Boek II van het Wetboek van Koophandel).<br />
Tweede onderdeel<br />
Volgens artikel 87 van de Zeewet geldt het cognossement als bewijs tussen alle bij de<br />
lading belanghebbende partijen en tussen hen en de verzekeraars.<br />
Het bestreden arrest neemt aan dat de tweede eiseres de bestemmeling (geadresseerde)<br />
is van het vervoer (zie supra de onderlijnde passages uit de geciteerde motieven van het<br />
bestreden arrest) en de eerste eiseres de verzekeraar van de tweede eiseres.<br />
Zoals blijkt uit het bestreden arrest werd het kwestieus cognossement uitgesteld aan order<br />
van de geadresseerde.<br />
Door te beslissen dat gezien in het kwestieus cognossement de geadresseerde niet met<br />
name wordt aangewezen, het cognossement geacht moet worden aan order van de afzender<br />
te zijn uitgesteld, schendt het bestreden arrest de bewijswaarde van het cognossement,<br />
zoals die bewijswaarde vastgelegd is in artikel 87 van de Zeewet (Boek II van het Wetboek<br />
van Koophandel), nu het cognossement vermeldt dat het is uitgesteld aan order van<br />
de geadresseerde en die vermelding dus tussen partijen het bewijs levert dat het cognossement<br />
uitgesteld is aan order van de geadresseerde en niet aan order van de afzender<br />
(schending van artikel 87 van de Zeewet, zijnde Boek II van het Wetboek van Koophandel).<br />
De omstandigheid dat in het cognossement de geadresseerde niet met name wordt<br />
aangewezen laat niet toe de bewijswaarde van het cognossement te ontkrachten. Door op<br />
vermelde grond de tweede eiseres (en bijgevolg de eerste eiseres) niet als vorderingsgerechtigde<br />
te beschouwen, schendt het bestreden arrest ook artikel 89 van de Zeewet, zijnde<br />
Boek II van het Wetboek van Koophandel).<br />
III. BESLISSING VAN HET HOF<br />
Beoordeling<br />
Eerste onderdeel<br />
1. Krachtens artikel 89 van de Zeewet, heeft alleen hij die houder is van het<br />
cognossement, zelfs krachtens een endossement in blanco, het recht om zich de<br />
lading door de kapitein te doen afleveren.<br />
Enkel de derde-houder van het cognossement aan order die kan aantonen dat<br />
hij het cognossement door een endossement of door een ononderbroken reeks<br />
van endossementen heeft verkregen, kan de daaruit voortvloeiende rechten uitoe-