AC 11 2008 (PDF, 1.83 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...
AC 11 2008 (PDF, 1.83 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...
AC 11 2008 (PDF, 1.83 MB) - Federale Overheidsdienst Justitie ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
2528 HOF VAN CASSATIE 4.<strong>11</strong>.08 - Nr. 609<br />
tradictoire rechtspleging moet door degene die verwittigd werd van de rechtszitting<br />
waarop de kamer van inbeschuldigingstelling de controle van de toegepaste<br />
opsporingsmethode zou onderzoeken, overeenkomstig artikel 373 Wetboek van<br />
Strafvordering ingesteld worden binnen de termijn van vijftien vrije dagen na de<br />
dag waarop het arrest is uitgesproken. Het cassatieberoep dat buiten deze termijn<br />
is ingesteld, is in beginsel niet ontvankelijk.<br />
3. Uit de stukken waarop het Hof vermag acht te slaan, blijkt evenwel dat de<br />
griffier de eiser op 3 januari <strong>2008</strong> kennis heeft gegeven van de vaststelling van<br />
de zaak ter uitvoering van de controle van de toegepaste bijzondere opsporingsmethode<br />
op een adres waar de eiser toen sedert 19 februari 2007 niet meer gedomicilieerd<br />
was.<br />
Anderzijds verklaart de eiser van het bestreden arrest maar kennis te hebben<br />
gekregen bij zijn dagvaarding ten gronde op 10 september <strong>2008</strong>. Uit de stukken<br />
waarop het Hof vermag acht te slaan, blijkt het tegendeel niet.<br />
Het cassatieberoep van 19 september <strong>2008</strong> is derhalve ontvankelijk.<br />
Middel<br />
4. Het middel voert schending aan van artikel 6 EVRM en artikel 235ter Wetboek<br />
van Strafvordering en miskenning van het algemeen beginsel van het recht<br />
van verdediging: door zijn oproeping op een onjuist adres heeft de eiser zijn<br />
recht van verdediging niet kunnen uitoefenen.<br />
5. Ofschoon bij de rechtspleging overeenkomstig artikel 235ter Wetboek van<br />
Strafvordering de uitoefening van het recht van verdediging van de burgerlijke<br />
partij en de inverdenkinggestelde beperkt is tot het recht gehoord te worden buiten<br />
de aanwezigheid van andere van die partijen, is dit verhoor een waarborg<br />
voor de verdediging in verband met de toegepaste bijzondere opsporingsmethode.<br />
Wanneer een partij niet werd gehoord omdat haar niet regelmatig kennis werd<br />
gegeven van de vaststelling van de zaak, is dit recht miskend.<br />
Het middel is gegrond.<br />
Dictum<br />
Het Hof,<br />
Vernietigt het bestreden arrest in zoverre het uitspraak doet wat de eiser betreft.<br />
Beveelt dat van dit arrest melding zal worden gemaakt op de kant van het gedeeltelijk<br />
vernietigde arrest.<br />
Laat de kosten te laste van de Staat.<br />
Verwijst de aldus beperkte zaak naar het Hof van Beroep te Antwerpen, kamer<br />
van inbeschuldigingstelling, anders samengesteld.<br />
4 november <strong>2008</strong> – 2° kamer – Voorzitter: de h. Forrier, afdelingsvoorzitter – Verslaggever:<br />
de h. Huybrechts – Gelijkluidende conclusie van de h. De Swaef, eerste advocaatgeneraal<br />
– Advocaat: mr. S. De Baere, Brussel.